H1: PATHOLOGIE VAN HET KIND
GROEI EN ONTWIKKELING
ONTWIKKELING
- Prenatale periode + eerste levensjaren + pubertijd: belangrijkst vr groei en orgaanontw
- Ontwikkeling wordt beïnvloed dr:
o Genetische factoren
o Omgevingsfactoren: voeding, opvoeding, psychologisch, materieel
- Grove motoriek:
o Grootste vooruitgang in 1ste levensjaren:
1ste maanden: versterking nekspieren hoofd optillen in buiklig rond 3m: tijdje
volhouden
4-5m: op zij rollen + van buik nr rug en omgekeerd
6-9m:
stevig zitten met steun
schuivend bew later kruipen
6-12m: zitten zonder steun
8-15m: lopen aan de hand
12-18m: zelfstandig staan
18m: zelfstandig lopen
o Grote marge vr de mijlpalen
o Vooral al spelend gestimuleerd
- Fijne motoriek:
Al direct na geboorte is er grijpreflex
3m: interesse in handen + spelen met vingers
3,5-6m: VW grijpen en vasthouden
1j: VW met duim en wijsvinger grijpen
2j: tekenen
- Zintuigen:
o Zicht in 1ste levensjaren:
1m: kleuren
Eerst VW op korte afstand 3m: langere afstand
6m: even scherp zicht als volwassene
6-9m: kijken met aandacht
o Horen:
Na 1ste dag al schrikken van harde geluiden
0-3m: geluiden leren herkennen
- Geheugen:
Zintuigen nemen zeer snel nieuwe ervaringen op in geheugen
3-6m: onderscheid maken tssn nieuwe en oude ervaringen + voorkeuren ontw
8-9m: vreemde personen herkennen
6-12m: beeld in geheugen opslaan zonder te blijven zien + opzoek gaan hiernaar
Verbanden leren tssn acties en gebeurtenissen gedurende bep tijd steeds zelfde handeling
herhalen om effect te leren
- Sociaal:
o Voeding + warme en liefdevolle omgeving: bepalen ontw
1
, o Basisbehoeften: eten, slaap, affectie, veiligheid, duidelijkheid, continuïteit, voorspelbare
omgeving
o Kind hecht zich aan omgeving
o In 1ste jaar relatie opbouwen met opvoeders
o 6m: duidelijk beeld van ouders
o 8-9m: angst vr vreemden
o 2j: zelfstandig op ontdekking dr toegenomen vertrouwen en mobiliteit
o Schoolleeftijd: nieuwsgierig, leergierig, creatief, competitief,..
GROEI
NRMLE GROEI
4 fasen in de nrmle groei:
1. Fase 1 = prenatale groei:
Groeisnelheid is hier grootst
30% van volwassen lengte wordt hier bep
Lengtetoename is grootst tot 18-20w
Bij geboorte gem 50cm en 3,5kg (jongens) of 3,39kg (meisjes)
Vertraging foetale groei kan dr: roken, alcohol, socio-economische omstandigheden
2. Fase 2 = van geboorte tot 2j = zuigelingsperiode:
o Snelle afname van lengtegroei: 42cm per j
o Verantwoordelijk vr 15% van volwassen lengte
o Voeding heeft grote rol
o Failure to thrive = wnr kind in deze periode te weinig groeit
3. Fase 3 = van 2j tot puberteit:
Lage groeisnelheid
Verantwoordelijk vr 40% van de volwassen lengte
Groeihormoon gesecreteerd uit hypofyse heeft grote rol
Voeding, vit D, schildklierhormoon: ook belangrijk
Vanaf 5j: groeisnelheid is 5cm/j
4. Fase 4 = puberteit:
Snelle groei = groeispurt:
o verantwoordelijk vr 15% van volwassen lengte
o bij meisje:
groeispurt tijdens eerste stadia van puberteit vr de menarche
Max groeisnelheid = peak height velocity: bereikt bij stadium M3
In menarche is 95% van volwassen lengte bereikt (13-15j)
o bij jongen:
groeispurt in stadium G3-4
max groeisnelheid op 14j
einde groeispurt: 17-18j
Geslacht versch ontstaan
Testosteron en oestradiol spelen rol: doen sluiting van groeischijven groei stopt
Jongens groeien sneller en langer
Na puberteit is er nog beperkte groei
PUBERTEITSONTWIKKELI NG
2
, - Puberteit = ontwikkelingsproces van hypothalame-hypofysaire-gonadale as groei van gonade en
uitwendige geslachtsorganen vruchtbaar
- Tijdens puberteit is er een groeispurt:
o GnRH = gonadotrofine secreterend hormoon: reguleert secretie van 2 gonadotrofines
1. FSH = follikel stimulerend hormoon
2. LH = luteïniserend hormoon
Zij secreteren de gonaden vr secretie geslachtshormonen:
oestrogenen en androgenen
ONTWIKKELING GESLACHTSKENMERKEN MEISJE
- Borstontwikkeling:
o oiv oestrogenen
o M1 = prepuberaal: enkel tepel verheven
o M2: knopvormige verheffing + grotere diameter van tepelhof
o M3: borst krijgt welving
o M4: secundaire verheffing van tepelhof
o M5 = volwassen stadium: tepelhof valt terug op niveau van borst + wordt gepigmenteerd
- Pubisbeharing:
Oiv androgenen
P1: geen beharing
P2: eerste weinig gepigmenteerde haren langs labia
P3: eerste donkere en gekrulde haren op labia
P4: volwassen beharingspatroon
P5: breder
P6: breder en hoger
- Puberteitstekenen zijn in volgorde:
Aanvang borstontw eerst tssn 8,5-12,5j
Pubisbeharing en groeispurt: direct na borstontw (12j)
Menarche: 2,5j na borstontw (13j) hierna nog maar 5cm groei te verwachten
ONTWIKKELING GESLACHTSKENMERKEN JONGEN
- Androgenen zorgen vr:
a) Groei penis
b) Verlaging stem
c) Ontw pubisbeharing
d) Baardgroei
e) Lichaamsbeharing
f) Toename spiermassa
- Gonadotrofines stimuleren: groei van testis spermatogenese en androgeenproductie komen op
gang
- Ontw van uitwendige genitalia:
G1: testis, scrotum, penis zoals bij jong kind
G2: vergroting scrotum en penis + scrotumhuid roder en gerimpeld (11,5j)
G3: grotere penis en testes + scrotum zakt uit
G4: grotere penis en glans + pigmentatie scrotum
G5 = volwassen stadium: penis komt tot onderrand scrotum (15,3j)
- Pubisbeharing:
o P1: geen haar
o P2: niet gepigmenteerd en niet gekruld donzig haar
3
, o P3: donkere, gekrulde haren rond basis penis
o P4: beharing wordt volwassen
o P5: spreiding tot op dijen
o P6: beharing op linea alba
- Volgorde puberteitskenmerken:
o Eerst testiculaire groei tssn 10-15j
o Dan penisbeharing
o Groeispurt als laatste bij testiculair volume van 12-15ml (14j)
RELATIE TSSN PUBERTE ITSONTW EN LENGTEGROEI
- Kalenderleeftijd waarop puberteit begint: 9-14j
- Groeispurt is bij meisjes 2j eerder: in stadia M2-M3 na de menarche weinig groei
- Bij jongens is groeispurt in G4-G5: wnr testisvolume bep waarde heeft bereikt (gem 12ml)
- Geen verband tssn rijping en uiteindelijk gestalte: vroege rijpers worden niet perse groter
- Late rijpers vertonen dip vr de groeispurt
ABNORMALE GROEIPATRONEN
- Kinderen kunnen te groot of te klein zijn
- Nrmle groei evalueren adhv: leeftijd, geslacht, etnische factoren, stadium puberteit, socio-
economische factoren
KORT GESTALTE
- Boven 2j is klein gestalte meestal niet-pathologisch: familiale kort gestalte of vertraagde groeispurt
- Soms wel kinderen met onderliggende aandoening
- Kinderen met kort gestalte nakijken op groeipathologie wnr bijzonder klein of vertraagde groeispurt
- Evaluatie:
o Lichamelijk onderzoek
o Onderliggende aandoeningen zoeken die oorzaak kunnen zijn: hartafwijkingen, chromosoom
afwijkingen (vb: Turnersyndroom)
o Absolute groei meten
o Het afbuigen van de groeicurve
o Groeisnelheid
o Botmaturatie
o Voorspelde lengte op volwassen leeftijd
- Men begint steeds met uitzetten van lengte op juiste percentielcurve of lengtecurve
- Erna groeisnelheid evalueren:
o Enkel mglk wnr regelmatig gemeten
o Vb afwijkende lengtegroei: zakken van lengte over 2 majeure lengtepercentielen
o Groeisnelheid uitgezet nr leeftijd en geslacht
o Wnr kort gestalte + nrmle groeisnelheid meestal geen pathologie
o Wnr duidelijk verminderde snelheid meer kans op pathologie
o Wnr men denkt dat er pathologie is:
bot- of skeletleeftijd meten obv radiografie van linker hand/pols:
kenmerken vglken met referenties in atlas
botleeftijd = botmaturatie: gebruikt als referentiepunt om volwassen lengte
te voorspellen
