Samenvatting bijzondere overeenkomsten
Hoofdstuk 1
1.1 Inleiding
Bijzondere overeenkomsten zijn overeenkomsten waarvoor de wetgever in het Burgerlijk Wetboek
speciale regels heeft opgesteld, in aanvulling op de gewone verbintenissenrechtelijke regels van Boek
6 BW. Zoals koop-, huur- en arbeidsovereenkomsten. Bijzondere overeenkomsten zijqn niet zeldzaam
maar kennen een bijzondere regeling in de wet, aanvullend op de algemene regels. Ze worden ook
wel benoemde overeenkomsten genoemd. Deze aparte regels bevorderen de goede verloop van het
rechtsverkeer.
Als aanbod en aanvaarding overeenstemmen komt er krachtens art. 6:217 lid 1 BW een
overeenkomst tot stand. Een beknopte overeenkomst is niet altijd voldoende, er kunnen dan
problemen ontstaan door niet-gemaakte afspraken. Aanvullende wettelijke bepalingen speciaal
geschreven voor overeenkomsten bieden dan een oplossing. Geschillen worden dan vermeden.
De zwakkere partij wordt op grond van de wet beschermd bij bijzondere overeenkomsten, dit zijn
vaak de werknemer, de consument en de huurder. De onderhandelingspositie van de zwakkere partij
is vaak slechter door een verschil in kennis of financiën. Deze bescherming komt ook voor bij
wettelijke bepalingen voor andere overeenkomsten uit het BW. Afwijking van deze bepalingen is
alleen mogelijk in het voordeel van de zwakkere partij.
Hoofdredenen voor bijzondere overeenkomsten:
o Bevorderen van een goed verloop van het rechtsverkeer;
o Beschermen zwakkere partij;
o Bijzondere wettelijke regel gaat altijd voor algemene wettelijke regel (lex specialis derogat lex
generali).
1.3 Plaats in het BW
De bijzondere overeenkomsten worden behandeld in boek 7, 7A en 8. De gelaagde structuur van het
Burgerlijk Wetboek houdt in dat wettelijke regels in het BW gedetailleerder worden naarmate je
verder in het wetboek komt.
- Boek 1 & 2 -> natuurlijke personen en rechtspersonen (rechtssubjecten);
- Boek 3 -> vermogensrecht in het algemeen;
- Boek 4 -> erfrecht;
- Boek 5 -> zakelijke rechten en het eigendomsrecht;
- Boek 6 -> algemene deel verbintenissenrecht (algemene regels overeenkomsten);
- Boek 7, 7A en 8 -> bijzondere regels voor overeenkomsten;
- Boek 9 -> bestaat niet;
- Boek 10 -> NL recht of internationaal recht van toepassing.
1.4 Geschiedenis en toekomst van het BW
In de oorspronkelijke planning zou boek 9 BW het boek worden dat alle rechten op voortbrengselen
van de menselijke geest zou regelen. Boek 9 BW zal op korte termijn niet worden ingevoerd. De
privaatrechtelijke wetgeving is belangrijk voor het economisch verkeer. Er geldt een interne markt
zonder handelsbelemmeringen tussen de lidstaten van de Europese Unie. Daarvoor is het handig dat
de privaatrechtelijke regels van landen gelijk worden getrokken. Europese regelingen worden dus
steeds belangrijker in het privaatrecht (bijv consumentenbescherming). Een Europese richtlijn houdt
in dat lidstaten hun nationale wetgeving binnen een bepaalde termijn moeten aanpassen aan de
Europese richtlijn. Sommige Europese vorderingen gelden rechtstreeks in de lidstaten. Bijv de
geoblocking-verordening, dit is het blokkeren van toegang tot bepaalde sites en apps op basis van
locatie van de gebruiker (geodiscriminatie).
,Samenvatting bijzondere overeenkomsten
Een ander internationaal privaatrechtelijke regeling die voor het handelsverkeer van belang is het
Weens Koopverdrag. Dit verdrag geeft regels over het sluiten van grensoverschrijdende
koopovereenkomsten. Dit verdrag is niet verplicht. Partijen binnen het privaatrecht mogen zelf
bepalen welk rechtsstelsel van toepassing is. Het commerciële verkeer heeft veel internationale
aspecten, daarom komt het privaatrecht overeen.
