BEWEGINGSVORMING
EN METHODIEK I
1
, INHOUDOPGAVE
1. BASKETBAL
• H1 Doelstellingen en eindcompetenties
• H2 Geschiedenis
• H3 Organisatie van het Basketbal
• H5 Schoolsport
• H6 Terreinoriëntatie – Basketbaljargon
• H7 Basketbal inhoudelijk:
o 7.1 tem 7.6
o 7.12
2. HANDBAL
• Initiatior cursus VTS
• Basisspelregels
• Basistechnieken die tijdens de lessen aan bod zijn gekomen
• Bewegingsbeschrijving kunnen geven: zie cursus handbal
3. VOETBAL
• FIFA regels (basis – gekoppeld aan praktijklessen)
• Jeugdvoetbal overzicht
• De 4 hoofdmomenten in het voetbal
• Cursus Initiator Voetbal: https://youtu.be/sJzHhVz4EuM
• Basismotorische vaardigheden voetbal
• Specifieke didactische oefeningen voetbal
4. VOLLEYBAL
• Cursus
• Spelvormen
• Rotaties
2
,BASKETBAL
3
, 1. DOELSTELLINGEN & EINDCOMPETENTIES
Om beginnende sporters te initiëren in een sport, moet je:
• De technieken van de sport kunnen uitvoeren en zijn basisregelgeving, geschiedenis en organisatie
kennen (1 BALO).
• Beheersing van de basisvormen van het spelen in offense en defense en transities (1 BALO).
• Begrip hebben van de verschillende posities met een onderscheid tussen outside en inside spelers en
hun specifieke speelstijlen (2 BALO).
• De regelgeving kennen van basketbal in de 5T5 en 3X3- competitievorm, en kunnen toepassen (2,3
BALO).
• Inzicht hebben in een logische opbouw van het aanleerproces van vaardigheden (2, 3 BALO).
• Een aantal methodisch-didactische principes kennen en vaardigheden verwerven: Bijvoorbeeld weten
hoe je een basketbalactiviteit kan voorbereiden, organiseren, efficiënt laten verlopen en
evalueren, rekening houdend met de specifieke kenmerken van de deelnemers (2,3 BALO).
• De ontwikkelingslijn van de basketbalsport kennen en hier flexibel mee kunnen omgaan:
• Bijvoorbeeld weten hoe de opbouw van oefenstof in elkaar zit met klimmingen en dalingen om
beginners te initiëren in de specifieke sportdiscipline en sterkere leerlingen voldoende uitdaging
te verschaffen (2 BALO).
• Een aantal basisaspecten van veilig en gezond sporten kennen en kunnen toepassen:
• Bijvoorbeeld weten welke risico’s de beleving van je sport inhoudt en weten hoe je die risico’s tot
een minimum kan herleiden in de rol van speler, lesgever en scheidsrechter (2,3 BALO).
• Gestructureerd leerstof opbouwen en leren differentiëren binnen eenzelfde les zijn vaardigheden die
je dient te ontwikkelen om elke leerling een kwaliteitsvolle les te kunnen bieden (2,3 BALO).
• Voor een hoge activiteitsgraad kunnen zorgen in je les door een doordachte lesopbouw,
bondige uitleg en correcte demo (2,3 BALO).
4
EN METHODIEK I
1
, INHOUDOPGAVE
1. BASKETBAL
• H1 Doelstellingen en eindcompetenties
• H2 Geschiedenis
• H3 Organisatie van het Basketbal
• H5 Schoolsport
• H6 Terreinoriëntatie – Basketbaljargon
• H7 Basketbal inhoudelijk:
o 7.1 tem 7.6
o 7.12
2. HANDBAL
• Initiatior cursus VTS
• Basisspelregels
• Basistechnieken die tijdens de lessen aan bod zijn gekomen
• Bewegingsbeschrijving kunnen geven: zie cursus handbal
3. VOETBAL
• FIFA regels (basis – gekoppeld aan praktijklessen)
• Jeugdvoetbal overzicht
• De 4 hoofdmomenten in het voetbal
• Cursus Initiator Voetbal: https://youtu.be/sJzHhVz4EuM
• Basismotorische vaardigheden voetbal
• Specifieke didactische oefeningen voetbal
4. VOLLEYBAL
• Cursus
• Spelvormen
• Rotaties
2
,BASKETBAL
3
, 1. DOELSTELLINGEN & EINDCOMPETENTIES
Om beginnende sporters te initiëren in een sport, moet je:
• De technieken van de sport kunnen uitvoeren en zijn basisregelgeving, geschiedenis en organisatie
kennen (1 BALO).
• Beheersing van de basisvormen van het spelen in offense en defense en transities (1 BALO).
• Begrip hebben van de verschillende posities met een onderscheid tussen outside en inside spelers en
hun specifieke speelstijlen (2 BALO).
• De regelgeving kennen van basketbal in de 5T5 en 3X3- competitievorm, en kunnen toepassen (2,3
BALO).
• Inzicht hebben in een logische opbouw van het aanleerproces van vaardigheden (2, 3 BALO).
• Een aantal methodisch-didactische principes kennen en vaardigheden verwerven: Bijvoorbeeld weten
hoe je een basketbalactiviteit kan voorbereiden, organiseren, efficiënt laten verlopen en
evalueren, rekening houdend met de specifieke kenmerken van de deelnemers (2,3 BALO).
• De ontwikkelingslijn van de basketbalsport kennen en hier flexibel mee kunnen omgaan:
• Bijvoorbeeld weten hoe de opbouw van oefenstof in elkaar zit met klimmingen en dalingen om
beginners te initiëren in de specifieke sportdiscipline en sterkere leerlingen voldoende uitdaging
te verschaffen (2 BALO).
• Een aantal basisaspecten van veilig en gezond sporten kennen en kunnen toepassen:
• Bijvoorbeeld weten welke risico’s de beleving van je sport inhoudt en weten hoe je die risico’s tot
een minimum kan herleiden in de rol van speler, lesgever en scheidsrechter (2,3 BALO).
• Gestructureerd leerstof opbouwen en leren differentiëren binnen eenzelfde les zijn vaardigheden die
je dient te ontwikkelen om elke leerling een kwaliteitsvolle les te kunnen bieden (2,3 BALO).
• Voor een hoge activiteitsgraad kunnen zorgen in je les door een doordachte lesopbouw,
bondige uitleg en correcte demo (2,3 BALO).
4
