100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached 4.2 TrustPilot
logo-home
Summary

Volledige samenvatting inspanningsfysiologie + eigen notities

Rating
-
Sold
-
Pages
107
Uploaded on
09-02-2021
Written in
2019/2020

Volledige samenvatting inspanningsfysiologie + eigen notities

Institution
Course











Whoops! We can’t load your doc right now. Try again or contact support.

Written for

Institution
Study
Course

Document information

Uploaded on
February 9, 2021
Number of pages
107
Written in
2019/2020
Type
Summary

Subjects

Content preview

Energie
1. Bio-energetica
1.1 Basisbegrippen fotosynthese
Alle energie die we innemen komt onrechtstreeks van de zon (‘we leven op zonne-
energie’)

- Chlorophyll laat planten gebruik maken van het zonlicht, CO 2 en water om O2 en
glucose te produceren
- Mens en dier zal zich vervolgens voeden met deze planten of met dieren die deze
planten eten



1.2 Energieopslag
Energie uit onze voeding wordt opgeslagen in een “chemische” energierijke
fosfaatbinding (ATP) waardoor elke cel in ons lichaam er van gebruik kan maken.




De energie uit voedsel wordt dus niet “rechtstreeks” aangewend. Uit de afbraak van
voedsel komt
energie vrij om ATP te vormen waarmee het lichaam aan de slag kan.

In onze cellen zit een kleine voorraad ATP:
Wanneer we energie beginnen te verbruiken, zal het lichaam ook meteen nieuwe ATP
aanmaken, zodat onze voorraad niet uitgeput raakt.  principe van gekoppelde
reacties. Er zit al ATP klaar in ons lichaam dichtbij de cel  onmiddellijk ter
beschikking (dus niet eerst voeding nodig), maar ook zeer snel uitgewerkt.
Snelle manier om ATP aan te maken: creatinefosfaat (CP), als dit gesplitst wordt, kan
ATP aangemaakt worden

DUS:
- Zonne-energie  planten en groenten
- Voedsel  energiebron
- Energie-opslag = ATP




1

,1.2.1 Hydrolyse van ATP
Om de energie in onze lichaamscellen te kunnen gebruiken moet ATP worden
omgezet naar ADP d.m.v. hydrolyse:
De energie in ATP zit in de bindingen tussen de fosfaatgroepen door de elektrostatische
afstoting tussen de negatief geladen zuurstofatomen.




1.2.2 Mitochondriën
ATP wordt gemaakt (synthese) in de mitochondriën:
- Cellen die dus veel energie nodig hebben, gaan rijk zijn aan mitochondriën (bv
spieren)
- De mitochondriën zijn ook gevoelig aan trainingseffecten, waardoor ze kunnen
toenemen in aantallen en efficiënter gaan werken




De mitochondriën liggen tussen de vezels waar de energie nodig is (zoals in spiercellen)


Het binnenste membraan van de mitochondriën is gekarteld = cristae:
Hierdoor is er meer oppervlakte, waardoor er meer ATP gemaakt kan worden. Dit is
dus een oplossing om binnen het beperkte volume dat ze hebben, zoveel mogelijk
ATP te maken.


Dimensie: 0,5-10 micrometer
1-1000 cel
Structuur:
- Dubbel membraan
- Intermembranaire ruimte
- Matrix = ruimte binnenste membraan
- Cristae = gevouwen structuur van binnenste membraan
2

,3

, EXTRA VANUIT POWERPOINT LES 1-1


Productie van ATP:
1) Bouwen van H+ gradiënt. Protonen verplaatsen zich van de matrix naar de
intermembranaire ruimte
2) ATP-synthase = proteïne complex met kanaal waardoor protonen terug kunnen
binnentreden
3) Influc van protonen  synthese van ATP: ADP + Pi  ATP

Motor units uitgelegd:
MU = gmaakt van motorneuron en skeletale spiervezels die geïnnerveerd zijn door de
terminale axonen van het motorneuron. Het aantal spiervezes in 1MU varieert van 5 (oog)
tot 700 (biceps).
Als een spier meer MU heeft, zijn er subtiele veranderingen in kracht zichtbaar. De kracht
die een spier genereert, wordt gecontroleerd door het aantal geactiveerde MU.
 Hoe meer MU worden gebruikt, hoe meer spierkracht gegenereerd wordt. Hoe meer MU
een spier heeft, hoe meer gevarieerd deze kan zijn in spierkracht (je kan er 1 gebruiken,
maar ook allemaal).

Spiercontractie:
Zenuwimpuls vanuit CZS doet een spier contraheren. Zowel neuronen als spierweefsels
geleiden elektrische stroom door het bewegen van ionen doorheen celmembranen. Een
motorneuron eindigt in een synaps met een spiervezel. Het neuron laat Ach los en
transfereert AP naar spierweefsel.
= ‘alles-of-niets-principe’. Een sterker signaal resulteert niet in een sterkere contractie!
1) Prikkel niet sterk genoeg
2) Prikkel sterk genoeg  AP
3) Prikkel nog sterker 
dezelfde AP




Neuro-musculaire junctie:
Elektrische prikkel wordt doorgegeven aan eindplaat  Ach wordt vrijgezet uit vesikels 
Ach komt aan in synaptische spleet en bindt aan membraan  activatie Na-K pomp
Elektrisch signaal  chemisch signaal  elektrisch signaal




4
$7.78
Get access to the full document:

100% satisfaction guarantee
Immediately available after payment
Both online and in PDF
No strings attached

Get to know the seller
Seller avatar
Minimum10Gegarandeerd

Get to know the seller

Seller avatar
Minimum10Gegarandeerd Universiteit Antwerpen
Follow You need to be logged in order to follow users or courses
Sold
0
Member since
4 year
Number of followers
0
Documents
6
Last sold
-

0.0

0 reviews

5
0
4
0
3
0
2
0
1
0

Why students choose Stuvia

Created by fellow students, verified by reviews

Quality you can trust: written by students who passed their tests and reviewed by others who've used these notes.

Didn't get what you expected? Choose another document

No worries! You can instantly pick a different document that better fits what you're looking for.

Pay as you like, start learning right away

No subscription, no commitments. Pay the way you're used to via credit card and download your PDF document instantly.

Student with book image

“Bought, downloaded, and aced it. It really can be that simple.”

Alisha Student

Frequently asked questions