3 Spieren
Hoorcollege OP2 MV3 Spieren
Taak 3 Spieren
Doelstellingen
De student kan:
De bouw en functie van een spier beschrijven
de verschillende de spieren benoemen en globaal hun functie beschrijven
Maak onderstaande multiple choice vragen en maak de match-opdracht
1 Wat is de functie van de skeletspieren
a) Bewegen van skeletdelen
b) Handhaven van houding en positie
c) Handhaven van lichaamstemperatuur
d) Zowel a, b als c
2 Myofibrillen bestaan uit:
a) Actine en myosine
b) Epimysium
c) ATP en ADP
d) Tropomyosine
3 Het cytoplasma van een spiervezel noem je:
a) Sacrolemma
b) Sacromeer
c) Sacrosoom
d) Sacroplasma
4 Spierkramp wordt meestal veroorzaakt door een tekort aan
a) ATP
b) ADP
c) Actine
d) Myosine
5 In vergelijking met dwars gestreept spierweefsel kan glad spierweefsel
a) Sneller contraheren
b) Sneller relaxeren
c) Sneller contraheren, maar langzamer relaxeren
d) Langzamer relaxeren en contraheren
6 Elk van de volgende termen zeggen iets over de functie van de spier behalve:
a) Levator
b) Extensor
c) Tensor
d) Buccinator
e) Adductor
7 De volgende spier heeft de insertie aan het os pubis rondom de symphisis
a) M. obliquus int.
b) m. obliquus ext.
Hoorcollege OP2 MV3 Spieren
Taak 3 Spieren
Doelstellingen
De student kan:
De bouw en functie van een spier beschrijven
de verschillende de spieren benoemen en globaal hun functie beschrijven
Maak onderstaande multiple choice vragen en maak de match-opdracht
1 Wat is de functie van de skeletspieren
a) Bewegen van skeletdelen
b) Handhaven van houding en positie
c) Handhaven van lichaamstemperatuur
d) Zowel a, b als c
2 Myofibrillen bestaan uit:
a) Actine en myosine
b) Epimysium
c) ATP en ADP
d) Tropomyosine
3 Het cytoplasma van een spiervezel noem je:
a) Sacrolemma
b) Sacromeer
c) Sacrosoom
d) Sacroplasma
4 Spierkramp wordt meestal veroorzaakt door een tekort aan
a) ATP
b) ADP
c) Actine
d) Myosine
5 In vergelijking met dwars gestreept spierweefsel kan glad spierweefsel
a) Sneller contraheren
b) Sneller relaxeren
c) Sneller contraheren, maar langzamer relaxeren
d) Langzamer relaxeren en contraheren
6 Elk van de volgende termen zeggen iets over de functie van de spier behalve:
a) Levator
b) Extensor
c) Tensor
d) Buccinator
e) Adductor
7 De volgende spier heeft de insertie aan het os pubis rondom de symphisis
a) M. obliquus int.
b) m. obliquus ext.