Pathologie en farmacologie- diabetes mellitus
Inleiding
= aandoening gekenmerkt door een te hoge bloedsuikerspiegel of glycemie
= diabetes = suikerziekte
= verhaal van glucose en insuline
Glucose halen we uit onze voeding => energiebron voor lichaam => energieleverancier => opnemen in
cel
- Niet zomaar toegankelijk
- Aantal receptoren dat de toegang controleert
- Insuline kan zich binden met de receptoren => glucose kan in de cel
- Normaal: evenwicht tussen glucose die wordt opgenomen en insuline die geproduceerd wordt
- Diabetes: evenwicht verstoord
o Verschillende soorten: type 1 en 2, zwangerschapsdiabetes
o Ziektesyndroom waarvan de symptomen vrij goed gekend zijn
o Hoofddoel: normale glycemie gedurende de hele dag
o Sterk toegenomen, meer gevolgen
Epidemiologie
Wereld
- Meer dan 90% van patiënten heeft diabetes type 2
- 9,5 miljoen heeft type 1
- 1,9 miljoen kinderen
Europa
- 65,6 miljoen volwassen
- Type 2: meer voor mij jongeren
België
- Geen systematische registratie van type 2
- Prevalentie: 9,6%
Prevalentie type 1
- Type 1: voor 40 j vastgesteld
- Vaak op jongere leeftijd
Wat is diabetes
= een aandoening/ stoornis in de stofwisseling waarbij het gehalte aan glucose in het bloed is
verhoogd. Daarom sprak men vroeger ook van “suikerziekte”
= een chronische metabole aandoening
1
, - Er wordt geen of onvoldoende insuline aangemaakt OF het lichaam reageert onvoldoende op
insuline (resistentie) insuline in lichaam werkt niet
- Diabetes kan niet worden genezen, maar kan uitstekend worden gecontroleerd
Werking van insuline en glucagon
- Vertering voedsel
o Suikers in de bloedbaan
- Insuline zorgt voor opname van suikers in de cellen van de organen
Insuline = hormoon geproduceerd door pancreas (bètacellen)
Glucosehomeostase
Binnen bepaalde grenzen houden van glucose in bloed
Bron van energie na omzetting in ATP
Verschillende processen leidt tot verhoogde plasma-insulineconcentratie – verlaging van glycemie
- Glucosetransport vanuit bloedbaan naar cellen
- Cellen openen en dan glucose opgenomen worden door cellen
- Glycogeensynthese: opstapeling van reserve aan glucose
- Opname van aminozuren en eiwitsynthese
- Lipogenese: vorming van vetten door glucose
Remmen andere processen tot verhoging van glycemie
- Afremmen van gluconeogenese: vetten en eiwitten met minder afbraak
- Remming van glucagonsecretie uit pancreas: minder positieve beïnvloeding
- Glucagon: vrijgezet bij andere omstandigheden bij de glucoseplasmaconcentratie in lichaam te
laag
2
, Remmen werking van insuline:
- Glucagon, groeihormoon, cortisol
- Glucagon: stimuleert glucoseproductie door afbraak van leverglycogeen – glucose =>
vrijzetting aan bloed
- Door glucagon wordt afbraak van vetweefsel bevorderd => vrije vetzuren en glycerol komen
vrij
o Glucose gemaakt worden
- Substraten kan lever glucose aanmaken
Diabetes:
- Tekort aan insuline
o Glucose niet aan cellen
o Hoeveelheid stijgt in bloed
o Glucosespiegel
- Mellitus = honingzoete doorloop
Soorten diabetes
- Diabetes type 1 (T1 DM of DM1)
- Diabetes type 2 (T2 DM of DM2)
- Zwangerschapsdiabetes (GDM)
- Prediabetes
- Secundaire vormen
- LADA
- MODY
- Neonatale diabetes
Diabetes type 1
- Auto-immuunziekte = eigen cellen als lichaamsvreemd worden beschouwd
- Kan niet bij geboorte => want eerste 6 maanden immuunsysteem aan het aanmaken
- Afweersysteem vernietigt de eigen β-cellen in de pancreas
=> GEEN insuline aanmaak meer
o Stop insulineproductie
- Treedt plots op
o Op korte tijd symptomen
o Meestal jonge mensen
- Honeymoonfase = waarbij er nog bètacellen insuline produceren
o Duur is wisselend per patiënt (kan wegvallen)
o Verwarrende fase
Uitlokkende factoren
- Virale infecties (windpokken)
- Nutritionele factoren (allergie)
