Samenvatting We love events
Deel I: Event essentials
1. De DNA-structuur van een evenement: 8 elementen (p 17, 19)
= basis en conceptuele kern van een evenement. Als je hier zicht op krijgt, heb je de
blauwdruk om succesvolle events te analyseren en zelf te organiseren
Je moet deze structuur kunnen gebruiken voor het analyseren van en organiseren van alle
types evenementen
De structuur is gelijk voor alle mogelijke evenementen, maar de invulling van de individuele
elementen, de individuele waarden, is natuurlijk heel verschillend en maakt een evenement
net uniek.
Hoe meer waarde we toevoegen, hoe groter de subjectieve waarde wordt die de
eventbelever aan jouw event zal toekennen, en hoe groter de kans dat hij uiteindelijk ook zal
deelnemen aan jouw evenement.
VIJF ZICHTBARE ELEMENTEN
1. Entertainment
Sleutelelementen die de beslissing om al dan niet naar een
2. Bepaalde plaats event te gaan fundamenteel sturen
3. Bepaalde tijd
4. Naam
5. Publiek
DRIE VERBORGEN
6. Management
7. Doel
8. ‘klasse’ (betalend, gratis, dancefestival, comedyshow, …)
Net zoals echt DNA is ook hier elk element opgebouwd uit een complexe reeks
subelementen. (bv. entertainment = show + services. Services = eten en drinken, …)
TAAK CONCEPTUOLOOG
= om alle elementen en subelementen zo waardevol mogelijk in te vullen, zodat hij
uiteindelijk een uniek en onderscheidend concept krijgt
1
,WHY-VRAAG
= waarom moet ik, als eventbelever, naar jouw event komen?
Als conceptuoloog kan je je niet veroorloven om deze vraag slechts eenmalig te
stellen. Je moet deze vraag telkens opnieuw stellen om nog meer waarde te bieden
aan de eventbelever
2. Twee evenementen: realtime + conversatie => customer experience (p 20)
REALTIME-EVENT
= het échte event dat je beleeft
CONVERSATIE-EVENT
= wat je grotendeels online beleeft
Vroeger: communicatie-event met daarin beperkte uitwisseling van. Booschappen tussen
de eventmarketeer en de eventbelever (eenrichtingsverkeer)
Affiches, flyers, radiospots, … = geen directe feedback mogelijk
Er was enkel een top down-communicatie, vertrekkend van de
eventmarketeer en eindigend bij de eventbelever
De customer experience vormde zich voornamelijk door de beleving van het
fysieke realtime-event = zo bouwde de eventbelever zijn subjectieve waarde
op
Nu: bouwt de eventbelever nog altijd zijn subjectieve waarde op beleving van dit
realtime-event. Het blijft nog altijd de belangrijkste waardebron
De beleving start al bij het online of offline bestellen en kopen van jouw ticket en
eindigt pas als je terug thuis bent
Al deze ervaringen dragen positief of negatief bij aan de totale
waardebeleving van een bezoeker van een evenement
= we bouwen waarde op doorheen de volledige customer journey van de
eventbelever
Pas met de opkomst van het internet en dan vooral van sociale media heeft de
eventbeleving zich uitgebreid op een tweede niveau = het conversatie-event
Een geslaagd conversatie-event is meestal immers de voorbode van een
geslaagd realtime-event
Eventbelever praat over de waarde die je hebt ervaren, die je wilt of
verwacht. Maar ook het entertainment bijvoorbeeld
De mond-tot-mondreclame brengt gratis de waardevolle DNA-invullingen
over aan andere mogelijke eventbelevers
Daarom als eventmanager dit conversatie-event goed managen
2
, Customer experience bestaat vandaag uit de beleving.van twee waardevolle events
De waarde toont zich als een belangrijke verbindende factor tussen beide
evenementen
Binnen het conversatie-event wordt er immers gekletst over de waarde
die we aan het realtime-event hebben toegevoegd
TAAK EVENTMANAGER
= negatieve signalen oppikken, in kaart brengen en kijken hoe je die positief kunt
ombuigen
Bv. project mobiliteit
Online mobiliteit in de kijker zetten, je toont alle waarde die je hebt gecreëerd
Door het realtime-event en het conversatie-event aan elkaar te koppelen en
tegellijkertijd te managen, kun je beide events in waarde laten stijgen
Ander voorbeeld: AB en niet met de auto komen
Als eventmanager moet je het realtime-event én het conversatie-event zo weten te
managen dat er voor een maximum aan eventbelevers een maximum aan positieve
ervaringen en dus een maximum aan subjectieve waarden ontstaat
Behoeften + verlangens eventbelevers moeten worden bevredigd
Verwachtingen op z’n minst zijn ingelost maar het is nog beter als je ze overtreft
Gevolg subjectieve waardestijging = meer geld willen neerleggen om aan het
realtime-event deel te nemen
PRIJS
Het is soms beter om te kijken of je die gewenste vijf euro extra per eventbelever
niet kan bijverdienen door het aanbieden van extra services tijdens de customer
journey
CONCLUSIE
= beide events worden door eventbelevers in het hart gedragen en vormen voor hen de
totale customers experience
3
Deel I: Event essentials
1. De DNA-structuur van een evenement: 8 elementen (p 17, 19)
= basis en conceptuele kern van een evenement. Als je hier zicht op krijgt, heb je de
blauwdruk om succesvolle events te analyseren en zelf te organiseren
Je moet deze structuur kunnen gebruiken voor het analyseren van en organiseren van alle
types evenementen
De structuur is gelijk voor alle mogelijke evenementen, maar de invulling van de individuele
elementen, de individuele waarden, is natuurlijk heel verschillend en maakt een evenement
net uniek.
Hoe meer waarde we toevoegen, hoe groter de subjectieve waarde wordt die de
eventbelever aan jouw event zal toekennen, en hoe groter de kans dat hij uiteindelijk ook zal
deelnemen aan jouw evenement.
VIJF ZICHTBARE ELEMENTEN
1. Entertainment
Sleutelelementen die de beslissing om al dan niet naar een
2. Bepaalde plaats event te gaan fundamenteel sturen
3. Bepaalde tijd
4. Naam
5. Publiek
DRIE VERBORGEN
6. Management
7. Doel
8. ‘klasse’ (betalend, gratis, dancefestival, comedyshow, …)
Net zoals echt DNA is ook hier elk element opgebouwd uit een complexe reeks
subelementen. (bv. entertainment = show + services. Services = eten en drinken, …)
TAAK CONCEPTUOLOOG
= om alle elementen en subelementen zo waardevol mogelijk in te vullen, zodat hij
uiteindelijk een uniek en onderscheidend concept krijgt
1
,WHY-VRAAG
= waarom moet ik, als eventbelever, naar jouw event komen?
Als conceptuoloog kan je je niet veroorloven om deze vraag slechts eenmalig te
stellen. Je moet deze vraag telkens opnieuw stellen om nog meer waarde te bieden
aan de eventbelever
2. Twee evenementen: realtime + conversatie => customer experience (p 20)
REALTIME-EVENT
= het échte event dat je beleeft
CONVERSATIE-EVENT
= wat je grotendeels online beleeft
Vroeger: communicatie-event met daarin beperkte uitwisseling van. Booschappen tussen
de eventmarketeer en de eventbelever (eenrichtingsverkeer)
Affiches, flyers, radiospots, … = geen directe feedback mogelijk
Er was enkel een top down-communicatie, vertrekkend van de
eventmarketeer en eindigend bij de eventbelever
De customer experience vormde zich voornamelijk door de beleving van het
fysieke realtime-event = zo bouwde de eventbelever zijn subjectieve waarde
op
Nu: bouwt de eventbelever nog altijd zijn subjectieve waarde op beleving van dit
realtime-event. Het blijft nog altijd de belangrijkste waardebron
De beleving start al bij het online of offline bestellen en kopen van jouw ticket en
eindigt pas als je terug thuis bent
Al deze ervaringen dragen positief of negatief bij aan de totale
waardebeleving van een bezoeker van een evenement
= we bouwen waarde op doorheen de volledige customer journey van de
eventbelever
Pas met de opkomst van het internet en dan vooral van sociale media heeft de
eventbeleving zich uitgebreid op een tweede niveau = het conversatie-event
Een geslaagd conversatie-event is meestal immers de voorbode van een
geslaagd realtime-event
Eventbelever praat over de waarde die je hebt ervaren, die je wilt of
verwacht. Maar ook het entertainment bijvoorbeeld
De mond-tot-mondreclame brengt gratis de waardevolle DNA-invullingen
over aan andere mogelijke eventbelevers
Daarom als eventmanager dit conversatie-event goed managen
2
, Customer experience bestaat vandaag uit de beleving.van twee waardevolle events
De waarde toont zich als een belangrijke verbindende factor tussen beide
evenementen
Binnen het conversatie-event wordt er immers gekletst over de waarde
die we aan het realtime-event hebben toegevoegd
TAAK EVENTMANAGER
= negatieve signalen oppikken, in kaart brengen en kijken hoe je die positief kunt
ombuigen
Bv. project mobiliteit
Online mobiliteit in de kijker zetten, je toont alle waarde die je hebt gecreëerd
Door het realtime-event en het conversatie-event aan elkaar te koppelen en
tegellijkertijd te managen, kun je beide events in waarde laten stijgen
Ander voorbeeld: AB en niet met de auto komen
Als eventmanager moet je het realtime-event én het conversatie-event zo weten te
managen dat er voor een maximum aan eventbelevers een maximum aan positieve
ervaringen en dus een maximum aan subjectieve waarden ontstaat
Behoeften + verlangens eventbelevers moeten worden bevredigd
Verwachtingen op z’n minst zijn ingelost maar het is nog beter als je ze overtreft
Gevolg subjectieve waardestijging = meer geld willen neerleggen om aan het
realtime-event deel te nemen
PRIJS
Het is soms beter om te kijken of je die gewenste vijf euro extra per eventbelever
niet kan bijverdienen door het aanbieden van extra services tijdens de customer
journey
CONCLUSIE
= beide events worden door eventbelevers in het hart gedragen en vormen voor hen de
totale customers experience
3