Probleem 1: A Keen Eye
Literatuur: Yantis & Abrams, Wolfe en een
stukje Goldstein
Vignet A: anatomie van het oog
Het field of view is de hoeveelheid van de
omgeving die je kunt zien wanneer je ogen
in een bepaalde positie zitten.
Acuity is een meting van hoe duidelijk we
fijne details kunnen zien. Door onze
extraocular muscles kunnen we onze ogen
snel en accuraat bewegen. De spieren van
beide ogen werken samen, waardoor onze
ogen altijd in dezelfde richting wijzen.
De anatomie van het oog kan worden
samengevat in de afbeelding hiernaast:
Vignet B: werking van het oog
Het oog bestaat uit verschillende onderdelen
met verschillende functies:
Optic axis: een denkbeeldige middellijn van de voorkant tot de achterkant van het
oog, door het midden van de lens. Deze bepaalt in welke richting de ogen wijzen. Het
oog heeft een diameter van ongeveer 24 mm.
Drie membranen:
o Sclera: het buitenste membraan van het oog. Deze is een beschermende laag met
als zichtbaar gedeelte het oogwit.
o Choroid: het middelste membraan van het oog. Deze lijnt aan het binnenste van
de sclera en bevat de meeste bloedvaten die het binnenste van het oog voorzien
van zuurstof en voedingsstoffen.
o Retina: het binnenste membraan van het oog. Deze bestaat uit neuronen,
inclusief de receptoren die binnenkomend licht omzetten in neurale signalen.
Cornea: een transparant membraan aan de voorkant van het oog. Licht komt in
eerste instantie het oog binnen via de cornea, die het licht scherp breekt/buigt. Dit is
onderdeel van het proces waarbij licht wordt gefocust op de retina.
Iris: het gekleurde deel van het oog. Het is een kleine cirkelvormige spier met een
opening in het midden, namelijk het pupil, waardoor licht het oog binnenkomt.
- Intens licht leidt ertoe dat de iris samentrekt en het pupil wordt daardoor kleiner.
Hierdoor vermindert de hoeveelheid licht dat het oog kan binnengaan.
- Gedimd licht leidt ertoe dat de iris ontspant en het pupil wordt daardoor groter.
Hierdoor neemt de hoeveelheid licht dat het oog kan binnengaan toe. Dit
automatische proces wordt het pupillary reflex genoemd.
Drie kamers:
, o Anterior chamber: de ruimte tussen de cornea en de iris. Deze is gevuld met
een dunne vloeistof, genaamd aqueous humor. Deze vloeistof biedt zuurstof en
voedingsstoffen aan de cornea en de lens, en verwijdert afval.
o Posterior chamber: de ruimte tussen de iris en de lens. Deze is gevuld met
dezelfde vloeistof (aqueous humor).
o Vitreous chamber: de grootste binnenste proportie van het oog (80%). Deze is
gevuld met een gel-achtige vloeistof, genaamd vitreous humor.
De druk van de vloeistoffen in de drie kamers wordt intraocular pressure genoemd.
Deze moet groter zijn dan de luchtdruk om instorting van de ogen te voorkomen.
Lens: een transparante structuur bij de voorkant van het oog. Deze breekt het licht
dat door het pupil komt, zodat het licht voldoende focust op de retina.
- Focal length: de afstand tussen de lens en het punt waar een plaatje of object
wordt gefocust wanneer het object ver weg van de lens is. Dit is het punt waar
de lichtstralen van een object parallel aan elkaar zijn (= optical infinity).
- De kracht van een lens wordt geuit in diopters, wat gelijk is aan 1/focale lengte.
Hoe langer de focale lengte, hoe zwakker de lens.
- Zonule fibers: vezels die de lens verbinden aan de choroid. Deze trekken aan de
lens om de vorm ervan te veranderen.
- Ciliary muscles: deze kleine spieren zijn ook verbonden aan de choroid. Ze
ontspannen en trekken samen om te controleren hoe de choroid aan de zonule
fibers trekt om de vorm van de lens te veranderen. Dit leidt tot een proces
genaamd accommodation:
Ontspannen choroid
kan trekken aan
vezels lens wordt
uitgerekt tot een dunne
en zwakke lens met een
lange focale lengte
lens is geschikt voor
focussen van licht op
objecten ver weg.
Samentrekken
choroid kan niet trekken
aan vezels lens heeft
een dikkere en rondere vorm, relatief sterk, met korte focale lengte
lens is geschikt voor focussen van licht op objecten dichtbij.
Anatomie van de retina
Het doel van het optisch systeem is het vormen van een duidelijk beeld van waar je naar
kijkt. De retina transformeert dit beeld vervolgens in neurale signalen die naar het brein
kunnen worden gestuurd. De retina bevat verschillende soorten neuronen met verschillende
functies. Deze kunnen als volgt worden beschreven:
Literatuur: Yantis & Abrams, Wolfe en een
stukje Goldstein
Vignet A: anatomie van het oog
Het field of view is de hoeveelheid van de
omgeving die je kunt zien wanneer je ogen
in een bepaalde positie zitten.
