Inhoud
College 1:................................................................................................................................2
College 2:................................................................................................................................8
College 3:..............................................................................................................................12
College 4:..............................................................................................................................15
College 5:..............................................................................................................................19
College 6:..............................................................................................................................23
College 7:..............................................................................................................................31
,College 1:
History = historisch proces, serie evenementen, a parte objecti
history = historisch denken en schrijven a parte subjecti
Historiografie = de geschiedenis van hoe geschiedenis werd gesproken, opgeschreven of over
werd gedacht door meerdere eeuwen en culturen
Universele geschiedenis behandeld alle eigen geschiedenissen en alle eigen geschiedenissen
samen behandelen universele geschiedenis.
Maar dat is een gevaar:
- Universalisme: je weer niets van alles
- Particularisme: je weet alles van niets
Wat is het belangrijkste voor de toets: tijd en plaats van de meest belangrijke concepten.
De vier vragen komen elke periode voor en ziet een gestaagde verandering/ontwikkeling.
4 vragen:
1. Wat is geschiedenis?
2. Waar gaat het over?
3. Wat is de methode?
4. Waar is het voor?
Karakters:
1. Nature
2. Object
3. Methode
4. Waarde
Antwoorden:
1. Inquiry
2. Res gestae acties
3. Gebaseerd op bewijs
4. Zelfkennis
Om een historische cultuur te begrijpen moet je zijn conceptie van tijd begrijpen. Elke
historische cultuur beantwoord daarom de vier vragen anders, afhankelijk van zijn perceptie
van tijd.
Vroeger belangrijk: Fortuna
,De oude Egyptische /Hittitische/Sumerische/Assyrische beschaving
Zij schreven geschiedenis op een:
1. ‘konings lijst’
2. Annalen (dit is een lijst van gebeurtenissen, meestal van oorlogen).
3. Kronieken (speciale gebeurtenissen, met data in een reeks)
4. Een epos (gedeeltelijk een mythe, gedeelte geschiedenis)
Maar is dit geschiedenis?
Pro’s:
1. Alles refereert naar het verleden
2. In kronieken zelfs naar speciale gebeurtenissen
3. Sommigen vormen een eigentijdsperspectief
Cons:
1. Geen woord voor geschiedenis
2. Geen onderscheid tussen mythisch en geschiedenis
3. Voornamelijk lijsten van namen en gebeurtenissen
Joods historische gedachten:
Pro’s:
1. Tanakh = heeft gedeeltelijk ‘historiciteit’ (heeft een basis in feiten)
2. Beschrijft tijden, personen en gebeurtenissen
3. Deutoronomistic geschiedkundige
4. Er is extern bewijs voor het gezegde (archeologie)
Cons:
1. Geen doel voor daadwerkelijke waarheid en religie
(Echter was dit vroeger hetzelfde).
Geschiedenis moet aimen naar de echte waarheid. Nu kan men zeggen dat de Tanakh geen
echte waarheid is, maar voor hun wel. Dan was het dus wel geschiedschrijving. Het leest ook
als geschiedenis.
, 4 characteristics
Question Answer
1. What is history? Nature Inquiry: possibly in some
cases, but not explicitly.
2. What is it about? Object Res gestae
Actions: not clearly, no
analysis of motives or
causes (wel in de Joodse
geschiedschrijving)
3. What is its method? Method Based on evidence: not
cleary, maybe comparison
4. What is it for? Value Self knowledge: no only
description for orientation
in time
Grieken:
Veel nieuwe wetenschapsvormen (zoals eigentijdse geschiedenis en etnografie)
Herodotus en Thucydides als eerste historici.
Zij waren de eerste die tijd serieus namen. Zij zochten naar waarheid binnen een wereld van
worde vs. Filosofen die waarheid zichten in een constante wereld.
Bewegelijke geschiedenis vs. Statische geschiedenis.
Geschiedkunde was van lager belang volgens de filosoof.
Belangrijk persoon:
Herodotus
- Geschreven +/- 430-420
- NB: geschiedenissen waren contemporaine geschiedenis
- Het eerste werk van die lengte
- Bestaat uit 9 boeken, gevuld met: