100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached 4.2 TrustPilot
logo-home
Summary

Samenvatting COMPLEET examendocument

Rating
-
Sold
2
Pages
41
Uploaded on
03-06-2025
Written in
2024/2025

In dit document staat alle theoretische stof m.b.t. het examen materieel strafrecht. College aantekeningen, alle jurisprudentie, literatuuraantekeningen, lesaantekeningen en stappenplannen staan hierin verwerkt. In dit document staat alles wat je moet weten en meer!

Show more Read less
Institution
Course











Whoops! We can’t load your doc right now. Try again or contact support.

Written for

Institution
Study
Course

Document information

Uploaded on
June 3, 2025
Number of pages
41
Written in
2024/2025
Type
Summary

Subjects

Content preview

VERDIEPING MATERIEEL
STRAFRECHT
EXAMENDOCUMENT

,WEEK 1: LEGALITEIT EN NORMINTERPRETATIE




HET LEGALITEITSBEGINSEL:
Art. 1 lid 1 Sr:
‘Geen feit is strafbaar dan uit kracht van een daaraan voorafgegane wettelijke
strafbepaling’

 Wettelijk  wet in materiele zin  een lagere wetgever heeft de bevoegdheid
strafbepalingen te maken
Voorbeeld: wildplassen staat in de APV

Let op: lagere wetgever kan nooit een wet in formele zin maken!

 Niet alleen verankerd in art. 1 lid 1 Sr:
Ook in art. 16 GW, art. 7 EVRM en art. 49 Handvest EU
Art. 1 lid 1 Sr  strikter (want kent verbod op gewoonterecht)
Art. 7 EVRM  ruimere interpretatiemogelijkheid  laat in sommige gevallen
gewoonterecht toe. Ook kent het het lex scripta beginsel niet (omdat er ook
common law landen tussen zitten)

 Mensbeeld = Schuldgezichtspunt: “Je kunt pas schuldig zijn als je wist dat je iets
verkeerd deed”
Gebaseerd op het idee van homo economicus (= rationeel denkende mens die
bewust keuzes maakt en zijn gedrag afstemt op de bekende regels)  is
achterhaald want men handelt ook uit emotie.


FUNCTIE:
- Waarborgen van de rechtszekerheid
- Voorkomen van willekeur
- Garanderen dat burgers alleen gestraft kunnen worden op basis vaan duidelijke
en vooraf bestaande wetten

Rationalis  Het heeft dus een rechtsbeschermende functie  het beschermt de burger
tegen de overheid en het bepaalt de grenzen van de overheidsmacht


DE VIER VEREISTEN VAN HET LEGALITEITSBEGINSEL:
1. Verbod van terugwerkende kracht (lex praevia)
Je kunt niet gestraft worden voor iets wat op het moment van handelen nog niet
strafbaar was. Strafwetgeving geldt alleen vanaf het moment dat ze in werking
treedt, tenzij er sprake is van een mildere nieuwe wet (artikel 1 lid 2 Sr, lex mitior)
 Venlose koppelaarster- arrest: oordeelde de HR in het voordeel van de
verdachte nadat de strafbaarstelling werd gewijzigd tijdens de berechting.

2. Lex certa-beginsel (bepaalbaarheid)
Strafbepalingen moeten duidelijk zijn. Burgers moeten kunnen voorzien wat
strafbaar is, en rechters mogen niet zelf nieuwe strafbepalingen “creëren”.

Het is niet altijd duidelijk wat strafbaar is  tanken zonder te betalen arrest:
Is tanken zonder te betalen diefstal, verduistering, oplichting of flessentrekkerij?
HR: het komt aan op

, 1. de intentie waarmee verdachte getankt heeft  vooraf een plan = diefstal
geen plan = verduistering
2. of het tanken als wegnemen of als anders dan misdrijf onder zich krijgen kan
worden aangemerkt
3. feiten en omstandigheden van het geval
 deze nuancering is niet voor een gemiddelde burger te overzien!


3. Lex scripta:
De bepaling moet geschreven zijn

4. Verbod op analogie
Rechters mogen de strafwet niet uitbreiden naar vergelijkbare, maar niet
uitdrukkelijk strafbaar gestelde gedragingen.
Wanneer er onzekerheid bestaat over de uitleg van een wetsartikel  dient in
voordeel van verdachte te worden uitgelegd (in dubio pro reo)

Voorbeeld: Als het stelen van een fiets strafbaar is, mag de rechter niet zeggen
“dan geldt dat ook voor een step, want dat is vergelijkbaar”, tenzij de wet dat
expliciet regelt.  extensieve interpretatie mag wel  = ruim interpreteren
 Enig goed – arrest: HR: het wegnemen van elektriciteit valt onder art. 310
Sr en mag door de rechter ruim geinterpreteerd worden (extensieve
interpretatie)  anders zou dit betekenen dat het aftappen van
elektriciteit op basis van het legaliteitsbeginsel (voornamelijk lex certa)
niet onder art. 310 Sr zou vallen.

De rechtspraak heeft het begrip “enig goed” sterk opgerekt. Niet alleen fysieke
objecten, maar ook elektriciteit, giraal geld en tankpassen worden als goed
aangemerkt. Hierdoor is het bereik van artikel 310 Sr aanzienlijk verruimd. Deze
extensieve interpretatie roept vragen op over de grenzen van het
legaliteitsbeginsel, vooral wanneer het oorspronkelijke delictbegrip wordt
aangepast aan technologische ontwikkelingen zonder wetgevingswijziging

 Runescape – arrest: ook in dit arrest heeft de HR ‘goed’ extensief
geinterpreteerd.