Acuity is een meting van hoe duidelijk we
fijne details kunnen zien. Door onze
extraocular muscles kunnen we onze ogen
snel en accuraat bewegen. De spieren van
beide ogen werken samen, waardoor onze
ogen altijd in dezelfde richting wijzen.
De anatomie van het oog kan worden
samengevat in de afbeelding hiernaast:
Vignet B: werking van het oog
Het oog bestaat uit verschillende onderdelen
met verschillende functies:
Optic axis: een denkbeeldige middellijn van de voorkant tot de achterkant van het
oog, door het midden van de lens. Deze bepaalt in welke richting de ogen wijzen. Het
oog heeft een diameter van ongeveer 24 mm.
Drie membranen:
o Sclera: het buitenste membraan van het oog. Deze is een beschermende laag met
als zichtbaar gedeelte het oogwit.
o Choroid: het middelste membraan van het oog. Deze lijnt aan het binnenste van
de sclera en bevat de meeste bloedvaten die het binnenste van het oog voorzien
van zuurstof en voedingsstoffen.
o Retina: het binnenste membraan van het oog. Deze bestaat uit neuronen,
inclusief de receptoren die binnenkomend licht omzetten in neurale signalen.
Cornea: een transparant membraan aan de voorkant van het oog. Licht komt in
eerste instantie het oog binnen via de cornea, die het licht scherp breekt/buigt. Dit is
onderdeel van het proces waarbij licht wordt gefocust op de retina.
Iris: het gekleurde deel van het oog. Het is een kleine cirkelvormige spier met een
opening in het midden, namelijk het pupil, waardoor licht het oog binnenkomt.
- Intens licht leidt ertoe dat de iris samentrekt en het pupil wordt daardoor kleiner.
Hierdoor vermindert de hoeveelheid licht dat het oog kan binnengaan.
- Gedimd licht leidt ertoe dat de iris ontspant en het pupil wordt daardoor groter.
Hierdoor neemt de hoeveelheid licht dat het oog kan binnengaan toe. Dit
automatische proces wordt het pupillary reflex genoemd.
Drie kamers:
, o Anterior chamber: de ruimte tussen de cornea en de iris. Deze is gevuld met
een dunne vloeistof, genaamd aqueous humor. Deze vloeistof biedt zuurstof en
voedingsstoffen aan de cornea en de lens, en verwijdert afval.
o Posterior chamber: de ruimte tussen de iris en de lens. Deze is gevuld met
dezelfde vloeistof (aqueous humor).
o Vitreous chamber: de grootste binnenste proportie van het oog (80%). Deze is
gevuld met een gel-achtige vloeistof, genaamd vitreous humor.
De druk van de vloeistoffen in de drie kamers wordt intraocular pressure genoemd.
Deze moet groter zijn dan de luchtdruk om instorting van de ogen te voorkomen.
Lens: een transparante structuur bij de voorkant van het oog. Deze breekt het licht
dat door het pupil komt, zodat het licht voldoende focust op de retina.
- Focal length: de afstand tussen de lens en het punt waar een plaatje of object
wordt gefocust wanneer het object ver weg van de lens is. Dit is het punt waar
de lichtstralen van een object parallel aan elkaar zijn (= optical infinity).
- De kracht van een lens wordt geuit in diopters, wat gelijk is aan 1/focale lengte.
Hoe langer de focale lengte, hoe zwakker de lens.
- Zonule fibers: vezels die de lens verbinden aan de choroid. Deze trekken aan de
lens om de vorm ervan te veranderen.
- Ciliary muscles: deze kleine spieren zijn ook verbonden aan de choroid. Ze
ontspannen en trekken samen om te controleren hoe de choroid aan de zonule
fibers trekt om de vorm van de lens te veranderen. Dit leidt tot een proces
genaamd accommodation:
Ontspannen choroid
kan trekken aan
vezels lens wordt
uitgerekt tot een dunne
en zwakke lens met een
lange focale lengte
lens is geschikt voor
focussen van licht op
objecten ver weg.
Samentrekken
choroid kan niet trekken
aan vezels lens heeft
een dikkere en rondere vorm, relatief sterk, met korte focale lengte
lens is geschikt voor focussen van licht op objecten dichtbij.
Anatomie van de retina
Het doel van het optisch systeem is het vormen van een duidelijk beeld van waar je naar
kijkt. De retina transformeert dit beeld vervolgens in neurale signalen die naar het brein
kunnen worden gestuurd. De retina bevat verschillende soorten neuronen met verschillende
functies. Deze kunnen als volgt worden beschreven:
