100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached 4.2 TrustPilot
logo-home
Summary

Samenvatting probleem 5

Rating
-
Sold
-
Pages
16
Uploaded on
12-02-2023
Written in
2021/2022

Met dit document heb je een handig overzicht van probleem 5.

Institution
Course










Whoops! We can’t load your doc right now. Try again or contact support.

Written for

Institution
Study
Course

Document information

Uploaded on
February 12, 2023
Number of pages
16
Written in
2021/2022
Type
Summary

Subjects

Content preview

Probleem 2.7.5– Dicsussie
LD 1: Wat is dyslexie en dyscalculie?
Bron: Kennisclip 1 & 2
DSM criteria voor Dyslexie en Dyscalculie
 Je kunt leerstoornissen herkennen aan
o Ernst  invloed op dagelijks functioneren
o Persistent  altijd aanwezig
o Hardnekkig  bijscholing is niet voldoende
 Bij Dyscalculie en dyslexie is er daarbij ook kenmerkend een gebrek aan
het automatiseren van woord- en rekenfeiten. Denk dan bijvoorbeeld aan
de tafels bij rekenen. Kinderen lopen hierdoor vast bij complexere
procedures in rekenen en schrijven
 Classificerende diagnostiek bij leerstoornissen stelt tot voor kort
o Discrepantiecriterium  er is een onverwacht groot verschil tussen
het potentiële schoolsucces en het leervermogen van het kind en de
verwachtingen die hij daadwerkelijk levert. Die verwachtingen kan
je baseren op het IQ, leeftijd en onderwijs dat hij heeft gehad.
 Discrepantie moet zo betrouwbaar mogelijk worden
vastgesteld, strenge eisen aan onderzoek
 In de praktijk wordt vooral gekeken naar de afwijkingen in
potentieel leervermogen aan de hand van leeftijd  geen
rekening met individuele verschillen (Krijgt dus veel kritiek!!)
o Discrepantiecriterium is vervangen door 2 anderen criteria
 Achterstandscriterium  er moet sprake zijn van een ernstige
achterstand in het leren.
 Resistentiecriterium  de achterstand moet hardnekkig zijn
en is niet te verhelpen door beter of meer onderwijs.
 I.c.m. bovenstaande vaak ook exclusiviteitscriterium
die stelt dat er geen andere oorzaak mag zijn voor de
leerproblemen die het kind ervaart (zoals een VB of
oorlog in een land waardoor het kind lang geen
onderwijs heeft gehad).
 Dyslexie = een specifieke lees- en spellingsstoornis met een
neurobiologische basis die wordt veroorzaakt door cognitieve
verwerkingsstoornissen op het raakvlak van fonologische (gehoor) en
orthografische (spelling) taalverwerking.
o Belangrijkste kenmerken zijn
 Ernstige lees en spellingsproblemen  traag voor leerproces
 Verwerking van taalklanken is verstoord
 Het snel serieel benoemen van letters en cijfers is moeilijk
 Visueel/orthografische woordherkenning vertraagd
 Soms problemen in verbale werkgeheugen
 Dyscalculie = ernstige en hardnekkige problemen in rekenen ondanks
deskundige begeleiding, waarschijnlijk voortkomend uit kind factoren.
Oorzaak van de problemen mogen ook hier niet buiten het kind liggen!
o Er moeten vanaf het begin problemen zijn in de basisverwerking van
getallen en bewerkingen  ook 2 criteria moeten worden voldaan

, o Problemen moeten pervasief zijn  voorkomen op meerdere
domeinen zoals getallen, meten, verhoudingen
 In de DSM-V vallen dyslexie en dyscalculie onder de specifieke
leerstoornissen, die classificatie wordt gegeven als ze moeite hebben met
schoolse vaardigheden en ten minste aan 1 van de symptomen uit de DSM
voldoen, gedurende 6 maanden. Symptomen moeten aanwezig zijn
ondanks eerdere interventies.




 Prevalentie  meest voorkomende leerstoornissen. Getallen kunnen per
onderzoek verschillen. Gemiddeld 5% dyslexie of dyscalculie
 Genderverschillen  Dyslexie komt vaker voor bij jongens (1,5 x) dan bij
meisjes. Dyscalculie is te weinig onderzoek naar gedaan voor eventuele
cijfers
 Co-morbiditeit  ze komen op jonge leeftijd vaak samen voor!
o Bij 20-40% van de kinderen met dyslexie is er ook dyscalculie
aanwezig. Veel van de kinderen hebben ook gedragsproblematiek.

, o Sociaal emotioneel welbevinden speelt hier een rol in; lager SEW =
meer gedragsproblemen en kan dus verklaren waarom ze leer en
gedragsstoornissen vaak samen voorkomen.
o Als ouders en leerkrachten het kind niet goed weten te
ondersteunen in het vervullen van de basisbehoeften, zal de SEW
lager zijn en de gedragsproblemen meer zijn  ze moeten dus
erkennen dat er autonomie is voor het kind, sociale ondersteuning
en competentie beleving zijn echt cruciaal bij het leerproces
o Dyslexie komt vaker voor bij ADHA (20-80%)
o Dyslexie komt vaker voor bij een fobie, gegeneraliseerde
angststoornis en stemmingsstoornissen  mogelijk door de zwakke
schoolprestatie. Als ze meer falen, kunnen ze dit zichzelf verwijten,
hierdoor lager zelfbeeld en depressieve gevoelens
o Kinderen die moeite hebben met rekenen kunnen bijvoorbeeld
rekenangst ontwikkelen
o Dyslexie komt vaak samen met motorische problemen, audiovisuele
problemen, ASS, LVB.
o Co-morbiditeit bij Dyscalculie is te weinig onderzocht
 Beloop  dyslexie en dyscalculie zouden pas kunnen worden vastgesteld
als kinderen zouden moeten kunnen lezen en rekenen, maar je kunt op
jonge leeftijd als vroege voorspellers zien
o Dyslexie  problemen in verwerking van spraak, aandachtsfuncties,
vroege fonologische tot stand komen
o Dyscalculie  weinig onderzocht, mogelijke voorspeller is trage taal-
en spellingsontwikkeling en moeite met leren van kwantitatieve
feiten. Herkennen van cijfersymbolen of hoeveelheden.
Bron: Ghesquiere, 2011
 Als we spreken over leerproblemen dan gaat dat over problemen die
personen ondervinden bij het leren van schoolse vaardigheden (zoals
lezen, spellen en rekenen). We ordenen die leerproblemen in
leesproblemen, spellingproblemen en rekenproblemen.
 Leerstoornissen of specifieke leerproblemen zijn het gevolg van tamelijk
geïsoleerde problemen die zich manifesteren in het leren van schoolse
vaardigheden, zonder dat in principe andere gebieden van de ontwikkeling
vertraagd hoeven te zijn.
 Niet-specifieke of secundaire leerproblemen zijn het gevolg van
omstandigheden buiten het leren van de vaardigheden zelf. Deze kunnen
liggen in de omgeving van het kind of in een ander probleem van het kind.
 De term dyslexie refereert in principe dus naar een specifieke cognitieve
en/of biologische oorzaak van de lees- en/of spellingsproblemen, maar er is
tot de dag van vandaag geen eenduidige en objectief vaststelbare oorzaak
van dyslexie ontdekt.
 De correlatie tussen IQ en lees/spellingvaardigheden ligt een stuk lager
dan veelal wordt aangenomen en de manifestaties van dyslexie verschillen
niet fundamenteel van de hoogte van het IQ.  IQ is dus geen goede maat
voor verwacht schoolsucces.
Bron: Prins, 2014 (H15)
R142,45
Get access to the full document:

100% satisfaction guarantee
Immediately available after payment
Both online and in PDF
No strings attached

Get to know the seller
Seller avatar
farahkarimbaksh

Get to know the seller

Seller avatar
farahkarimbaksh Erasmus Universiteit Rotterdam
Follow You need to be logged in order to follow users or courses
Sold
2
Member since
4 year
Number of followers
2
Documents
0
Last sold
3 year ago

0,0

0 reviews

5
0
4
0
3
0
2
0
1
0

Recently viewed by you

Why students choose Stuvia

Created by fellow students, verified by reviews

Quality you can trust: written by students who passed their exams and reviewed by others who've used these notes.

Didn't get what you expected? Choose another document

No worries! You can immediately select a different document that better matches what you need.

Pay how you prefer, start learning right away

No subscription, no commitments. Pay the way you're used to via credit card or EFT and download your PDF document instantly.

Student with book image

“Bought, downloaded, and aced it. It really can be that simple.”

Alisha Student

Frequently asked questions