In theorie is analogie helder: de rechter mag de wet niet uitbreiden naar
vergelijkbare, maar niet genoemde gevallen.
In de praktijk schuurt dit verbod met de extensieve interpretatie (zoals bij
uitleg enig goed of wederrechtelijkheid).


LEGALITEITSBEGINSEL LID 2:
Lid 1  verbiedt strafbaarheid zonder voorafgaande wet
Lid 2  biedt de mogelijkheid om mildere latere wet met terugwerkende kracht toe te
passen (lex mitior beginsel)

= gewijzigd inzicht van de wetgever
Als een gedraging (die eerst strafbaar is) niet langer strafbaar is of lichter wordt bestraft
Voorbeeld  Venlose koppelaarster- arrest

Maatschappelijke invloed op legaliteitsbeginsel:
We streven er naar om risisco’s te voorkomen en te minimaliseren op het
strafrecht en de invulling en toepassing van het legaliteitsbeginsel. Dit leidt tot
een verschuiving van reactief naar preventief strafrecht. Delicten worden breder
en abstracter geformuleerd om toekomstige gevaren te bestrijden. Dit leidt tot
een uitholling van schuldbegrippen en het toepassen van objectieve maatstaven.
Hierdoor komt het legaliteitsbeginsel onder druk te staan, omdat het lastiger

, wordt om voorzienbaar te zijn wat strafbaar is. De rechter krijgt meer ruimte om
open normen in te vullen, wat kan botsen met de eis van lex certa.


BESCHERMING VAN LEGALITEIT:
De HR probeert te voorkomen dat strafwetten te ruim worden geinterpreteerd. Dit doen
zij op 3 manieren:
1. Restrictief interpreteren:
De Hoge Raad kijkt kritisch naar vage of "open" strafbepalingen, zoals bij:
Oplichting: Niet elke leugen is strafbaar. De Hoge Raad zegt dat er
“geraffineerde misleiding” moet zijn én het slachtoffer moet oplettend zijn.
Zo voorkomen ze dat gewone ruzies (zoals bij een koop of verkoop) ineens
strafbaar worden.
Groepsbelediging: Niet elke kwetsende opmerking is strafbaar. De Hoge Raad
kijkt naar de context. Alleen echt ernstige gevallen worden strafbaar gevonden.

2. Kwalificatie- uitsluitingsgronden:
Soms vindt de HR dat gedrag strafbaar lijkt, maar niet onder een strafbepaling
valt
Voorbeeld:
Tongzoen- arrest: De Hoge Raad komt met deze beoordeling terug op zijn eerdere
oordeel uit 1998. Hoewel het geven van een tongzoen wel het seksueel
binnendringen van het lichaam is, kan dit niet meer gelijk worden gesteld met
geslachtsgemeenschap. Dit wil zeggen dat het geven van een tongzoen voortaan
niet meer als verkrachting gekwalificeerd kan worden.

Grenzen virtuele kinderporno – arrest: Niet elk beeld is automatisch strafbaar als
kinderporno.

3. Inlezen van stilzwijgende voorwaarden:
Voorbeeld: bij mensenhandel voegt de HR ‘uitbuiting’ toe aan de definitie, ook al
staat dat niet letterlijk in de wet. Zo zorgt de HR ervoor dat de wet alleen gebruikt
wordt waar het echt nodig is.

Ook het OM draagt bij aan bescherming van de legaliteit. Zij mogen richtlijnen maken
wanneer zij wel of niet vervolgen. Dit draagt bij aan het voorkomen van willekeur. Dit
beschermt het legaliteitsbeginsel.


VAGE NORMEN:
Hoe kun je vage strafbaarstellingen meer in norm brengen met het legaliteitsbeginsel

We kennen het lex certa beginsel (gebod van toegankelijke duidelijke en scherp
geformuleerde normen). Toch zijn veel strafbepalingen ‘vaag’ en dus in beginsel in strijd
met het legaliteitsbeginsel.

Soms is een bepaalde vaagheid onvermijdelijk  het moet efficient zijn  als je het te
veel gaat inkaderen, kan het zijn dat bepaald gedrag niet onder de delictsgedraging valt
terwijl dat wel wenselijk is.



JURISPRUDENTIE:
Grenzen virtuele kinderporno- arrest:
Virtuele kinderpornografie betreft afbeeldingen van seksuele gedragingen met
(schijnbaar) minderjarigen, die niet echt bestaan – bijvoorbeeld tekeningen,
schilderijen of computerrenders. In het HR 8 december 2015-arrest oordeelde de
Hoge Raad dat ook zeer realistisch ogende afbeeldingen hieronder vallen, zelfs als

Get to know the seller

Seller avatar
Reputation scores are based on the amount of documents a seller has sold for a fee and the reviews they have received for those documents. There are three levels: Bronze, Silver and Gold. The better the reputation, the more your can rely on the quality of the sellers work.
giannarea76 Maastricht University
Follow You need to be logged in order to follow users or courses
Sold
30
Member since
1 year
Number of followers
1
Documents
10
Last sold
1 month ago

5,0

1 reviews

5
1
4
0
3
0
2
0
1
0

Recently viewed by you

Why students choose Stuvia

Created by fellow students, verified by reviews

Quality you can trust: written by students who passed their exams and reviewed by others who've used these notes.

Didn't get what you expected? Choose another document

No worries! You can immediately select a different document that better matches what you need.

Pay how you prefer, start learning right away

No subscription, no commitments. Pay the way you're used to via credit card or EFT and download your PDF document instantly.

Student with book image

“Bought, downloaded, and aced it. It really can be that simple.”

Alisha Student

Frequently asked questions