vertraagde botleeftijd:
4
GROEI EN ONTWIKKELING
ONTWIKKELING
- Prenatale periode + eerste levensjaren + pubertijd: belangrijkst vr groei en orgaanontw
- Ontwikkeling wordt beïnvloed dr:
o Genetische factoren
o Omgevingsfactoren: voeding, opvoeding, psychologisch, materieel
- Grove motoriek:
o Grootste vooruitgang in 1ste levensjaren:
1ste maanden: versterking nekspieren hoofd optillen in buiklig rond 3m: tijdje
volhouden
4-5m: op zij rollen + van buik nr rug en omgekeerd
6-9m:
stevig zitten met steun
schuivend bew later kruipen
6-12m: zitten zonder steun
8-15m: lopen aan de hand
12-18m: zelfstandig staan
18m: zelfstandig lopen
o Grote marge vr de mijlpalen
o Vooral al spelend gestimuleerd
- Fijne motoriek:
Al direct na geboorte is er grijpreflex
3m: interesse in handen + spelen met vingers
3,5-6m: VW grijpen en vasthouden
1j: VW met duim en wijsvinger grijpen
2j: tekenen
- Zintuigen:
o Zicht in 1ste levensjaren:
1m: kleuren
Eerst VW op korte afstand 3m: langere afstand
6m: even scherp zicht als volwassene
6-9m: kijken met aandacht
o Horen:
Na 1ste dag al schrikken van harde geluiden
0-3m: geluiden leren herkennen
- Geheugen:
Zintuigen nemen zeer snel nieuwe ervaringen op in geheugen
3-6m: onderscheid maken tssn nieuwe en oude ervaringen + voorkeuren ontw
8-9m: vreemde personen herkennen
6-12m: beeld in geheugen opslaan zonder te blijven zien + opzoek gaan hiernaar
Verbanden leren tssn acties en gebeurtenissen gedurende bep tijd steeds zelfde handeling
herhalen om effect te leren
- Sociaal:
o Voeding + warme en liefdevolle omgeving: bepalen ontw
1
, o Basisbehoeften: eten, slaap, affectie, veiligheid, duidelijkheid, continuïteit, voorspelbare
omgeving
o Kind hecht zich aan omgeving
o In 1ste jaar relatie opbouwen met opvoeders
o 6m: duidelijk beeld van ouders
o 8-9m: angst vr vreemden
o 2j: zelfstandig op ontdekking dr toegenomen vertrouwen en mobiliteit
o Schoolleeftijd: nieuwsgierig, leergierig, creatief, competitief,..
GROEI
NRMLE GROEI
4 fasen in de nrmle groei:
1. Fase 1 = prenatale groei:
Groeisnelheid is hier grootst
30% van volwassen lengte wordt hier bep
Lengtetoename is grootst tot 18-20w
Bij geboorte gem 50cm en 3,5kg (jongens) of 3,39kg (meisjes)
Vertraging foetale groei kan dr: roken, alcohol, socio-economische omstandigheden
2. Fase 2 = van geboorte tot 2j = zuigelingsperiode:
o Snelle afname van lengtegroei: 42cm per j
o Verantwoordelijk vr 15% van volwassen lengte
o Voeding heeft grote rol
o Failure to thrive = wnr kind in deze periode te weinig groeit
3. Fase 3 = van 2j tot puberteit:
Lage groeisnelheid
Verantwoordelijk vr 40% van de volwassen lengte
Groeihormoon gesecreteerd uit hypofyse heeft grote rol
Voeding, vit D, schildklierhormoon: ook belangrijk
Vanaf 5j: groeisnelheid is 5cm/j
4. Fase 4 = puberteit:
Snelle groei = groeispurt:
o verantwoordelijk vr 15% van volwassen lengte
o bij meisje:
groeispurt tijdens eerste stadia van puberteit vr de menarche
Max groeisnelheid = peak height velocity: bereikt bij stadium M3
In menarche is 95% van volwassen lengte bereikt (13-15j)
o bij jongen:
groeispurt in stadium G3-4
max groeisnelheid op 14j
einde groeispurt: 17-18j
Geslacht versch ontstaan
Testosteron en oestradiol spelen rol: doen sluiting van groeischijven groei stopt
Jongens groeien sneller en langer
Na puberteit is er nog beperkte groei
PUBERTEITSONTWIKKELI NG
2
, - Puberteit = ontwikkelingsproces van hypothalame-hypofysaire-gonadale as groei van gonade en
uitwendige geslachtsorganen vruchtbaar
- Tijdens puberteit is er een groeispurt:
o GnRH = gonadotrofine secreterend hormoon: reguleert secretie van 2 gonadotrofines
1. FSH = follikel stimulerend hormoon