Alle Europese landen hebben hun eigen privaatrechtelijke regeling over het (consumenten)recht. Er
kunnen 3 juridische families worden onderscheiden:
1. Landen met een napoleontisch systeem;
2. Landen met een Romaans-Germaans systeem;
3. Common law-systemen.
1.5 Bijzondere overeenkomsten in het BW
De meeste bijzondere overeenkomsten staan in boek 7, 7A en 8 BW. Het BW regelt de belangrijkste
en meest voorkomende bijzondere overeenkomsten. Boek 8 bevat de regels rond
vervoersovereenkomsten (goederen- en personenvervoer). Categorieën bijzondere overeenkomsten:
Overeenkomsten die de overdracht van een goed tot doel hebben:
- Koop -> titel 1
- Schenking -> titel 3
- Ruil -> titel 1
Overeenkomsten die het gebruik van een goed tot doel hebben:
- Huur -> titel 4
- Pacht -> titel 5
Overeenkomsten op grond waarvan werkzaamheden worden verricht:
- Opdracht -> titel 7
- Bewaarneming -> titel 9
- Arbeidsovereenkomst -> titel 10
- Aanneming van werk -> titel 12
Overeenkomsten met een financieel karakter:
- Financiële zekerheidsovereenkomst -> titel 2
- Consumentenkrediet -> titel 2A
- Goederenkrediet -> titel 2B
- Geldlening -> titel 2C
- Pandbelening -> titel 2D
- Borgtocht -> titel 14
- Verzekering -> titel 17
- Lijfrente -> titel 18
Restcategorie:
- Vaststellingsovereenkomst -> titel 15
- Franchiseovereenkomst -> titel 16
- Beleidsovereenkomst (past ook in andere categorieën)
- Reisovereenkomst -> titel 7A
- Betalingstransactie -> titel 7B
- Etc.
,Samenvatting bijzondere overeenkomsten
1.6 Aspecten van de wettelijke regelingen van bijzondere overeenkomsten
- Precontractuele verbintenissen: Verplichtingen die ontstaan voordat er sprake is van een
overeenkomst. De verbintenis vloeit dan niet voort uit een overeenkomst maar uit de wet
(art. 6:1 BW). Bijv de aannemer moet voordat er sprake is van een overeenkomst de klant
laten weten dat het bouwproject onverstandig is -> waarschuwingsverplichting aannemer
(art. 7:754 BW).
- Totstandkoming overeenkomst: Boek 6 bevat samen met boek 3 de totstandkoming van een
overeenkomst. Deze komt vormvrij tot stand tenzij de wet anders bepaald. De
koopovereenkomst van een onroerende zaak moet bijv schriftelijk zijn als de koper
consument is (art. 7:2 lid 1 BW). Zo heeft de consument 3 (werk)dagen bedenktijd na
aankoop. Dan kan de koopovereenkomst zonder reden ontbonden worden. Zo worden
consumenten beschermd tegen impulsaankopen. Door het schriftelijk vastleggen wordt ook
de datum vastgelegd, dit kan conflicten voorkomen.
- Inhoud: Veel regels uit boek 7 BW geven dwingende of aanvullende regels over de inhoud van
een overeenkomst en de verplichtingen die daaruit voortvloeien. De partijen die de
overeenkomst sluiten moeten zich redelijk en billijk gedragen, art. 6:2 BW. Artikel 7:401 BW
heeft een verduidelijkende functie. Artikelen met deze functie lijken vaak dubbel.
- Einde: Bijzondere overeenkomsten kunnen specifieke regels bevatten over het beëindigen.
Bijv art. 7:763 BW over aanneming van werk overeenkomsten in geval van
arbeidsongeschiktheid of overleiden van de aannemer.
- Speciale regels nakoming, schadevergoeding of ontbinding: Bijzondere overeenkomsten
kunnen specifieke regels bevatten over nakoming, schadevergoeding of ontbinding. Bij
consumentenkoop bepaalt art. 7:22 lid 2 BW dat ontbinding in beginsel pas bestaat als
herstel of vervanging van de afgeleverde zaak niet mogelijk is.
- Postcontractuele verbintenissen: Verbintenissen die na tenietgaan va de overeenkomst nog
kunnen ontstaan. Bijv de after sales service waarbij een verkoper later tegen een vergoeding
aanvullende service dient te bieden.
