ORTHOPEDAGOGISCHE ASPECTEN
Voorbeeld meerkeuzevraag:
Kies het juiste antwoord
a. Bij een depressieve stoornis is er sprake van verstoringen in de serotoninehuishouding.
b. Bij een depressieve stoornis is er sprake van hypoactiviteit van de rechter hemisfeer.
c. Zowel a als b is juist
d. Zowel a als b is onjuist