2. LH = luteïniserend hormoon
Zij secreteren de gonaden vr secretie geslachtshormonen:
oestrogenen en androgenen
ONTWIKKELING GESLACHTSKENMERKEN MEISJE
- Borstontwikkeling:
o oiv oestrogenen
o M1 = prepuberaal: enkel tepel verheven
o M2: knopvormige verheffing + grotere diameter van tepelhof
o M3: borst krijgt welving
o M4: secundaire verheffing van tepelhof
o M5 = volwassen stadium: tepelhof valt terug op niveau van borst + wordt gepigmenteerd
- Pubisbeharing:
Oiv androgenen
P1: geen beharing
P2: eerste weinig gepigmenteerde haren langs labia
P3: eerste donkere en gekrulde haren op labia
P4: volwassen beharingspatroon
P5: breder
P6: breder en hoger
- Puberteitstekenen zijn in volgorde:
Aanvang borstontw eerst tssn 8,5-12,5j
Pubisbeharing en groeispurt: direct na borstontw (12j)
Menarche: 2,5j na borstontw (13j) hierna nog maar 5cm groei te verwachten
ONTWIKKELING GESLACHTSKENMERKEN JONGEN
- Androgenen zorgen vr:
a) Groei penis
b) Verlaging stem
c) Ontw pubisbeharing
d) Baardgroei
e) Lichaamsbeharing
f) Toename spiermassa
- Gonadotrofines stimuleren: groei van testis spermatogenese en androgeenproductie komen op
gang
- Ontw van uitwendige genitalia:
G1: testis, scrotum, penis zoals bij jong kind
G2: vergroting scrotum en penis + scrotumhuid roder en gerimpeld (11,5j)
G3: grotere penis en testes + scrotum zakt uit
G4: grotere penis en glans + pigmentatie scrotum
G5 = volwassen stadium: penis komt tot onderrand scrotum (15,3j)
- Pubisbeharing:
o P1: geen haar
o P2: niet gepigmenteerd en niet gekruld donzig haar
3
, o P3: donkere, gekrulde haren rond basis penis
o P4: beharing wordt volwassen
o P5: spreiding tot op dijen
o P6: beharing op linea alba
- Volgorde puberteitskenmerken:
o Eerst testiculaire groei tssn 10-15j
o Dan penisbeharing
o Groeispurt als laatste bij testiculair volume van 12-15ml (14j)
RELATIE TSSN PUBERTE ITSONTW EN LENGTEGROEI
- Kalenderleeftijd waarop puberteit begint: 9-14j
- Groeispurt is bij meisjes 2j eerder: in stadia M2-M3 na de menarche weinig groei
- Bij jongens is groeispurt in G4-G5: wnr testisvolume bep waarde heeft bereikt (gem 12ml)
- Geen verband tssn rijping en uiteindelijk gestalte: vroege rijpers worden niet perse groter
- Late rijpers vertonen dip vr de groeispurt
ABNORMALE GROEIPATRONEN
- Kinderen kunnen te groot of te klein zijn
- Nrmle groei evalueren adhv: leeftijd, geslacht, etnische factoren, stadium puberteit, socio-
economische factoren
KORT GESTALTE
- Boven 2j is klein gestalte meestal niet-pathologisch: familiale kort gestalte of vertraagde groeispurt
- Soms wel kinderen met onderliggende aandoening
- Kinderen met kort gestalte nakijken op groeipathologie wnr bijzonder klein of vertraagde groeispurt
- Evaluatie:
o Lichamelijk onderzoek
o Onderliggende aandoeningen zoeken die oorzaak kunnen zijn: hartafwijkingen, chromosoom
afwijkingen (vb: Turnersyndroom)
o Absolute groei meten
o Het afbuigen van de groeicurve
o Groeisnelheid
o Botmaturatie
o Voorspelde lengte op volwassen leeftijd
- Men begint steeds met uitzetten van lengte op juiste percentielcurve of lengtecurve
- Erna groeisnelheid evalueren:
o Enkel mglk wnr regelmatig gemeten
o Vb afwijkende lengtegroei: zakken van lengte over 2 majeure lengtepercentielen
o Groeisnelheid uitgezet nr leeftijd en geslacht
o Wnr kort gestalte + nrmle groeisnelheid meestal geen pathologie
o Wnr duidelijk verminderde snelheid meer kans op pathologie
o Wnr men denkt dat er pathologie is:
bot- of skeletleeftijd meten obv radiografie van linker hand/pols:
kenmerken vglken met referenties in atlas
botleeftijd = botmaturatie: gebruikt als referentiepunt om volwassen lengte
te voorspellen
vertraagde botleeftijd:
4