- Omgevingsfactoren (luchtvervuiling)
3
Inleiding
= aandoening gekenmerkt door een te hoge bloedsuikerspiegel of glycemie
= diabetes = suikerziekte
= verhaal van glucose en insuline
Glucose halen we uit onze voeding => energiebron voor lichaam => energieleverancier => opnemen in
cel
- Niet zomaar toegankelijk
- Aantal receptoren dat de toegang controleert
- Insuline kan zich binden met de receptoren => glucose kan in de cel
- Normaal: evenwicht tussen glucose die wordt opgenomen en insuline die geproduceerd wordt
- Diabetes: evenwicht verstoord
o Verschillende soorten: type 1 en 2, zwangerschapsdiabetes
o Ziektesyndroom waarvan de symptomen vrij goed gekend zijn
o Hoofddoel: normale glycemie gedurende de hele dag
o Sterk toegenomen, meer gevolgen
Epidemiologie
Wereld
- Meer dan 90% van patiënten heeft diabetes type 2
- 9,5 miljoen heeft type 1
- 1,9 miljoen kinderen
Europa
- 65,6 miljoen volwassen
- Type 2: meer voor mij jongeren
België
- Geen systematische registratie van type 2
- Prevalentie: 9,6%
Prevalentie type 1
- Type 1: voor 40 j vastgesteld
- Vaak op jongere leeftijd
Wat is diabetes
= een aandoening/ stoornis in de stofwisseling waarbij het gehalte aan glucose in het bloed is
verhoogd. Daarom sprak men vroeger ook van “suikerziekte”
= een chronische metabole aandoening
1
, - Er wordt geen of onvoldoende insuline aangemaakt OF het lichaam reageert onvoldoende op
insuline (resistentie) insuline in lichaam werkt niet
- Diabetes kan niet worden genezen, maar kan uitstekend worden gecontroleerd
Werking van insuline en glucagon
- Vertering voedsel
o Suikers in de bloedbaan
- Insuline zorgt voor opname van suikers in de cellen van de organen
Insuline = hormoon geproduceerd door pancreas (bètacellen)
Glucosehomeostase
Binnen bepaalde grenzen houden van glucose in bloed
Bron van energie na omzetting in ATP
Verschillende processen leidt tot verhoogde plasma-insulineconcentratie – verlaging van glycemie
- Glucosetransport vanuit bloedbaan naar cellen
- Cellen openen en dan glucose opgenomen worden door cellen
- Glycogeensynthese: opstapeling van reserve aan glucose
- Opname van aminozuren en eiwitsynthese
- Lipogenese: vorming van vetten door glucose
Remmen andere processen tot verhoging van glycemie
- Afremmen van gluconeogenese: vetten en eiwitten met minder afbraak
- Remming van glucagonsecretie uit pancreas: minder positieve beïnvloeding
- Glucagon: vrijgezet bij andere omstandigheden bij de glucoseplasmaconcentratie in lichaam te
laag
2
, Remmen werking van insuline:
- Glucagon, groeihormoon, cortisol
- Glucagon: stimuleert glucoseproductie door afbraak van leverglycogeen – glucose =>
vrijzetting aan bloed
- Door glucagon wordt afbraak van vetweefsel bevorderd => vrije vetzuren en glycerol komen
vrij
o Glucose gemaakt worden
- Substraten kan lever glucose aanmaken
Diabetes:
- Tekort aan insuline
o Glucose niet aan cellen
o Hoeveelheid stijgt in bloed
o Glucosespiegel
- Mellitus = honingzoete doorloop
Soorten diabetes
- Diabetes type 1 (T1 DM of DM1)
- Diabetes type 2 (T2 DM of DM2)
- Zwangerschapsdiabetes (GDM)
- Prediabetes
- Secundaire vormen
- LADA
- MODY
- Neonatale diabetes
Diabetes type 1
- Auto-immuunziekte = eigen cellen als lichaamsvreemd worden beschouwd
- Kan niet bij geboorte => want eerste 6 maanden immuunsysteem aan het aanmaken
- Afweersysteem vernietigt de eigen β-cellen in de pancreas
=> GEEN insuline aanmaak meer
o Stop insulineproductie
- Treedt plots op
o Op korte tijd symptomen
o Meestal jonge mensen
- Honeymoonfase = waarbij er nog bètacellen insuline produceren
o Duur is wisselend per patiënt (kan wegvallen)
o Verwarrende fase
Uitlokkende factoren
- Virale infecties (windpokken)
- Nutritionele factoren (allergie)
- Omgevingsfactoren (luchtvervuiling)
3