1.7 Gemengde overeenkomsten
Voor consumentenkoop gelden aanvullende regels. Artikel 7:5 lid 4 BW bepaalt dat regels van
consumentenkoop voor de regels van aanneming van werk gaan -> art. 7:750 BW. Een
pensionovereenkomst heeft meerdere elementen, dit is een overeenkomst waarbij iemand een
kamer huurt in een pension, daar wordt voor diegene gekookt en meer. Deze overeenkomst bevat
overeenkomsten van huur, koop en opdracht (het verrichten van diensten voor de huurder).
Als partijen meerdere afspraken maken die op zichzelf goed van elkaar te scheiden zijn, hoeft er geen
gemengde overeenkomst te worden aangenomen. Er kan dan sprake zijn van een samengestelde
overeenkomst: een overeenkomst die in meerdere, afzonderlijke bijzondere overeenkomsten
uiteenvalt. Er is pas sprake van vermenging als de hoofdverplichtingen uit de overeenkomst niet goed
los van elkaar kunnen worden gezien.
Art. 6:125 BW geeft de vuistregel voor overeenkomsten die kenmerken van meerdere bijzondere
overeenkomsten vertonen. Dit houdt in dat de bepalingen in beginsel los van elkaar blijven bestaan,
tenzij ze onverenigbaar zijn of in strijd zijn met de aard van de overeenkomst. Dan moet er worden
bepaald welke bepaling voorrang moet krijgen. Dwingende bepalingen gaan voor aanvullende
bepalingen. 2 dwingende bepalingen leveren vaak problemen op.
, Samenvatting bijzondere overeenkomsten
1.8 Overeenkomsten zonder wettelijke regeling
Overeenkomsten die per definitie nog geen regeling in het BW kennen geldt het algemene
overeenkomstenrecht van het BW. Zo’n overeenkomst wordt een overeenkomst sui generis genoemd.
Voor de onderhandelingen sluiten partijen vaak geheimhoudingsovereenkomsten (NDA’s) om
bedrijfsgeheimen geheim te houden. Er mag dan niks over de onderhandelingen naar buiten worden
gebracht. Als er vervolgens geen overeenkomst tot stand komt zullen bepaalde documenten
vernietigd moeten worden. Op de overtreding van een geheimhoudingsovereenkomst staat een forse
boete.
Een stageovereenkomst en een overeenkomst tot het verrichten van werk zijn voorbeelden van een
overeenkomst sui generis. Maar deze overeenkomsten voldoen niet aan een arbeidsovereenkomst
zoals beschreven in art. 7:610 BW (gratis arbeid en leerproces is belangrijker dan het verrichten van
werk). Een sponsorovereenkomst is ook niet in de wet geregeld, maar komt wel vaak voor. Boek 1 t/m
6 BW zijn hiervoor van toepassing.
De naam die in het handelsverkeer voor een overeenkomst wordt gebruikt, is niet bepalend voor de
vraag wat voor overeenkomst het is. Als een overeenkomst voldoet aan een wettelijke beschrijving,
dan zijn de betreffende regels van toepassing. Dit is vooral van belang bij dwingende regels. Hier
moet altijd aan gehouden worden, door je naam te veranderen ontkom je niet aan de regels. De
inhoud van de overeenkomst is bepalend voor welke wettelijke regels van toepassing waren.
1.9 Geschillen
Een kantonrechter bepaald over zaken rondom huur- en arbeidsovereenkomsten, consumentenkoop
en -krediet en geldvorderingen met een waarde van maximaal €25.000. Bij de kantonrechter is een
advocaat niet verplicht. Geschillen over andere bijzondere overeenkomsten worden aan de gewone
civiele rechter voorgelegd. Veel geschillen in de bouwsector worden d.m.v. arbitrage geregeld.
Geschillen met een consument kunnen door een ondernemer worden voorgelegd aan de
geschillencommissie. Voor overeenkomsten over financiële dienstverlening is er het Klachteninstituur
Financiële dienstverlening (KiFiD).
1.10 Functies in de rechtspraktijk
In de beroepspraktijk is er een onderscheid tussen de consumentenpraktijk (geschillen consumenten
onderling en consumenten versus bedrijven. Zoals functies bij rechtsbijstandsverzekeraars -> Juridisch
Loket) en de zakelijke praktijk (tussen ondernemingen onderling. Zoals functies bij de rechtspraak,
advocatuur of notariaat).
