Natuurkunde H14 samenvatting
https://quizlet.com/_7n8be9?x=1jqt&i=1rdsip ← begrippen oefenen
14.1 Introductie
- Quantumtheorie= natuurkundige theorie die het gedrag van materie en energie met
interacties van kwanta op atomaire schaal beschrijft
- Tijdens emissie & absorptie → deeltjeskarakter
- Tussen emissie & absorptie → golfkarakter
- Materiedeeltjes → protonen, elektronen, atomen en moleculen
- Fotonen= lichtdeeltjes met een aangepaste hoeveelheid stralingsenergie
- Behoudswetten → lading kan niet verdwijnen, wel kunnen positieve en negatieve
lading elkaar opheffen.
- Impuls= grootheid die de hoeveelheid beweging van de deeltjes aangeeft.
- Interferenties= samenwerking van verschillende lopende golven.
- Interferentie patroon= patroon van de amplitudes van resulterende staande golf.
- Atoommodel:
- Quantumverschijnselen= bijvoorbeeld bij de discrete energieniveaus van atomen
en de vaste hoeveelheden fotonenergie die horen bij de overgangen tussen die
energieniveaus
14.2 Golfkarakter van licht
- Licht wordt door atomen uitgezonden als fotonen, lichtdeeltjes of golf pakketjes, die
een bepaalde hoeveelheid elektromagnetische stralingsenergie hebben.
- Het uitzenden en ook het absorberen van elektromagnetische stralingsenergie, zoals
licht, is gequantiseerd → dat wil zeggen dat het in afzonderlijke hoeveelheden
gebeurt en niet als een continu proces.
- Golven bestaan uit trillingen die zich voortplanten met een bepaalde golfsnelheid.
- Als golven die heen en weer blijven kaatsen, kunnen staande golven ontstaan met
knopen en buiken.
, - Knopen en buiken ontstaan doordat op sommige plaatsen de door elkaar lopende
golven elkaar verzwakken of zelfs uitdoven (knopen) en op andere plaatsen elkaar
versterken (buiken) ← interferentie ← typische golfverschijnsel
- Constructieve interferentie= als in een bepaald punt van twee kanten golven met
voortdurend gelijke fase aankomen, versterken ze elkaar.
- Destructieve interferentie= golven die in een bepaald punt voortdurend met
tegengestelde fase aankomen, verzwakken elkaar of doven elkaar uit als hun
amplitudes even groot zijn.
- Interferentie van golven die zich in de ruimte uitbreiden kun je waarnemen als twee
verschillende bronnen dicht bij elkaar staan en continu trillen met eenzelfde vaste
frequentie.
- Het gebied waar de golven door elkaar heen lopen ontstaat een
interferentiepatroon van knooplijnen en buiklijnen.
- Hoe groter de afstand tussen de twee puntbronnen, hoe meer knooplijnen
zichtbaar zijn.
- Hoe groter de frequentie van de trillingsbron, hoe meer knooplijnen er
zichtbaar zijn.
- Bij interferentie lopen de knooplijnen en buiklijnen wijder uiteen naarmate de
afstand tussen de identieke bronnen kleiner is ten opzichte van de golflengte.
- https://www.youtube.com/watch?v=Bm2WievRZWA ← dubbelspleet experiment
- Interferentie bij een dubbelspleet is zichtbaar als de afstand tussen de spleten
dezelfde orde van grootte heeft van de golflengte.
https://quizlet.com/_7n8be9?x=1jqt&i=1rdsip ← begrippen oefenen
14.1 Introductie
- Quantumtheorie= natuurkundige theorie die het gedrag van materie en energie met
interacties van kwanta op atomaire schaal beschrijft
- Tijdens emissie & absorptie → deeltjeskarakter
- Tussen emissie & absorptie → golfkarakter
- Materiedeeltjes → protonen, elektronen, atomen en moleculen
- Fotonen= lichtdeeltjes met een aangepaste hoeveelheid stralingsenergie
- Behoudswetten → lading kan niet verdwijnen, wel kunnen positieve en negatieve
lading elkaar opheffen.
- Impuls= grootheid die de hoeveelheid beweging van de deeltjes aangeeft.
- Interferenties= samenwerking van verschillende lopende golven.
- Interferentie patroon= patroon van de amplitudes van resulterende staande golf.
- Atoommodel:
- Quantumverschijnselen= bijvoorbeeld bij de discrete energieniveaus van atomen
en de vaste hoeveelheden fotonenergie die horen bij de overgangen tussen die
energieniveaus
14.2 Golfkarakter van licht
- Licht wordt door atomen uitgezonden als fotonen, lichtdeeltjes of golf pakketjes, die
een bepaalde hoeveelheid elektromagnetische stralingsenergie hebben.
- Het uitzenden en ook het absorberen van elektromagnetische stralingsenergie, zoals
licht, is gequantiseerd → dat wil zeggen dat het in afzonderlijke hoeveelheden
gebeurt en niet als een continu proces.
- Golven bestaan uit trillingen die zich voortplanten met een bepaalde golfsnelheid.
- Als golven die heen en weer blijven kaatsen, kunnen staande golven ontstaan met
knopen en buiken.
, - Knopen en buiken ontstaan doordat op sommige plaatsen de door elkaar lopende
golven elkaar verzwakken of zelfs uitdoven (knopen) en op andere plaatsen elkaar
versterken (buiken) ← interferentie ← typische golfverschijnsel
- Constructieve interferentie= als in een bepaald punt van twee kanten golven met
voortdurend gelijke fase aankomen, versterken ze elkaar.
- Destructieve interferentie= golven die in een bepaald punt voortdurend met
tegengestelde fase aankomen, verzwakken elkaar of doven elkaar uit als hun
amplitudes even groot zijn.
- Interferentie van golven die zich in de ruimte uitbreiden kun je waarnemen als twee
verschillende bronnen dicht bij elkaar staan en continu trillen met eenzelfde vaste
frequentie.
- Het gebied waar de golven door elkaar heen lopen ontstaat een
interferentiepatroon van knooplijnen en buiklijnen.
- Hoe groter de afstand tussen de twee puntbronnen, hoe meer knooplijnen
zichtbaar zijn.
- Hoe groter de frequentie van de trillingsbron, hoe meer knooplijnen er
zichtbaar zijn.
- Bij interferentie lopen de knooplijnen en buiklijnen wijder uiteen naarmate de
afstand tussen de identieke bronnen kleiner is ten opzichte van de golflengte.
- https://www.youtube.com/watch?v=Bm2WievRZWA ← dubbelspleet experiment
- Interferentie bij een dubbelspleet is zichtbaar als de afstand tussen de spleten
dezelfde orde van grootte heeft van de golflengte.