Economie vandaag
,Inleiding
0.1 Het doel van de economische wetenschap
https://www.scholieren.com/verslag/samenvatting-economie-hoofdstuk-1-
78591#:~:text=Mensen%20hebben%20verschillen%20de%20behoeften%2C%20maar
%20bepaalde%20behoeften,leven%20wel%20gemakkelijker%20maken%20noemen
%20we%20secundaire%20behoeften.
= de studie van het menselijk streven naar bevrediging van behoeften m.b.v.
schaarse middelen
Behoefte:
- Primaire vs secundaire behoeften:
o Primaire, basis- of levensnoodzakelijke behoeften (bv. Voeding, kleding,
onderdak)
o Secundaire behoeften: niet noodzakelijke behoeften maar maken het leven
wel gemakkelijker (normale en luxe goederen)
- Materiële vs immateriële behoeften:
o Materiële behoeften kun je kopen, het is een product, je kunt het
vasthouden.
o Immateriële behoeften kun je niet kopen, kun je niet vasthouden.
Het gaat hierbij bijvoorbeeld om vriendschap, liefde, stilte of gezondheid.
Toch kun je wel vaak geld en tijd besteden aan immateriële behoeften. Maar
ook onderwijs en geneeskunde.
- Collectieve vs individuele behoeften:
o Collectieve of gemeenschappelijke behoeften. Deze zijn gelijkaardig voor
een groot aantal personen (bv. Onderwijs, wegen, bejaardenzorg)
o Individuele behoeften worden bevredigd via inspanningen van personen/
gezinnen (bv. Ontspanning, voeding en huisvesting)
Schaarse middelen:
Economische of schaarse goederen: een middel waarvan de verlangde
hoeveelheid de beschikbare hoeveelheid zou overtreffen indien het middel gratis
ter beschikking stond
- Er is maar sprake van schaarste als er productiemiddelen moeten worden
opgeofferd om het product voort te brengen
- Schaars ≠ zeldzaam
- Gevolg: prijs betalen (inkomen is beperkt)
~2~
,- -> Schaarsheid duidt niet op de hoeveelheid goederen & diensten maar op de
beperktheid van ons inkomen. Want met ons inkomen kunnen we niet aan alle
behoeften tegelijk voldoen.
Voorbeeld: Fleswater is in België niet bepaald zeldzaam. Er zijn wel
productiemiddelen voor nodig.
→ schaars goed (in economische zin)
→ Ontstaan waarde verschijnsel! (we moeten ervoor betalen)
Niet schaars: als je er niet voor moet betalen (lucht, regen)
~3~
, Nuttigheid en keuzeprobleem:
Een goed komt pas in aanmerking voor de bevrediging van een behoefte in de mate
dat het nuttig is. (dus subjectief gegeven)
Economisch principe: met beschikbare middelen streeft men
naar maximale behoeftebevrediging, dit kan met een
voorkeurschema. Dus afhankelijk van het subjectief nut (volgens
graad van bevrediging) stelt men een waardeschaal op.
Een individu handelt volgens economische principe wnnr hij
met zijn beschikbare middelen een maximale behoefte
bevrediging bereikt.
De behoeftebevrediging (nut) vindt plaats in gezinnen die geld uitgeven aan
goederen en diensten → deze worden geproduceerd door de bedrijven en
overheid.
Duurzame economie:
Houdt rekening met maatschappelijke- en milieuaspecten om zo te
beantwoorden aan de behoefte van vandaag. Dit zonder toekomstige generaties
te beletten aan hun eigen behoefte te voldoen.
Efficiënter gebruik van natuurlijke (ingevoerde grondstoffen of natuurbronnen)
en menselijke (welvaart en welzijn) hulpbronnen.
Vermindert afhankelijkheid van prijsschommelingen van ingevoerde
grondstoffen & energiebronnen.
~4~
,Inleiding
0.1 Het doel van de economische wetenschap
https://www.scholieren.com/verslag/samenvatting-economie-hoofdstuk-1-
78591#:~:text=Mensen%20hebben%20verschillen%20de%20behoeften%2C%20maar
%20bepaalde%20behoeften,leven%20wel%20gemakkelijker%20maken%20noemen
%20we%20secundaire%20behoeften.
= de studie van het menselijk streven naar bevrediging van behoeften m.b.v.
schaarse middelen
Behoefte:
- Primaire vs secundaire behoeften:
o Primaire, basis- of levensnoodzakelijke behoeften (bv. Voeding, kleding,
onderdak)
o Secundaire behoeften: niet noodzakelijke behoeften maar maken het leven
wel gemakkelijker (normale en luxe goederen)
- Materiële vs immateriële behoeften:
o Materiële behoeften kun je kopen, het is een product, je kunt het
vasthouden.
o Immateriële behoeften kun je niet kopen, kun je niet vasthouden.
Het gaat hierbij bijvoorbeeld om vriendschap, liefde, stilte of gezondheid.
Toch kun je wel vaak geld en tijd besteden aan immateriële behoeften. Maar
ook onderwijs en geneeskunde.
- Collectieve vs individuele behoeften:
o Collectieve of gemeenschappelijke behoeften. Deze zijn gelijkaardig voor
een groot aantal personen (bv. Onderwijs, wegen, bejaardenzorg)
o Individuele behoeften worden bevredigd via inspanningen van personen/
gezinnen (bv. Ontspanning, voeding en huisvesting)
Schaarse middelen:
Economische of schaarse goederen: een middel waarvan de verlangde
hoeveelheid de beschikbare hoeveelheid zou overtreffen indien het middel gratis
ter beschikking stond
- Er is maar sprake van schaarste als er productiemiddelen moeten worden
opgeofferd om het product voort te brengen
- Schaars ≠ zeldzaam
- Gevolg: prijs betalen (inkomen is beperkt)
~2~
,- -> Schaarsheid duidt niet op de hoeveelheid goederen & diensten maar op de
beperktheid van ons inkomen. Want met ons inkomen kunnen we niet aan alle
behoeften tegelijk voldoen.
Voorbeeld: Fleswater is in België niet bepaald zeldzaam. Er zijn wel
productiemiddelen voor nodig.
→ schaars goed (in economische zin)
→ Ontstaan waarde verschijnsel! (we moeten ervoor betalen)
Niet schaars: als je er niet voor moet betalen (lucht, regen)
~3~
, Nuttigheid en keuzeprobleem:
Een goed komt pas in aanmerking voor de bevrediging van een behoefte in de mate
dat het nuttig is. (dus subjectief gegeven)
Economisch principe: met beschikbare middelen streeft men
naar maximale behoeftebevrediging, dit kan met een
voorkeurschema. Dus afhankelijk van het subjectief nut (volgens
graad van bevrediging) stelt men een waardeschaal op.
Een individu handelt volgens economische principe wnnr hij
met zijn beschikbare middelen een maximale behoefte
bevrediging bereikt.
De behoeftebevrediging (nut) vindt plaats in gezinnen die geld uitgeven aan
goederen en diensten → deze worden geproduceerd door de bedrijven en
overheid.
Duurzame economie:
Houdt rekening met maatschappelijke- en milieuaspecten om zo te
beantwoorden aan de behoefte van vandaag. Dit zonder toekomstige generaties
te beletten aan hun eigen behoefte te voldoen.
Efficiënter gebruik van natuurlijke (ingevoerde grondstoffen of natuurbronnen)
en menselijke (welvaart en welzijn) hulpbronnen.
Vermindert afhankelijkheid van prijsschommelingen van ingevoerde
grondstoffen & energiebronnen.
~4~
