Hoorcollege 5A
De mens is een sociaal wezen. Vanaf geboorte zijn er waarnemings- en gedragsmogelijkheden
afgesteld op de soortgenoten. Mensen nadoen is krachtig als een voorbeeld hiervoor, niet
een lesje in woorden. Zelfvertrouwen van de kinderen groeit door relaties met anderen en
niet doordat het kind zo slim is.
Persoonlijkheidsontwikkeling is de ontwikkeling die eigenschappen van personen
onderscheidt. Dit zijn de duurzame eigenschappen van een persoon.
Sociale ontwikkeling is de verandering van sociale relaties en interacties met anderen.
Sociale cognitie is het waarnemen en interpreteren van de gevoelen en gedachten, intenties
van anderen en het denken over de ander als
, Erikson is de ontwikkelaar van de psychosociale ontwikkeling.
Vertrouwen versus wantrouwen begin van 0 tot 18 maanden. Dit is vergelijkbaar met
hechting. De ontwikkeling begint bij het vertrouwen van de omgeving. Dit staat ook centraal.
Vertrouwen is een gevoel van hoop en wantrouwen een gevoel van de wereld is hard en
onvriendelijk.
Autonomie versus schaamte/twijfel is van 18 maanden tot 3 jaar. Het is de ontwikkeling van
de zelfstandigheid. Deze staat dan ook centraal. Zelfstandigheid is het verkenningsgedrag
stimuleren. En schaamte ontwikkeling krijgen kinderen wanneer ze beperkt worden in hun
ontwikkeling en te beschermd opgevoed worden.
Initiatief versus schuld is van 3,5 tot 6 jaar. Het is de ontwikkeling van de gewetensvorming.
Initiatief tonen is dingen in gang durven en kunnen zetten. En schuld zijn gevoelens over
eigen daden en gedachten.
Vlijt versus minderwaardigheid is van 6 tot 12 jaar. Het is de ontwikkeling van het
zelf(vertrouwen). Vlijt is het groeiend besef van eigen competenties. En minderwaardigheid is
geen vertrouwen kunnen hebben in je eigen kunnen.
Identiteit versus identiteitsverwarring is de adolescentie. Het is de ontwikkeling waarin de
identiteit centraal staat. Identiteit is het innemen van de juiste rollen en identiteitsverwarring
is het onvermogen om juiste rol te kunnen identificeren.
Er zijn drie facetten bij de genderontwikkeling. Gender-identiteit is het gevoel een jongen of
meisje te zijn en daar vrede mee hebben. Gender-rol is het eigen maken van het gedrag dat
in een bepaald cultuur bij de sekse hoort en gender/seksuele gerichtheid de sekse waarnaar
het verlangen uitgaat.
De mens is een sociaal wezen. Vanaf geboorte zijn er waarnemings- en gedragsmogelijkheden
afgesteld op de soortgenoten. Mensen nadoen is krachtig als een voorbeeld hiervoor, niet
een lesje in woorden. Zelfvertrouwen van de kinderen groeit door relaties met anderen en
niet doordat het kind zo slim is.
Persoonlijkheidsontwikkeling is de ontwikkeling die eigenschappen van personen
onderscheidt. Dit zijn de duurzame eigenschappen van een persoon.
Sociale ontwikkeling is de verandering van sociale relaties en interacties met anderen.
Sociale cognitie is het waarnemen en interpreteren van de gevoelen en gedachten, intenties
van anderen en het denken over de ander als
, Erikson is de ontwikkelaar van de psychosociale ontwikkeling.
Vertrouwen versus wantrouwen begin van 0 tot 18 maanden. Dit is vergelijkbaar met
hechting. De ontwikkeling begint bij het vertrouwen van de omgeving. Dit staat ook centraal.
Vertrouwen is een gevoel van hoop en wantrouwen een gevoel van de wereld is hard en
onvriendelijk.
Autonomie versus schaamte/twijfel is van 18 maanden tot 3 jaar. Het is de ontwikkeling van
de zelfstandigheid. Deze staat dan ook centraal. Zelfstandigheid is het verkenningsgedrag
stimuleren. En schaamte ontwikkeling krijgen kinderen wanneer ze beperkt worden in hun
ontwikkeling en te beschermd opgevoed worden.
Initiatief versus schuld is van 3,5 tot 6 jaar. Het is de ontwikkeling van de gewetensvorming.
Initiatief tonen is dingen in gang durven en kunnen zetten. En schuld zijn gevoelens over
eigen daden en gedachten.
Vlijt versus minderwaardigheid is van 6 tot 12 jaar. Het is de ontwikkeling van het
zelf(vertrouwen). Vlijt is het groeiend besef van eigen competenties. En minderwaardigheid is
geen vertrouwen kunnen hebben in je eigen kunnen.
Identiteit versus identiteitsverwarring is de adolescentie. Het is de ontwikkeling waarin de
identiteit centraal staat. Identiteit is het innemen van de juiste rollen en identiteitsverwarring
is het onvermogen om juiste rol te kunnen identificeren.
Er zijn drie facetten bij de genderontwikkeling. Gender-identiteit is het gevoel een jongen of
meisje te zijn en daar vrede mee hebben. Gender-rol is het eigen maken van het gedrag dat
in een bepaald cultuur bij de sekse hoort en gender/seksuele gerichtheid de sekse waarnaar
het verlangen uitgaat.
