Examenopdracht 1:
Gesprekken voeren met ouders/vervangende
opvoeders en kind.
Reflectieverslag:
Situatie:
Ik heb verschillende gesprekken gevoerd op het kinderdagverblijf.
Gesprekken met ouders tijdens het halen en brengen van hun
kind(eren), een kennismakingsgesprek, een gesprek met ouders over
het welbevinden en ontwikkeling van hun kind en gesprekken met
kinderen.