Hoofdstuk 1
1.1 Inleiding
Bijzondere overeenkomsten zijn overeenkomsten waarvoor de wetgever in het Burgerlijk Wetboek
speciale regels heeft opgesteld, in aanvulling op de gewone verbintenissenrechtelijke regels van Boek
6 BW. Zoals koop-, huur- en arbeidsovereenkomsten. Bijzondere overeenkomsten zijqn niet zeldzaam
maar kennen een bijzondere regeling in de wet, aanvullend op de algemene regels. Ze worden ook
wel benoemde overeenkomsten genoemd. Deze aparte regels bevorderen de goede verloop van het
rechtsverkeer.
Als aanbod en aanvaarding overeenstemmen komt er krachtens art. 6:217 lid 1 BW een
overeenkomst tot stand. Een beknopte overeenkomst is niet altijd voldoende, er kunnen dan
problemen ontstaan door niet-gemaakte afspraken. Aanvullende wettelijke bepalingen speciaal
geschreven voor overeenkomsten bieden dan een oplossing. Geschillen worden dan vermeden.
De zwakkere partij wordt op grond van de wet beschermd bij bijzondere overeenkomsten, dit zijn
vaak de werknemer, de consument en de huurder. De onderhandelingspositie van de zwakkere partij
is vaak slechter door een verschil in kennis of financiën. Deze bescherming komt ook voor bij
wettelijke bepalingen voor andere overeenkomsten uit het BW. Afwijking van deze bepalingen is
alleen mogelijk in het voordeel van de zwakkere partij.
Hoofdredenen voor bijzondere overeenkomsten:
o Bevorderen van een goed verloop van het rechtsverkeer;
o Beschermen zwakkere partij;
o Bijzondere wettelijke regel gaat altijd voor algemene wettelijke regel (lex specialis derogat lex
generali).
1.3 Plaats in het BW
De bijzondere overeenkomsten worden behandeld in boek 7, 7A en 8. De gelaagde structuur van het
Burgerlijk Wetboek houdt in dat wettelijke regels in het BW gedetailleerder worden naarmate je
verder in het wetboek komt.
- Boek 1 & 2 -> natuurlijke personen en rechtspersonen (rechtssubjecten);
- Boek 3 -> vermogensrecht in het algemeen;
- Boek 4 -> erfrecht;
- Boek 5 -> zakelijke rechten en het eigendomsrecht;
- Boek 6 -> algemene deel verbintenissenrecht (algemene regels overeenkomsten);
- Boek 7, 7A en 8 -> bijzondere regels voor overeenkomsten;
- Boek 9 -> bestaat niet;
- Boek 10 -> NL recht of internationaal recht van toepassing.
1.4 Geschiedenis en toekomst van het BW
In de oorspronkelijke planning zou boek 9 BW het boek worden dat alle rechten op voortbrengselen
van de menselijke geest zou regelen. Boek 9 BW zal op korte termijn niet worden ingevoerd. De
privaatrechtelijke wetgeving is belangrijk voor het economisch verkeer. Er geldt een interne markt
zonder handelsbelemmeringen tussen de lidstaten van de Europese Unie. Daarvoor is het handig dat
de privaatrechtelijke regels van landen gelijk worden getrokken. Europese regelingen worden dus
steeds belangrijker in het privaatrecht (bijv consumentenbescherming). Een Europese richtlijn houdt
in dat lidstaten hun nationale wetgeving binnen een bepaalde termijn moeten aanpassen aan de
Europese richtlijn. Sommige Europese vorderingen gelden rechtstreeks in de lidstaten. Bijv de
geoblocking-verordening, dit is het blokkeren van toegang tot bepaalde sites en apps op basis van
locatie van de gebruiker (geodiscriminatie).
,Samenvatting bijzondere overeenkomsten
Een ander internationaal privaatrechtelijke regeling die voor het handelsverkeer van belang is het
Weens Koopverdrag. Dit verdrag geeft regels over het sluiten van grensoverschrijdende
koopovereenkomsten. Dit verdrag is niet verplicht. Partijen binnen het privaatrecht mogen zelf
bepalen welk rechtsstelsel van toepassing is. Het commerciële verkeer heeft veel internationale
aspecten, daarom komt het privaatrecht overeen.
Alle Europese landen hebben hun eigen privaatrechtelijke regeling over het (consumenten)recht. Er
kunnen 3 juridische families worden onderscheiden:
1. Landen met een napoleontisch systeem;
2. Landen met een Romaans-Germaans systeem;
3. Common law-systemen.
1.5 Bijzondere overeenkomsten in het BW
De meeste bijzondere overeenkomsten staan in boek 7, 7A en 8 BW. Het BW regelt de belangrijkste
en meest voorkomende bijzondere overeenkomsten. Boek 8 bevat de regels rond
vervoersovereenkomsten (goederen- en personenvervoer). Categorieën bijzondere overeenkomsten:
Overeenkomsten die de overdracht van een goed tot doel hebben:
- Koop -> titel 1
- Schenking -> titel 3
- Ruil -> titel 1
Overeenkomsten die het gebruik van een goed tot doel hebben:
- Huur -> titel 4
- Pacht -> titel 5
Overeenkomsten op grond waarvan werkzaamheden worden verricht:
- Opdracht -> titel 7
- Bewaarneming -> titel 9
- Arbeidsovereenkomst -> titel 10
- Aanneming van werk -> titel 12
Overeenkomsten met een financieel karakter:
- Financiële zekerheidsovereenkomst -> titel 2
- Consumentenkrediet -> titel 2A
- Goederenkrediet -> titel 2B
- Geldlening -> titel 2C
- Pandbelening -> titel 2D
- Borgtocht -> titel 14
- Verzekering -> titel 17
- Lijfrente -> titel 18
Restcategorie:
- Vaststellingsovereenkomst -> titel 15
- Franchiseovereenkomst -> titel 16
- Beleidsovereenkomst (past ook in andere categorieën)
- Reisovereenkomst -> titel 7A
- Betalingstransactie -> titel 7B
- Etc.
,Samenvatting bijzondere overeenkomsten
1.6 Aspecten van de wettelijke regelingen van bijzondere overeenkomsten
- Precontractuele verbintenissen: Verplichtingen die ontstaan voordat er sprake is van een
overeenkomst. De verbintenis vloeit dan niet voort uit een overeenkomst maar uit de wet
(art. 6:1 BW). Bijv de aannemer moet voordat er sprake is van een overeenkomst de klant
laten weten dat het bouwproject onverstandig is -> waarschuwingsverplichting aannemer
(art. 7:754 BW).
- Totstandkoming overeenkomst: Boek 6 bevat samen met boek 3 de totstandkoming van een
overeenkomst. Deze komt vormvrij tot stand tenzij de wet anders bepaald. De
koopovereenkomst van een onroerende zaak moet bijv schriftelijk zijn als de koper
consument is (art. 7:2 lid 1 BW). Zo heeft de consument 3 (werk)dagen bedenktijd na
aankoop. Dan kan de koopovereenkomst zonder reden ontbonden worden. Zo worden
consumenten beschermd tegen impulsaankopen. Door het schriftelijk vastleggen wordt ook
de datum vastgelegd, dit kan conflicten voorkomen.
- Inhoud: Veel regels uit boek 7 BW geven dwingende of aanvullende regels over de inhoud van
een overeenkomst en de verplichtingen die daaruit voortvloeien. De partijen die de
overeenkomst sluiten moeten zich redelijk en billijk gedragen, art. 6:2 BW. Artikel 7:401 BW
heeft een verduidelijkende functie. Artikelen met deze functie lijken vaak dubbel.
- Einde: Bijzondere overeenkomsten kunnen specifieke regels bevatten over het beëindigen.
Bijv art. 7:763 BW over aanneming van werk overeenkomsten in geval van
arbeidsongeschiktheid of overleiden van de aannemer.
- Speciale regels nakoming, schadevergoeding of ontbinding: Bijzondere overeenkomsten
kunnen specifieke regels bevatten over nakoming, schadevergoeding of ontbinding. Bij
consumentenkoop bepaalt art. 7:22 lid 2 BW dat ontbinding in beginsel pas bestaat als
herstel of vervanging van de afgeleverde zaak niet mogelijk is.
- Postcontractuele verbintenissen: Verbintenissen die na tenietgaan va de overeenkomst nog
kunnen ontstaan. Bijv de after sales service waarbij een verkoper later tegen een vergoeding
aanvullende service dient te bieden.
