Rapportage van de interventietechniek betreffende exposure
Jia-Feng Ye
s1067543
Radboud Universiteit, Master Pedagogische Wetenschappen
SOW-PWM060: Angst- en stemmingsstoornissen
Drs. Mélou Jansen
10 januari 2025
3398 woorden
Dit is een geanonimiseerd verslag van een onderzoek uitgevoerd door een masterstudent
Pedagogische Wetenschappen. Alle onderzoeken zijn bij wijze van oefening afgenomen waardoor aan
, 2
de resultaten uit dit onderzoek geen conclusies mogen worden verbonden. Deze gegevens zijn daarom
niet teruggekoppeld aan de betrokkene/ouders en het kind/de jongere.
Personalia
Naam: A
Geslacht: Vrouw
Leeftijd: 23 jaar
Schooltype/opleiding/beroep: HBO student Communicatie en Multimedia Design (CMD)
Relevante bijzonderheden: Nvt
Logboek
Sessie Datum en duur Aanwezigen Setting Inhoud
Intake Donderdag 19- A en therapeut Kamer van A - Psycho-educatie over
12-2024 exposure-therapie
60 minuten - ADU en doel gedeeltelijk
formuleren
- Afname van vragenlijst
(voormeting)
- Huiswerk meegeven
- Reflectie en vooruitblik
1 Woensdag 25- A en therapeut Kamer van A - Huiswerk bespreken
12-2024 - ADU en doel volledig
45 minuten formuleren
- Uitvoeren eerste exposure
- Huiswerk meegeven
- Reflectie en vooruitblik
2 Zaterdag 28-12- A, twee vrienden Thuis bij - Huiswerk bespreken
2024 en therapeut vrienden op - Uitvoeren tweede exposure
45 minuten balkon - Huiswerk meegeven
- Reflectie en vooruitblik
3 Dinsdag 31-12- A en therapeut Kamer van A - Huiswerk bespreken
2024 - Uitvoeren derde exposure
45 minuten - Afname van vragenlijst
(nameting)
- Reflectie en afsluiting
Reden van aanmelding en samenvattend beeld
A is een 23-jarige student en een bekende van de therapeut. Naast haar studie is zij werkzaam in een
speelgoedwinkel. A kampt met angst voor vuurwerk en onverwachte knallen. A geeft aan dat dit is
begonnen tijdens oud en nieuw toen zij 9 jaar oud was. A was tijdens oud en nieuw met haar
, 3
moeder bij een collega. Moeder was tijdens de jaarwisseling om 00:00 binnen te telefoneren, terwijl
A buiten stond met een sterretje in haar hand. Op dat moment ging een vuurpijl langs haar
rechteroog en raakte haar huid. A had hierbij ook een sterretje vast in haar hand. Hierna werd het
zwart voor haar ogen, zakte ze door haar knieën en bleef ze de rest van de avond binnen. A heeft
sindsdien bij het horen van vuurwerk en onverwachte knallen angstklachten, zoals het verhogen van
haar hartslag, drukkend gevoel op haar hart, krijgt ze een oppervlakkige ademhaling, tintelen haar
handen en is op zulke momenten erg alert en op haar hoede dat ze niet opnieuw geraakt wordt. Ook
schrikt ze van elk geluid, uitend in een fysieke schrikreactie. Sinds dit incident bleef A
voornamelijk binnen tijdens het afsteken van vuurwerk, met uitzondering van 2 momenten.
Hierna is A namelijk nog een keer met de familie van haar stiefvader op haar dertiende buiten
geweest tijdens de jaarwisseling. A gaf aan dat ze dit niet prettig heeft ervaren en gaf angstklachten
aan zoals hierboven benoemd. Daarnaast is A op haar negentiende nog één keer met haar ex-vriend
op het balkon geweest tijdens de jaarwisseling. A gaf aan dat ze het balkon als veilig aanzag, omdat
het niet ‘echt’ buiten was. A was op die avond vijf minuten buiten vanaf 00:00 en wilde daarna naar
binnen en heeft na deze gebeurtenis gehuild. A gaf aan dat ze de eerste minuut veilig voelde, maar
dat ze zich na die minuut bewust werd van het vuurwerk en de knallen. A omschrijft dat ze na elke
knal een lichamelijke schrikreactie kreeg met verkrampingen in haar bovenlichaam, voelde ze haar
hartslag omhoog gaan en was bang om dat moment.
Deze angstreacties- en gedachten komen niet alleen aan het eind van het jaar voor, maar ook in de
andere maanden wanneer een willekeurige knal in de straat voor haar kamer plaatsvindt. A schrikt
van zulke geluiden en voelt hierbij haar angstklachten opkomen, waarbij ze niet verder kan gaan
met haar bezigheden op dat moment. Dit heeft vervolgens gevolgen op haar schoolopdrachten, die
ze dan uitstelt, omdat ze dan piekert waar de knal vandaan komt en vervolgens afleiding zoekt,
zoals weglopen uit haar kamer om in de keuken de afwas te doen, of naar het toilet gaan. Dit zorgt
ervoor dat ze de knal niet meer goed kan horen. Tijdens de jaarwisseling wanneer vuurwerk
afgestoken wordt, bedekt ze haar oren met haar vingers, zodat het geluid van vuurwerk en knallen
gedempt wordt. Ook gaf ze aan dat ze het fijn had gevonden als haar ex-vriend mee naar binnen
was gegaan toen A ook naar binnen ging. Verder durft A geen sterretje vast te houden na het eerste
incident. A beschrijft dat ze daar nooit iets kwaads van inzag, maar nu alleen het gevaar inziet van
een sterretje. Verder blijft A ook binnen tijdens het afsteken van vuurwerk.
A gaf aan dat ze graag zou willen om ‘gewoon’ verder te gaan met waar ze mee bezig was, ook al
zijn er knallen buiten of wordt er vuurwerk afgestoken. Ook zou ze graag af willen van haar
piekergedachten, zoals zich afvragen waar de knal vandaan kwam en zich afvragen wat er kan gaan
gebeuren na het horen van een knal of vuurwerkgeluiden.
Er wordt aangenomen dat deze angstreacties- en gedachten worden verworven via een proces van
klassieke conditionering. Een neutrale stimulus wordt geassocieerd met een angstproducerende
stimulus, waardoor de neutrale stimulus uiteindelijk een geconditioneerde angststimulus wordt
(Rachman, 1977). Dit veroorzaakt een angst-gedachte (Foa en Kozak, 1986). Bij A betekent dit dat
vuurwerk, knallen en sterretjes vóór het eerste incident de neutrale stimuli waren. Echter na het
incident waarbij A werd geconfronteerd met vuurwerk dat langs haar rechteroog kwam, werden
deze stimuli geassocieerd met angst en gevaar. Hierdoor ontwikkelde A een geconditioneerde
angstrespons voor vuurwerk en aanverwante stimuli (Rachman, 1977).
Classificatie DSM-5 bij bovenstaande problematiek
Er is geen sprake van een DSM-5 classificatie bij A die is vastgesteld door een professional.