AK THEMA 2
2.2
1. Hoe noemen wij de buitenste laag van de aarde?
2. Tussen de hoeveel cm dik is de aardkorst? En waar bestaat het uit?
3. Hoe beweegt de aardkorst met enkele cm per jaar?
4. Hoe noem je de laag onder de aardkorst?
5. De laag tussen de aardkorst en de kern is het …
6. De temperatuur is tussen de ….. - …….
7. Diep in de …… is de druk zo groot dat er een veel hogere temperatuur nodig is om
het steen te laten …….
8. Alleen dicht onder de aarde…… smelt het ….. en vormt het …..
9. op die massa kan de aardkorst dus een beetje ….
10. In het binnenste deel van de aarde ligt de ……..
11. Hier gebeurt hetzelfde maar dan met ….
12. In de binnenkern is de druk zo groot dat het ijzer …. is.
13. Daaromheen ligt de buitenkern die wel ……… is.
14. De aardkorst beweegt een beetje op de buitenste laag van de aard…..
15. Dat kan doordat de aardkorst geen …….l is, maar uit losse ……. bestaat.
16. Die stukken aardkorst heten …..
17. Waar de aardplaten aan elkaar grenzen liggen …….. of …….
18. Waarmee vallen grote aardplaten samen?
19. . Er is een……., zuid-..... en een ……. plaat
20. Als je naar ….. en Zuid-...... kijkt, zie je dat die 2 continenten verdacht mooi in
elkaar……
21. 210 miljoen jaar geleden lagen ze aan elkaar vast, in…….. , een supercontinent.
22. Waar lag het stukje aardkorst toen op dat in de buurt van de evenaar ligt?
23. De platen waarop pangea was gebouwd zijn ……………………….
24. Bij een divergente breuk bewegen de platen van elkaar weg. Zo breuk ligt in de
………………… tussen Zuid-Amerika en Afrika. Hier komt ….. uit de aardmantel
omhoog. Het magma …. en vormt nieuw gesteente. Zo drijven de continenten van
elkaar weg.
25. Als er een nieuw gesteente ontstaat, moet er ook ergens er 1 verdwijnen. Dat
gebeurt bij een convergente breuk. Hier duikt de ene plaat …. de andere plaat. Het
gesteente gaat de …… in. Het gesteente smelt en wordt…. . Op de convergente
breuk komen ook aardbevingen voor. Maar niet alleen trilt de aarde doordat de
platen verschuiven. Er ontstaan gebergten en vulkanen. Vulkanen zijn bergen die
zijn opgebouwd uit …. dat uit het binnenste van de aarde is ….. of uitgevlogen.
26. Er zijn ook platen die langs elkaar heen schuiven, zoals bij de Andreasbreuk in
California. De plaats waar dat gebeurt heet een transforme breuk. Doordat de
randen van de platen nogal ….. zijn, gaat dat schuiven met horten en stoten. De
platen haken achter elkaar en er bouwt zich een enorme ….. op. Als de plaat
verscuift, komt er een aardbeving.
2.3
2.2
1. Hoe noemen wij de buitenste laag van de aarde?
2. Tussen de hoeveel cm dik is de aardkorst? En waar bestaat het uit?
3. Hoe beweegt de aardkorst met enkele cm per jaar?
4. Hoe noem je de laag onder de aardkorst?
5. De laag tussen de aardkorst en de kern is het …
6. De temperatuur is tussen de ….. - …….
7. Diep in de …… is de druk zo groot dat er een veel hogere temperatuur nodig is om
het steen te laten …….
8. Alleen dicht onder de aarde…… smelt het ….. en vormt het …..
9. op die massa kan de aardkorst dus een beetje ….
10. In het binnenste deel van de aarde ligt de ……..
11. Hier gebeurt hetzelfde maar dan met ….
12. In de binnenkern is de druk zo groot dat het ijzer …. is.
13. Daaromheen ligt de buitenkern die wel ……… is.
14. De aardkorst beweegt een beetje op de buitenste laag van de aard…..
15. Dat kan doordat de aardkorst geen …….l is, maar uit losse ……. bestaat.
16. Die stukken aardkorst heten …..
17. Waar de aardplaten aan elkaar grenzen liggen …….. of …….
18. Waarmee vallen grote aardplaten samen?
19. . Er is een……., zuid-..... en een ……. plaat
20. Als je naar ….. en Zuid-...... kijkt, zie je dat die 2 continenten verdacht mooi in
elkaar……
21. 210 miljoen jaar geleden lagen ze aan elkaar vast, in…….. , een supercontinent.
22. Waar lag het stukje aardkorst toen op dat in de buurt van de evenaar ligt?
23. De platen waarop pangea was gebouwd zijn ……………………….
24. Bij een divergente breuk bewegen de platen van elkaar weg. Zo breuk ligt in de
………………… tussen Zuid-Amerika en Afrika. Hier komt ….. uit de aardmantel
omhoog. Het magma …. en vormt nieuw gesteente. Zo drijven de continenten van
elkaar weg.
25. Als er een nieuw gesteente ontstaat, moet er ook ergens er 1 verdwijnen. Dat
gebeurt bij een convergente breuk. Hier duikt de ene plaat …. de andere plaat. Het
gesteente gaat de …… in. Het gesteente smelt en wordt…. . Op de convergente
breuk komen ook aardbevingen voor. Maar niet alleen trilt de aarde doordat de
platen verschuiven. Er ontstaan gebergten en vulkanen. Vulkanen zijn bergen die
zijn opgebouwd uit …. dat uit het binnenste van de aarde is ….. of uitgevlogen.
26. Er zijn ook platen die langs elkaar heen schuiven, zoals bij de Andreasbreuk in
California. De plaats waar dat gebeurt heet een transforme breuk. Doordat de
randen van de platen nogal ….. zijn, gaat dat schuiven met horten en stoten. De
platen haken achter elkaar en er bouwt zich een enorme ….. op. Als de plaat
verscuift, komt er een aardbeving.
2.3