FAMILIAAL VERMOGENSRECHT (module 2)
Inleiding
Afdeling 1. Definitie en begrippen
“Relatie”- vermogensrecht
Fundamenteel onderscheid tussen:
- (Burgerlijk) huwelijk huwelijksvermogensrecht (HVR)
o Huwelijksvermogensrecht
= het geheel van regels dat de vermogensrechtelijke
verhoudingen
beheerst tussen echtgenoten en tegenover derden, zowel
tijdens het
huwelijk als bij de ontbinding.
= beperkt zich tot de regeling van de vermogensrechtelijke
aanspraken
tussen gehuwden.
- Samenwonen (SW) wettelijk samenwonen of feitelijk samenwonen
o Samenwoningsvermogensrecht
= bevat nauwelijks vermogensrechtelijke bescherming voor de
partners
tegenover elkaar, zeker na de ontbinding van de relatie (de
samen-
woners moeten de bescherming zelf inbouwen).
Huwelijksvermogensrecht regelt de vermogensrechtelijke aanspraken
tussen gehuwden zowel tussen de echtgenoten als tegenover derden en
zowel tijdens het huwelijk als bij de ontbinding.
Belangrijk kenmerk!! LEX SPECIALIS het HVR primeert boven het
gemeen verbintenissen- en contractenrecht. Dit wil dus zeggen dat:
a) Het HVR voor andere wetgeving toegepast dient te worden (= ze
primeert)
b) Pas wanneer het HVR niets voorziet, het gemeen recht van
toepassing is (verbintenissen- en contractenrecht)
c) Het HVR voor vele aspecten afwijkt van het gemeen recht
Soms bestaan er 2 regels die over hetzelfde onderwerp gaan: een
algemene regel (lex generalis) en een meer specifieke regel (lex
specialis). In zo’n geval geldt dat de specifieke regel wint. Die wordt
eerst toegepast. Het huwelijksvermogensrecht (HVR) is specifiek, het
verbintenissenrecht- en contractenrecht is algemeen, dus het HVR gaat
altijd voor.
1
,Hoofdstuk 1 : Het primair stelsel
Inleiding
Definitie – primair stelsel = regelt de minimale rechten en verplichtingen
van echtgenoten zowel tussen hen onderling als in verhouding tot derden.
3 kenmerken van het primair stelsel:
1) Het primair stelsel is een “minimum minimorum” voor alle
gehuwden: Het primair stelsel is een minimumpakket aan rechten
en plichten dat automatisch voor elke gehuwde geldt, gewoon
omdat ze getrouwd zijn. De rechten en verplichtingen zijn
fundamenteel waar de echtgenoten niet van kunnen afwijken/ ze
niet kunnen wijzigen via hun huwelijksovereenkomst.
2) Dwingend: het primair stelsel is van toepassing ongeacht de
bepalingen van de huwelijksovereenkomst die daarvan zouden
afwijken. Elke bepaling in de huwelijksovereenkomst, die een
inbreuk vormt op dit primair stelsel, is vernietigbaar (art. 212 OBW/
art. 2.3.1 BW). Een schending van een vermogensrechtelijke
bepaling leidt tot een relatieve nietigheid aangezien de bepalingen
van dwingend recht zijn.
3) Wedekerige verplichtingen op grond van de wet: de regels uit
het primair stelsel zijn wedekerig en vinden hun grondslag in de
wet. Als een van de echtgenoten zijn rechten en verplichtingen niet
nakomt, mag de andere daarom niet zijn/ haar eigen verplichtingen
opschorten.
Afdeling 1. Toepassingsgebied ratione personae en ratione
temporis
Op wie is het primair stelsel van toepassing?
Gehuwden: Het primair stelsel geldt voor alle mensen die getrouwd
zijn, automatisch, gewoon omdat ze gehuwd zijn. Het is niet duidelijk
of het primair stelsel ook (gedeeltelijk) kan gelden voor mensen die
niet getrouwd zijn.
o Wettelijke samenwoners: de wet zegt zelf welke regels van het
primair stelsel (gedeeltelijk) ook voor hen gelden.
o Feitelijke samenwoners: hiervoor is er geen wettelijke basis. Of
de regels toch bij wijze van vergelijking (naar analogie) kunnen
2
, worden toegepast, is onzeker. Rechters en juristen zijn het er
niet over eens.