1.7 Gemengde overeenkomsten
Voor consumentenkoop gelden aanvullende regels. Artikel 7:5 lid 4 BW bepaalt dat regels van
consumentenkoop voor de regels van aanneming van werk gaan -> art. 7:750 BW. Een
pensionovereenkomst heeft meerdere elementen, dit is een overeenkomst waarbij iemand een
kamer huurt in een pension, daar wordt voor diegene gekookt en meer. Deze overeenkomst bevat
overeenkomsten van huur, koop en opdracht (het verrichten van diensten voor de huurder).
Als partijen meerdere afspraken maken die op zichzelf goed van elkaar te scheiden zijn, hoeft er geen
gemengde overeenkomst te worden aangenomen. Er kan dan sprake zijn van een samengestelde
overeenkomst: een overeenkomst die in meerdere, afzonderlijke bijzondere overeenkomsten
uiteenvalt. Er is pas sprake van vermenging als de hoofdverplichtingen uit de overeenkomst niet goed
los van elkaar kunnen worden gezien.
Art. 6:125 BW geeft de vuistregel voor overeenkomsten die kenmerken van meerdere bijzondere
overeenkomsten vertonen. Dit houdt in dat de bepalingen in beginsel los van elkaar blijven bestaan,
tenzij ze onverenigbaar zijn of in strijd zijn met de aard van de overeenkomst. Dan moet er worden
bepaald welke bepaling voorrang moet krijgen. Dwingende bepalingen gaan voor aanvullende
bepalingen. 2 dwingende bepalingen leveren vaak problemen op.
, Samenvatting bijzondere overeenkomsten
1.8 Overeenkomsten zonder wettelijke regeling
Overeenkomsten die per definitie nog geen regeling in het BW kennen geldt het algemene
overeenkomstenrecht van het BW. Zo’n overeenkomst wordt een overeenkomst sui generis genoemd.
Voor de onderhandelingen sluiten partijen vaak geheimhoudingsovereenkomsten (NDA’s) om
bedrijfsgeheimen geheim te houden. Er mag dan niks over de onderhandelingen naar buiten worden
gebracht. Als er vervolgens geen overeenkomst tot stand komt zullen bepaalde documenten
vernietigd moeten worden. Op de overtreding van een geheimhoudingsovereenkomst staat een forse
boete.
Een stageovereenkomst en een overeenkomst tot het verrichten van werk zijn voorbeelden van een
overeenkomst sui generis. Maar deze overeenkomsten voldoen niet aan een arbeidsovereenkomst
zoals beschreven in art. 7:610 BW (gratis arbeid en leerproces is belangrijker dan het verrichten van
werk). Een sponsorovereenkomst is ook niet in de wet geregeld, maar komt wel vaak voor. Boek 1 t/m
6 BW zijn hiervoor van toepassing.
De naam die in het handelsverkeer voor een overeenkomst wordt gebruikt, is niet bepalend voor de
vraag wat voor overeenkomst het is. Als een overeenkomst voldoet aan een wettelijke beschrijving,
dan zijn de betreffende regels van toepassing. Dit is vooral van belang bij dwingende regels. Hier
moet altijd aan gehouden worden, door je naam te veranderen ontkom je niet aan de regels. De
inhoud van de overeenkomst is bepalend voor welke wettelijke regels van toepassing waren.
1.9 Geschillen
Een kantonrechter bepaald over zaken rondom huur- en arbeidsovereenkomsten, consumentenkoop
en -krediet en geldvorderingen met een waarde van maximaal €25.000. Bij de kantonrechter is een
advocaat niet verplicht. Geschillen over andere bijzondere overeenkomsten worden aan de gewone
civiele rechter voorgelegd. Veel geschillen in de bouwsector worden d.m.v. arbitrage geregeld.
Geschillen met een consument kunnen door een ondernemer worden voorgelegd aan de
geschillencommissie. Voor overeenkomsten over financiële dienstverlening is er het Klachteninstituur
Financiële dienstverlening (KiFiD).
1.10 Functies in de rechtspraktijk
In de beroepspraktijk is er een onderscheid tussen de consumentenpraktijk (geschillen consumenten
onderling en consumenten versus bedrijven. Zoals functies bij rechtsbijstandsverzekeraars -> Juridisch
Loket) en de zakelijke praktijk (tussen ondernemingen onderling. Zoals functies bij de rechtspraak,
advocatuur of notariaat).
