een aardappelstaafje bepalen
Gemaakt door:
Klas:
Datum:
Docent:
, Inleiding
• Met dit onderzoek gaan we uitzoeken wat de osmotische waarde is van een
aardappelstaafje/plant.
• Wat is eigenlijk een osmotische waarde?
• Hoe gaan we de osmotische waarde bepalen?
Cellen hebben een semipermeabel membraan oftewel selectief doorlatend membraan. Dit
type membraan laat watermoleculen door, maar de moleculen van opgeloste stoffen niet.
Bij osmose stroomt een vloeistof van een gebied met een lage concentratie naar een gebied
met een hoge concentratie. In dit practicum werd de osmotische waarde bepaald door
aardappelstaafjes in verschillende concentraties NaCl-oplossingen te plaatsen. Vervolgens
werden de stevigheid en de lengte van de aardappelstaafjes gemeten en werd gekeken of er
turgor, grensplasmolyse of plasmolyse optrad. Met grensplasmolyse weet je ongeveer wat de
osmotische waarde van een aardappel is.
Hiervoor hebben we een rode ui proef gedaan en dat was een korte test waarbij je dezelfde
concentratie NaCl gebruikt, maar dit op een stuk gesneden rode ui aanbrengt en het dan
onder een lichtmicroscoop plaatst om te zien wat er gebeurt zodat je kunt zien of het een
plasmolyse of een turgor is als je naar de celmembranen van de cellen van de rode ui kijkt.
Hypothese
Onderzoeksvraag 1
Welke invloed hebben verschillende NaCl-concentraties op de lengte en stevigheid van
aardappelstaafjes?
Onze verwachtingen bij elke NaCl-concentratie zijn:
- 0% : We verwachten dat het aardappelstaafje langer en steviger wordt oftewel turgor,
want het water gaat bij de hoogste concentratie opgeloste stoffen komen en in 0%
zijn er geen opgeloste stoffen, dus komt er water in de cel.
- ¼ % : Blijft turgor dus ook steviger en langer. We verwachten namelijk dat de
concentratie aan opgeloste stoffen in een aardappelcel hoger is dan ¼ %.
- ½ % : we denken dat de staaf dezelfde lengte en stevigheid zal houden omdat er kans
is op grensplasmolyse of het blijft turgor, aangezien in de rode uien test is gebleken
dat de cel grensplasmolyse had bij ½ % NaCl concentratie.
- 1% : de staaf wordt korter en minder stevig, want we denken dat vanaf deze
concentratie plasmolyse zal plaatsvinden.
- 2% : we denken dat de staafje korter en minder stevig wordt door plasmolyse.
- 4% : we denken dat er een groot verschil zal zijn in de afname van de stevigheid en
lengte van de staafjes, dit omdat er zeker plasmolyse zal plaatsvinden.