Wanneer is het primair stelsel van toepassing?
Gedurende de hele duur van het huwelijk: vanaf het moment dat je
trouwt tot het huwelijk officieel eindigt.
o ! ook tijdens de feitelijke scheiding: dus zelfs als de partners
niet meer samen wonen of hun leven gescheiden leiden,
blijven de primaire verplichtingen gelden.
o ! ook tijdens een echtscheidingsprocedure: tot de
echtscheiding definitief is uitgesproken, blijft het primair
stelsel gelden.
Soms dan wel in een andere vorm voorbeeld: tijdens
een echtscheidingsprocedure moeten partners nog
steeds elkaar financieel helpen, maar de manier waarop
kan veranderen. Normaal moeten echtgenoten samen
instaan voor de gezinskosten. Tijdens de
echtscheidingsprocedure kan de rechter zeggen: “In
plaats van samen kosten te dragen, moet één partner
tijdelijk alimentatie betalen.”
Afdeling 2. Krachtlijnen van het primair
huwelijksvermogensstelsel
Het primair huwelijksstelsel is opgebouwd rond 3 krachtlijnen:
GAS
1) G: gelijkheid van de echtgenoten;
2) A: Behoud van de autonomie van ieder van de echtgenoten;
3) S: Minimale solidariteit tussen de echtgenoten en bescherming van
het gezinsbelang.
Examen
!!
1) Gelijkheid van de echtgenoten
Elk van de echtgenoten beschikt over identiek dezelfde rechten en
verplichtingen
o Tot in 1976 had een vrouw niet dezelfde rechten als een man
o Celibaatclausule in ‘vroegere’/ oudere arbeidscontracten
was een regel die zei dat een vrouw haar job verloor zodra ze
trouwde.
Art. 212, §3 OBW stelt als principe voorop dat het huwelijk de
principiële handelingsbekwaamheid van de echtgenoten niet
beïnvloedt.
3
Inleiding
Afdeling 1. Definitie en begrippen
“Relatie”- vermogensrecht
Fundamenteel onderscheid tussen:
- (Burgerlijk) huwelijk huwelijksvermogensrecht (HVR)
o Huwelijksvermogensrecht
= het geheel van regels dat de vermogensrechtelijke
verhoudingen
beheerst tussen echtgenoten en tegenover derden, zowel
tijdens het
huwelijk als bij de ontbinding.
= beperkt zich tot de regeling van de vermogensrechtelijke
aanspraken
tussen gehuwden.
- Samenwonen (SW) wettelijk samenwonen of feitelijk samenwonen
o Samenwoningsvermogensrecht
= bevat nauwelijks vermogensrechtelijke bescherming voor de
partners
tegenover elkaar, zeker na de ontbinding van de relatie (de
samen-
woners moeten de bescherming zelf inbouwen).
Huwelijksvermogensrecht regelt de vermogensrechtelijke aanspraken
tussen gehuwden zowel tussen de echtgenoten als tegenover derden en
zowel tijdens het huwelijk als bij de ontbinding.
Belangrijk kenmerk!! LEX SPECIALIS het HVR primeert boven het
gemeen verbintenissen- en contractenrecht. Dit wil dus zeggen dat:
a) Het HVR voor andere wetgeving toegepast dient te worden (= ze
primeert)
b) Pas wanneer het HVR niets voorziet, het gemeen recht van
toepassing is (verbintenissen- en contractenrecht)
c) Het HVR voor vele aspecten afwijkt van het gemeen recht
Soms bestaan er 2 regels die over hetzelfde onderwerp gaan: een
algemene regel (lex generalis) en een meer specifieke regel (lex
specialis). In zo’n geval geldt dat de specifieke regel wint. Die wordt
eerst toegepast. Het huwelijksvermogensrecht (HVR) is specifiek, het
verbintenissenrecht- en contractenrecht is algemeen, dus het HVR gaat
altijd voor.
