Hoofdstuk 2A: Theoretische basis neurorevalidatie: Framework
Neurorevalidatie = proces dat personen met een beperking helpt bij het bereiken en behouden van
een optimale functie en gezondheid in interactie met hun omgeving
- Behouden -> progressieve aandoeningen gaan verslechteren dus wij moeten die gezondheid
vooral stabiliseren
- Bereiken -> vb. beroerte
→ Vereist actief partnerschap tussen patiënt, zijn familie en hele reeks gezondheids- en sociale
zorgverleners
→ Multidisciplinaire aanpak
→ Patiënt kan karakterveranderingen krijgen door neurologisch letsel
Conceptual framework
- Evidence based
- Clinical reasoning skill
- Patient values
Klinisch redeneren in neurologische revalidatie
→ Informatieverzameling
→ Hypothesevorming
→ Revalidatieplan opmaken
→ Evalueren en aanpassen -> steeds opnieuw gaan evalueren
10 principes van neurorevalidatie
- ICF (participatie) -> zeer belangrijk want moet terug naar ADL
- Patient-centred care
- Team work (global setting) -> multidisciplinair
- Prediction -> waar we naartoe willen
- Neural plasticity
- Motor control (systems model)
- Functional movement reeducation
- Skill acquistion (motor learning)
- Self-management (self-efficacy)
- Health promotion (prevention) -> vb. beroertecijfers zouden heel wat lager kunnen mits goede
preventie
Doelstellingen van neurorevalidatie -> RAMP
- R = restore/recovery
- A = adaptation
- M = maintenance
- P = prevention
→ Verbeteren van patiënten maar ook kunnen aanpassen aan verschillende situaties, behouden en
preventie
1
,Hoofdstuk 2B: Neuroplasticiteit: Conditio sine non voor neurologische revalidatie
→ Kunnen onszelf aanleren door nieuwe verbindingen en nieuwe connecties = neuroplasticiteit
→ Hersenen zijn levende structuur dat zichzelf aanpast
Neuroplasticiteit
→ Vervormbaarheid
→ Vermogen van neuronen en zenuwstelsel om qua eigenschappen te veranderen
- Structureel
- Chemisch
- Fysiologisch
→ Biologische basis voor
- Ontwikkeling -> ontstaan van primair netwerk
- Leren -> secundair netwerk individualiteit
- Herstelvermogen -> reorganisatie en re-routing
Plasticiteit van gezonde brein -> nature and nurture
- Ontwikkeling van hersenen
- Leren
- Kritische periodes
→ Onderhoud en verfijning van connecties
- 1014 connecties in brein
- 15.000 verschillende proteïnen in zenuwstelsel
→ Gecombineerd tot codes
- Target herkenning gebruikt via combinatie van enkele moleculen
- Gevormde synapsen kunnen worden gemodificeerd afhankelijk van gebruik
→ Neuroplasticiteit
- Veranderingen van zenuwstelsel -> adaptief of maladaptief
- Hoe zenuwcellen
- Contact maken met elkaar
- Verbinding versterken indien geschikt
- Verbinding verbreken indien geschikt
- Fysiologische werking controleren van anatomische connecties
→ Connectiviteit van zenuwstelsel
- Zenuwcellen moeten contact maken met elkaar
- Nieuwe neurale uitlopen (= neutrieten) gevormd -> dendrieten of axonen
- Sommige signalen trekken groeiconus aan en anderen verdrijven hem
- Groeiconus moet targetcel herkennen en synaps vormen
- Anatomische connectie kan fysiologisch actief worden of slapen blijven
- Effectiviteit van synaps kan worden verhoogd voor langere tijd (= long term potentiatie)
of verlaagd (= long term depressie)
- Aantal synapsen tussen cellen en sterkte van synaps verandert onder invloed van
leerprocessen
2
,→ Kritische periodes = periode waarin men dit onderdeel het best leert
→ Op een ander moment kan men dat niveau niet bereiken -> hersenen zijn soepeler in
deze periode
- Neurale systemen is periode van ontwikkeling en verfijning van connecties beperkt
- Op einde is pathway gerijpt -> verdere modificatie mogelijk
- Vb. binoculair zicht, leren van taal, leren muziek spelen, visuele detectie van perifere
bewegingen bij doven, geluidslocalisatie bij blinden, topsportskills
→ Effect van sensorische stimulatie op cortex
→ Grotere oppervlakte van cortex na stimulatie -> vb. hand op cortex
→ Fysieke activiteit
- Verbetert cognitieve functie -> vooral bij ouderen
- Vermindert risico op Alzheimer en dementie
- Verhoogt neurale survival
- Verhoogt resistentie tegen herseninfarct
- Bevordert hersenvascularisatie
- Stimuleert de neurogenesis
- Bevordert het leren
- Onderhoudt cognitieve functie bij ouderen
3
, Plasticiteit van beschadigde hersenen
→ Bij volwassenen na perifere laesie
- Na tijdelijke blokkage van perifere zenuwen -> anesthesie of ischemie
- Actiepotentialen in spieren proximaal van blok verhogen
- Corticale area van waaruit potentialen kunnen worden opgewerkt vergroot
- Intensiteit van stimulatie vereist om respons op te wekken verlaagt
- Amputatie van bovenlichaam -> naburige corticale representatie van aangezicht breidt
uit
- Vroeg blind worden -> toename van motorische area voor wijsvinger en occipitale lob
krijgen somatosensorische functie
→ Plasticiteit kan maladaptief zijn
- Denervatie na laesie -> cellen proberen nieuwe connecties aan te trekken
- Cel zorgt voor eigen connectiviteit -> los van functionaliteit van totaal systeem
→ Inhibitoire mechanismen
- Remmen van nieuwe connecties
- Belemmeren herstel na laesie -> vooral met betrekking tot witte stof
→ Cocontractie bij kinderen met CP
→ Chronische pijnsyndromen
→ Bij volwassenen na laesie van centraal zenuwstelsel
→ Intacte neuronen nemen rol over van neuronen die verloren zijn maar perifere targets
nog intact
→ Oudere leeftijd -> plasticiteit is beperkt
→ Actieve participatie is must voor plastische veranderingen
→ Enkel als men actief meebeweegt
→ Neuronen kunnen uitbreiden
- Collateraal -> ene neuron sterft af en
andere neuron neemt functie over
- Regeneratief -> beide neuronen
beschadigd en axonen groeien terug
Principes van neuroplasticiteit
- Gebruiksafhankelijk en specifiek
- Repetities en grotere intensiteit -> neurale veranderingen
- Tijdsensitief -> vroeg na letsel
- Afhankelijk van betrokkenheid, motivatie, feedback en
aandacht
- Afhankelijk van omgevingsinvloeden
- Sensorische, cognitieve, motorieke en sociale stimulatie
faciliteert
- Aanvullende therapieën
- Afhankelijk van leeftijd, genetica en stress
- Farmacologie heeft invloed
4
Neurorevalidatie = proces dat personen met een beperking helpt bij het bereiken en behouden van
een optimale functie en gezondheid in interactie met hun omgeving
- Behouden -> progressieve aandoeningen gaan verslechteren dus wij moeten die gezondheid
vooral stabiliseren
- Bereiken -> vb. beroerte
→ Vereist actief partnerschap tussen patiënt, zijn familie en hele reeks gezondheids- en sociale
zorgverleners
→ Multidisciplinaire aanpak
→ Patiënt kan karakterveranderingen krijgen door neurologisch letsel
Conceptual framework
- Evidence based
- Clinical reasoning skill
- Patient values
Klinisch redeneren in neurologische revalidatie
→ Informatieverzameling
→ Hypothesevorming
→ Revalidatieplan opmaken
→ Evalueren en aanpassen -> steeds opnieuw gaan evalueren
10 principes van neurorevalidatie
- ICF (participatie) -> zeer belangrijk want moet terug naar ADL
- Patient-centred care
- Team work (global setting) -> multidisciplinair
- Prediction -> waar we naartoe willen
- Neural plasticity
- Motor control (systems model)
- Functional movement reeducation
- Skill acquistion (motor learning)
- Self-management (self-efficacy)
- Health promotion (prevention) -> vb. beroertecijfers zouden heel wat lager kunnen mits goede
preventie
Doelstellingen van neurorevalidatie -> RAMP
- R = restore/recovery
- A = adaptation
- M = maintenance
- P = prevention
→ Verbeteren van patiënten maar ook kunnen aanpassen aan verschillende situaties, behouden en
preventie
1
,Hoofdstuk 2B: Neuroplasticiteit: Conditio sine non voor neurologische revalidatie
→ Kunnen onszelf aanleren door nieuwe verbindingen en nieuwe connecties = neuroplasticiteit
→ Hersenen zijn levende structuur dat zichzelf aanpast
Neuroplasticiteit
→ Vervormbaarheid
→ Vermogen van neuronen en zenuwstelsel om qua eigenschappen te veranderen
- Structureel
- Chemisch
- Fysiologisch
→ Biologische basis voor
- Ontwikkeling -> ontstaan van primair netwerk
- Leren -> secundair netwerk individualiteit
- Herstelvermogen -> reorganisatie en re-routing
Plasticiteit van gezonde brein -> nature and nurture
- Ontwikkeling van hersenen
- Leren
- Kritische periodes
→ Onderhoud en verfijning van connecties
- 1014 connecties in brein
- 15.000 verschillende proteïnen in zenuwstelsel
→ Gecombineerd tot codes
- Target herkenning gebruikt via combinatie van enkele moleculen
- Gevormde synapsen kunnen worden gemodificeerd afhankelijk van gebruik
→ Neuroplasticiteit
- Veranderingen van zenuwstelsel -> adaptief of maladaptief
- Hoe zenuwcellen
- Contact maken met elkaar
- Verbinding versterken indien geschikt
- Verbinding verbreken indien geschikt
- Fysiologische werking controleren van anatomische connecties
→ Connectiviteit van zenuwstelsel
- Zenuwcellen moeten contact maken met elkaar
- Nieuwe neurale uitlopen (= neutrieten) gevormd -> dendrieten of axonen
- Sommige signalen trekken groeiconus aan en anderen verdrijven hem
- Groeiconus moet targetcel herkennen en synaps vormen
- Anatomische connectie kan fysiologisch actief worden of slapen blijven
- Effectiviteit van synaps kan worden verhoogd voor langere tijd (= long term potentiatie)
of verlaagd (= long term depressie)
- Aantal synapsen tussen cellen en sterkte van synaps verandert onder invloed van
leerprocessen
2
,→ Kritische periodes = periode waarin men dit onderdeel het best leert
→ Op een ander moment kan men dat niveau niet bereiken -> hersenen zijn soepeler in
deze periode
- Neurale systemen is periode van ontwikkeling en verfijning van connecties beperkt
- Op einde is pathway gerijpt -> verdere modificatie mogelijk
- Vb. binoculair zicht, leren van taal, leren muziek spelen, visuele detectie van perifere
bewegingen bij doven, geluidslocalisatie bij blinden, topsportskills
→ Effect van sensorische stimulatie op cortex
→ Grotere oppervlakte van cortex na stimulatie -> vb. hand op cortex
→ Fysieke activiteit
- Verbetert cognitieve functie -> vooral bij ouderen
- Vermindert risico op Alzheimer en dementie
- Verhoogt neurale survival
- Verhoogt resistentie tegen herseninfarct
- Bevordert hersenvascularisatie
- Stimuleert de neurogenesis
- Bevordert het leren
- Onderhoudt cognitieve functie bij ouderen
3
, Plasticiteit van beschadigde hersenen
→ Bij volwassenen na perifere laesie
- Na tijdelijke blokkage van perifere zenuwen -> anesthesie of ischemie
- Actiepotentialen in spieren proximaal van blok verhogen
- Corticale area van waaruit potentialen kunnen worden opgewerkt vergroot
- Intensiteit van stimulatie vereist om respons op te wekken verlaagt
- Amputatie van bovenlichaam -> naburige corticale representatie van aangezicht breidt
uit
- Vroeg blind worden -> toename van motorische area voor wijsvinger en occipitale lob
krijgen somatosensorische functie
→ Plasticiteit kan maladaptief zijn
- Denervatie na laesie -> cellen proberen nieuwe connecties aan te trekken
- Cel zorgt voor eigen connectiviteit -> los van functionaliteit van totaal systeem
→ Inhibitoire mechanismen
- Remmen van nieuwe connecties
- Belemmeren herstel na laesie -> vooral met betrekking tot witte stof
→ Cocontractie bij kinderen met CP
→ Chronische pijnsyndromen
→ Bij volwassenen na laesie van centraal zenuwstelsel
→ Intacte neuronen nemen rol over van neuronen die verloren zijn maar perifere targets
nog intact
→ Oudere leeftijd -> plasticiteit is beperkt
→ Actieve participatie is must voor plastische veranderingen
→ Enkel als men actief meebeweegt
→ Neuronen kunnen uitbreiden
- Collateraal -> ene neuron sterft af en
andere neuron neemt functie over
- Regeneratief -> beide neuronen
beschadigd en axonen groeien terug
Principes van neuroplasticiteit
- Gebruiksafhankelijk en specifiek
- Repetities en grotere intensiteit -> neurale veranderingen
- Tijdsensitief -> vroeg na letsel
- Afhankelijk van betrokkenheid, motivatie, feedback en
aandacht
- Afhankelijk van omgevingsinvloeden
- Sensorische, cognitieve, motorieke en sociale stimulatie
faciliteert
- Aanvullende therapieën
- Afhankelijk van leeftijd, genetica en stress
- Farmacologie heeft invloed
4