Inleiding ontwikkelingspsychologie
Inhoud
Algemene doelstellingen .................................................................................................................................. 2
Een oriëntatie op de ontwikkelingspsychologie ................................................................................................. 2
Reikwijdte van het vakgebied........................................................................................................................ 3
Thematische gebieden .............................................................................................................................. 3
Leeftijdsgroepen en individuele verschillen ............................................................................................... 3
Ontwikkelingspsychologie ......................................................................................................................... 3
De invloed van cohorten op de ontwikkeling in een sociale wereld ............................................................... 4
Vraagstukken bij thema’s van de ontwikkelingspsychologie .......................................................................... 5
Continue verandering <-> discontinue verandering ................................................................................... 5
Kritieke periode <-> gevoelige periode ...................................................................................................... 5
Levensloopmodel <-> focus op specifieke periodes ................................................................................... 6
Impact van nature en nurture op de ontwikkeling ..................................................................................... 6
De gevolgen voor de opvoeding van kinderen en voor een sociaal beleid .................................................. 6
Theoretische perspectieven op ontwikkelingspsychologie ................................................................................ 7
Psychodynamisch perspectief ....................................................................................................................... 7
Verschilpunten tussen Freud en Erikson .................................................................................................... 7
Behavioristisch perspectief ........................................................................................................................... 7
Cognitief perspectief ..................................................................................................................................... 7
Contextueel perspectief ................................................................................................................................ 7
Evolutionair perspectief ................................................................................................................................ 7
, Algemene doelstellingen
Om te weten wanneer gedrag ‘fout’ gaat, moet je eerst inzicht krijgen in de normale ontwikkeling van
gedrag.
Inzicht krijgen in de menselijke ontwikkeling binnen de verschillende levensfasen.
Gedrag interpreteren vanuit verschillende theorieën.
Een oriëntatie op de ontwikkelingspsychologie
Ontwikkelingspsychologie = levenslooppsychologie = de wetenschappelijke studie naar patronen van groei,
verandering en stabiliteit van conceptie tot ouderdom.
Ontwikkeling
genese, ontvouwing
lichamelijke groei en veranderingen in de psyche van individuele personen die worden beïnvloed door
de ontwikkeling van de samenleving
groei, toename, voortgang & teruggang, afbraak, aftakeling
continue proces in de tijd
niet omkeerbaar: van baby tot bejaarde
globaal naar gedifferentieerd
o een baby kan minder gevarieerd gedrag stellen dan een volwassene
Aanverwante begrippen
groei
o lichamelijke groei, die ook invloed heeft op psychische groei
rijping
o Het kunnen functioneren op een hoger gedragsniveau ten gevolge van groei, wat leidt tot het
ontstaan van bepaalde vermogens.
leren
o Het kunnen functioneren op een hoger niveau, niet ten gevolge van groei die inherent is aan
het wezen, maar door leerprocessen en interactie met de omgeving.
Inhoud
Algemene doelstellingen .................................................................................................................................. 2
Een oriëntatie op de ontwikkelingspsychologie ................................................................................................. 2
Reikwijdte van het vakgebied........................................................................................................................ 3
Thematische gebieden .............................................................................................................................. 3
Leeftijdsgroepen en individuele verschillen ............................................................................................... 3
Ontwikkelingspsychologie ......................................................................................................................... 3
De invloed van cohorten op de ontwikkeling in een sociale wereld ............................................................... 4
Vraagstukken bij thema’s van de ontwikkelingspsychologie .......................................................................... 5
Continue verandering <-> discontinue verandering ................................................................................... 5
Kritieke periode <-> gevoelige periode ...................................................................................................... 5
Levensloopmodel <-> focus op specifieke periodes ................................................................................... 6
Impact van nature en nurture op de ontwikkeling ..................................................................................... 6
De gevolgen voor de opvoeding van kinderen en voor een sociaal beleid .................................................. 6
Theoretische perspectieven op ontwikkelingspsychologie ................................................................................ 7
Psychodynamisch perspectief ....................................................................................................................... 7
Verschilpunten tussen Freud en Erikson .................................................................................................... 7
Behavioristisch perspectief ........................................................................................................................... 7
Cognitief perspectief ..................................................................................................................................... 7
Contextueel perspectief ................................................................................................................................ 7
Evolutionair perspectief ................................................................................................................................ 7
, Algemene doelstellingen
Om te weten wanneer gedrag ‘fout’ gaat, moet je eerst inzicht krijgen in de normale ontwikkeling van
gedrag.
Inzicht krijgen in de menselijke ontwikkeling binnen de verschillende levensfasen.
Gedrag interpreteren vanuit verschillende theorieën.
Een oriëntatie op de ontwikkelingspsychologie
Ontwikkelingspsychologie = levenslooppsychologie = de wetenschappelijke studie naar patronen van groei,
verandering en stabiliteit van conceptie tot ouderdom.
Ontwikkeling
genese, ontvouwing
lichamelijke groei en veranderingen in de psyche van individuele personen die worden beïnvloed door
de ontwikkeling van de samenleving
groei, toename, voortgang & teruggang, afbraak, aftakeling
continue proces in de tijd
niet omkeerbaar: van baby tot bejaarde
globaal naar gedifferentieerd
o een baby kan minder gevarieerd gedrag stellen dan een volwassene
Aanverwante begrippen
groei
o lichamelijke groei, die ook invloed heeft op psychische groei
rijping
o Het kunnen functioneren op een hoger gedragsniveau ten gevolge van groei, wat leidt tot het
ontstaan van bepaalde vermogens.
leren
o Het kunnen functioneren op een hoger niveau, niet ten gevolge van groei die inherent is aan
het wezen, maar door leerprocessen en interactie met de omgeving.