1
,Hoofdstuk 1 : Het primair stelsel
Inleiding
Definitie – primair stelsel = regelt de minimale rechten en verplichtingen
van echtgenoten zowel tussen hen onderling als in verhouding tot derden.
3 kenmerken van het primair stelsel:
1) Het primair stelsel is een “minimum minimorum” voor alle
gehuwden: Het primair stelsel is een minimumpakket aan rechten
en plichten dat automatisch voor elke gehuwde geldt, gewoon
omdat ze getrouwd zijn. De rechten en verplichtingen zijn
fundamenteel waar de echtgenoten niet van kunnen afwijken/ ze
niet kunnen wijzigen via hun huwelijksovereenkomst.
2) Dwingend: het primair stelsel is van toepassing ongeacht de
bepalingen van de huwelijksovereenkomst die daarvan zouden
afwijken. Elke bepaling in de huwelijksovereenkomst, die een
inbreuk vormt op dit primair stelsel, is vernietigbaar (art. 212 OBW/
art. 2.3.1 BW). Een schending van een vermogensrechtelijke
bepaling leidt tot een relatieve nietigheid aangezien de bepalingen
van dwingend recht zijn.
3) Wedekerige verplichtingen op grond van de wet: de regels uit
het primair stelsel zijn wedekerig en vinden hun grondslag in de
wet. Als een van de echtgenoten zijn rechten en verplichtingen niet
nakomt, mag de andere daarom niet zijn/ haar eigen verplichtingen
opschorten.
Afdeling 1. Toepassingsgebied ratione personae en ratione
temporis
Op wie is het primair stelsel van toepassing?
Gehuwden: Het primair stelsel geldt voor alle mensen die getrouwd
zijn, automatisch, gewoon omdat ze gehuwd zijn. Het is niet duidelijk
of het primair stelsel ook (gedeeltelijk) kan gelden voor mensen die
niet getrouwd zijn.
o Wettelijke samenwoners: de wet zegt zelf welke regels van het
primair stelsel (gedeeltelijk) ook voor hen gelden.
o Feitelijke samenwoners: hiervoor is er geen wettelijke basis. Of
de regels toch bij wijze van vergelijking (naar analogie) kunnen
2
, worden toegepast, is onzeker. Rechters en juristen zijn het er
niet over eens.
Wanneer is het primair stelsel van toepassing?
Gedurende de hele duur van het huwelijk: vanaf het moment dat je
trouwt tot het huwelijk officieel eindigt.
o ! ook tijdens de feitelijke scheiding: dus zelfs als de partners
niet meer samen wonen of hun leven gescheiden leiden,
blijven de primaire verplichtingen gelden.
o ! ook tijdens een echtscheidingsprocedure: tot de
echtscheiding definitief is uitgesproken, blijft het primair
stelsel gelden.
Soms dan wel in een andere vorm voorbeeld: tijdens
een echtscheidingsprocedure moeten partners nog
steeds elkaar financieel helpen, maar de manier waarop
kan veranderen. Normaal moeten echtgenoten samen
instaan voor de gezinskosten. Tijdens de
echtscheidingsprocedure kan de rechter zeggen: “In
plaats van samen kosten te dragen, moet één partner
tijdelijk alimentatie betalen.”
Afdeling 2. Krachtlijnen van het primair
huwelijksvermogensstelsel
Het primair huwelijksstelsel is opgebouwd rond 3 krachtlijnen:
GAS
1) G: gelijkheid van de echtgenoten;
2) A: Behoud van de autonomie van ieder van de echtgenoten;
3) S: Minimale solidariteit tussen de echtgenoten en bescherming van
het gezinsbelang.
Examen
!!
1) Gelijkheid van de echtgenoten
Elk van de echtgenoten beschikt over identiek dezelfde rechten en
verplichtingen
o Tot in 1976 had een vrouw niet dezelfde rechten als een man
o Celibaatclausule in ‘vroegere’/ oudere arbeidscontracten
was een regel die zei dat een vrouw haar job verloor zodra ze
trouwde.
Art. 212, §3 OBW stelt als principe voorop dat het huwelijk de
principiële handelingsbekwaamheid van de echtgenoten niet
beïnvloedt.
3