MODULE 5: APOLOGIE VAN DE SCHOOL
1
,INLEIDING
• Historische paradox: De school wordt sinds haar ontstaan in Griekse stadstaten bekritiseerd omdat ze 'vrije tijd'
(scholè) en kennis als 'gemeen goed' toegankelijk maakte voor iedereen
• Eeuwenlange aanpassingsdruk: Door de geschiedenis heen werd de school gedoogd zolang ze zich aanpaste aan
religieuze, politieke idealen en projecten zoals natievorming (Onderwijs was "oorspronkelijk iets waarvoor men vrije
tijd moest hebben: de meeste mensen, ook kinderen, besteedden al hun tijd aan werk")
• Radicale kritiek: Vanaf de jaren '60 stelden ontscholers zoals Ivan Illich dat de school zelf het probleem is: ze
creëert de valse idee dat institutioneel leren nodig is
• Hedendaagse bedreigingen: Vandaag voorspelt men het verdwijnen van de school door levenslang leren en
elektronische leeromgevingen - ze zou verouderd en overbodig zijn
• Pleidooi voor vrijspraak: De auteurs verdedigen de school juist omdat ze 'vrije tijd' maakt en kennis
democratiseert, waardoor jongeren kunnen groeien en de wereld kunnen vernieuwen
• Angst voor onvoorspelbaarheid: Zowel conservatieven als progressieven vrezen de school omdat ze jongeren
ruimte geeft om onvoorspelbaar te veranderen, wat hun plannen bedreigt
• Heruitvinding als uitdaging: De school kan verdwijnen maar ook heruitgevonden worden - dit zien de auteurs als
een publieke verantwoordelijkheid voor de toekomst → "Het heruitvinden van de school komt neer op het zoeken
naar concrete manieren om vandaag 'vrije tijd' te maken en jonge mensen te verzamelen rond 'gemeen goed'"
DE AANKLACHTEN. DE EISEN, DE VASTSTELLINGEN
I. WERELDVREEMDHEID
• Kunstmatige leerstof: Schoolvakken zijn niet wereldlijk genoeg, leerstof is kunstmatig en bereidt niet voor op
het leven
• Dubbele kritiek: Te weinig rekening met arbeidsmarkt OF te eenzijdig gericht op arbeidsmarkt/hoger onderwijs
• Vervreemding: School sluit zich af van samenleving en behoeften van jongeren, wordt een isolerend eiland →
Radicale positie: Wereldvreemdheid is inherent aan alle schoolse vormen - daarom moet de school verdwijnen
Auteurstandpunt: School moet juist bepaalde banden opheffen om de wereld interessant te presenteren:
o "Banden opheffen" = School moet jongeren tijdelijk loskoppelen van:
▪ Hun directe gezinsomgeving
▪ Hun dagelijkse behoeften en gewoontes
▪ De directe eisen van de samenleving
o Doel van deze afzondering:
▪ De wereld (niet hun leefwereld) presenteren aan jongeren
▪ Hen tijd en ruimte geven om boven zichzelf uit te stijgen
▪ Hen interessant maken wat ze anders nooit zouden ontdekken
o Concreet voorbeeld:
▪ Een jongere uit een achterstandswijk heeft misschien geen directe "behoefte" aan Griekse
filosofie of abstracte wiskunde. Maar de school haalt hem/haar weg uit die directe
leefwereld om hem/haar kennis te laten maken met dingen die zijn/haar wereld kunnen
verruimen en vernieuwen.
2
, II. MACHTSBESTENDIGING EN CORRUPTIE
• Valse belofte: Ondanks verhaal over gelijke kansen, reproduceert school sociale ongelijkheid
• Kapitaalsdienst: School dient economisch kapitaal (kennis als handelswaar) en cultureel kapitaal
(burgerlijke waarden)
• Machtsinstrument: Hele schoolsysteem (klassen, examens, curriculum) is uitvinding van de macht → Het
schoolsysteem is niet "natuurlijk" ontstaan, maar bewust ontworpen door machthebbers om controle uit te
oefenen. → Valse neutraliteit: School houdt hardnekkig vast aan mythe van autonomie en objectiviteit
Auteurstandpunt: School wordt corrupt gemaakt door machthebbers, maar is van nature een bedreiging
voor alle macht omdat ze kennis en cultuur tot gemeengoed maakt. De corruptie is dus niet inherent aan
school, maar een externe aanval op wat school werkelijk is.
III. DEMOTIVERING VAN DE JEUGD
• Algemene malaise: Jongeren gaan niet graag naar school, leren is niet fijn, leerkrachten zijn saai
• Gematigde oplossing: Pleidooi voor welbevinden, spelenderwijs leren, zichtbare relevantie
• Conservatisme: School vertegenwoordigt oude generatie, gekristalliseerde verwachtingen, immobilisme
• Toekomstvisie: School moet lerende centraal stellen, mobiliteit en flexibiliteit omarmen
Auteurstandpunt: Als school zich richt op motivatie en welbevinden, verliest ze haar eigenlijke functie -
jongeren kennis laten maken met dingen die hun horizont verruimen, ook al vinden ze het niet direct "leuk".
IV. GEBREK AAN EFFECTIVITEIT EN INZETHAARHEID
• Bureaucratische traagheid: School overstijgt tijdperk van bureaucratie niet, focust op procedures i.p.v.
resultaten
• Professionaliteit als alibi: Leraar-zonnekoning-model verhindert doelgerichte organisatie
• Output-blindheid: Scholen negeren toegevoegde waarde en wetenschappelijke evidentie
➔ Zakelijke verantwoordelijkheid: School moet leerresultaten/competenties produceren die
inzetbaar maken = • Effectiviteit-eis: Scholen moeten oog hebben voor effectiviteit,
efficiëntie en performativiteit
Auteurstandpunt: "School is geen bedrijf" drukt andere verantwoordelijkheid uit: School hoort jongeren
niet "inzetbaar" te maken voor de bestaande wereld, maar hen ruimte te geven om een nieuwe wereld te
creëren.
3