Thorax
, Begrippen en grenzen
Thorax: algemeen
Botten: 12 thoracale wervels, 12 ribbenparen en het sternum
Spieren: mm intercostals (tussen de ribben) en diafragma
(scheiding van thorax en abdomen)
In de kliniek: elke pleuraholte of Capsula tot boven de eerste
rib
Ribben reiken voorbij lever, milt en beide nieren
Thorax: algemeen
Hier zin we een dwarsdoorsnede, we onderscheiden 3 compartimenten: 2
pleurale ruimten met beide longen in en het mediastinum met
• hart en grote bloedvaten
• Trachea
• Oesophagus
• Autonoom zenuwstelsel
• Lymfevaten
In de kliniek: pathologisch proces in 1 ruimte betekent niet noodzakelijk
weerslag op andere ruimte
Thorax: hulplijnen
Midclaviculaire lijn
• verticale lijn door het midden van de clavicula
• Apex hart op midclaviculaire lijn links
Voorste-mid lijn en posterieure axillaire lijn
Thorax: Apertura thoracicus superior
Bij de overgang van hals naar thorax lopen de viscerale en
vasculaire compartimenten door van de hals in het mediastinum
Ligt 1 vingerbreedte boven de clavicula
In de kliniek: afzakkend abces
Thorax: apertura thoracicus inferior
Opening van de thorax naar beneden toe
Grenzen worden anterieur gemaakt door proc xiphoideus en
posterieur door corpus T12, anterolateraal door distale
kraakbeenuitienden van rib 7-10 en posteriolateraal door rib
12 en distale einde rib 11
Het is tussen deze grenzen ongeveer dat het diafragma
inhecht.
, Diafragma
Spier die de thorax van het abdomen scheidt, heeft een sterke
welving en ziet eruit als een koepel
In het axiale vlak kunnen thorax en buikholte elkaar
overlappen door het diafragma
—-> perforerende traumata van de romp kunnen daardoor
letsels geven in beide lichaamsholten
Bloedvaten die door diafragma gaan
Van anterieur naar posterieur zien we dat de doorgang van hoog naar
laag gaat, vena cava gaat door diafragma thv T8, slokdarm thv T10 en
aorta thv T12
Structuren die door het diafragma lopen
• v cava inferior: pars tendinea, T8
• Oesophagus: pars musculosa, T10
• N vagus: samen met Oesophagus
• Aorta: posterieur van insertie op T12
• Ductus thoracicus: samen met aorta
• Vv azygos en hemiazygos: via hiatus van aorta of
doorheen de crura
• Orthosympathicus: lateraal van hiatus van aorta
• Nn splanchnici: doorheen crura
Diafragma: doorbloeding
Arterieel
• zijtakken: a thoracica interna en a intercostales
• A prhrenica super (> aorta thoracalis)
• A prhrenica inferior (> aorta abdominalis)
Veneus
• v azygos
• Vv brachiocephalicae
• Vv surrenales
• V cava inferior
Diafragma: innervatie
Door n phrenicus die ontstaat bij C3-C5
In de kliniek
• prikkeling onder of boven diafragma
• Irritatie diafragma
• schouderpijn door sensibele takken van schouder die dezelfde wortel
hebben als n phrenicus
, Begrippen en grenzen
Thorax: algemeen
Botten: 12 thoracale wervels, 12 ribbenparen en het sternum
Spieren: mm intercostals (tussen de ribben) en diafragma
(scheiding van thorax en abdomen)
In de kliniek: elke pleuraholte of Capsula tot boven de eerste
rib
Ribben reiken voorbij lever, milt en beide nieren
Thorax: algemeen
Hier zin we een dwarsdoorsnede, we onderscheiden 3 compartimenten: 2
pleurale ruimten met beide longen in en het mediastinum met
• hart en grote bloedvaten
• Trachea
• Oesophagus
• Autonoom zenuwstelsel
• Lymfevaten
In de kliniek: pathologisch proces in 1 ruimte betekent niet noodzakelijk
weerslag op andere ruimte
Thorax: hulplijnen
Midclaviculaire lijn
• verticale lijn door het midden van de clavicula
• Apex hart op midclaviculaire lijn links
Voorste-mid lijn en posterieure axillaire lijn
Thorax: Apertura thoracicus superior
Bij de overgang van hals naar thorax lopen de viscerale en
vasculaire compartimenten door van de hals in het mediastinum
Ligt 1 vingerbreedte boven de clavicula
In de kliniek: afzakkend abces
Thorax: apertura thoracicus inferior
Opening van de thorax naar beneden toe
Grenzen worden anterieur gemaakt door proc xiphoideus en
posterieur door corpus T12, anterolateraal door distale
kraakbeenuitienden van rib 7-10 en posteriolateraal door rib
12 en distale einde rib 11
Het is tussen deze grenzen ongeveer dat het diafragma
inhecht.
, Diafragma
Spier die de thorax van het abdomen scheidt, heeft een sterke
welving en ziet eruit als een koepel
In het axiale vlak kunnen thorax en buikholte elkaar
overlappen door het diafragma
—-> perforerende traumata van de romp kunnen daardoor
letsels geven in beide lichaamsholten
Bloedvaten die door diafragma gaan
Van anterieur naar posterieur zien we dat de doorgang van hoog naar
laag gaat, vena cava gaat door diafragma thv T8, slokdarm thv T10 en
aorta thv T12
Structuren die door het diafragma lopen
• v cava inferior: pars tendinea, T8
• Oesophagus: pars musculosa, T10
• N vagus: samen met Oesophagus
• Aorta: posterieur van insertie op T12
• Ductus thoracicus: samen met aorta
• Vv azygos en hemiazygos: via hiatus van aorta of
doorheen de crura
• Orthosympathicus: lateraal van hiatus van aorta
• Nn splanchnici: doorheen crura
Diafragma: doorbloeding
Arterieel
• zijtakken: a thoracica interna en a intercostales
• A prhrenica super (> aorta thoracalis)
• A prhrenica inferior (> aorta abdominalis)
Veneus
• v azygos
• Vv brachiocephalicae
• Vv surrenales
• V cava inferior
Diafragma: innervatie
Door n phrenicus die ontstaat bij C3-C5
In de kliniek
• prikkeling onder of boven diafragma
• Irritatie diafragma
• schouderpijn door sensibele takken van schouder die dezelfde wortel
hebben als n phrenicus