BEWEGEN BEGELEIDEN – ROUSSEAU
BEGELEIDINGSPRINCIPES
TRAINING
1) Trainingsopbouw :
- Intro
- Opwarming
- Kern
- Cooling-down
- Slot
Intro :
è Deelnemers enthousiast en betrokken ontvangen
è Persoonlijke vragen stellen
ð Hoe gaat het ? Hoe is de vermoeidheid geweest na de vorige training ? Wat heb je in het weekend gedaan?
è Uitleggen wat de training inhoudt
Opwarming:
3 delen:
- Algemeen deel (plezier)
- Stretching (niet noodzakelijk)
- Specifiek deel (ifv doel)
ð Werk met spelvorm of muziek
ð Varieer en pas tijdsduur aan
ð Doe zelf mee
ð Zorg voor goede overgang naar kerngedeelte
ð Creatieve opwarming voorzien
,Kern:
è Doelgerichte training: ofwel doel splitsen ofwel combinatie doelen
ð Doel halen is essentieel
ð Fun en creativiteit motiveert
ð Zoek naar nieuwe oefeningen
ð Bij oefeningen telkens de waarom uitleggen
ð Bekijken welke doelgroep en hierbij aanpassingen maken
Cooling-down:
è Varieer
ð Spelvorm kinderen, CV recuperatie, relaxatie, ademhaling, stretching…
ð Muziek werkt altijd
ð Varieer voldoende, maar durf ook aanpassen
Slot:
è Training afronden
ð Napraten over training, tips voor de toekomst, wat volgende training inhoudt
2) Trainingsvariabelen en methodiek
Trainingsvariabelen:
è Oefenvorm
ð Beginniveau en richting doel
ð Rekening houden met veiligheid, rendement, differentieer bij groepen en methodisch opgebouwd
Ø Veiligheid: niet sprinten tot aan de muur of kegels te kort tegen muur zetten
Ø Rendement: meer kleinere groepen creeëren
è Belasting
ð Beginniveau en progressief opbouwen
ð CV: eerst omvang verhogen, nadien snelheid
ð Kracht: basis -> hypertrofie -> maximale kracht
Methodiek:
è Opbouw kerngedeelte
ð Algemeen naar specifiek
ð Steeds opbouwend
Ø Eenvoudig naar complex
Ø Enkelvoudig naar meervoudig
Ø Grote naar kleine spiergroepen
Ø Technische zaken eerst
è Didactische hulpmiddelen
ð Zien: kijkwijzers, spiegel…
ð Vereenvoudigen: drijfmiddelen, ballon…
ð Veiligheid: mat, gordel…
3) Werkvormen
, Instructievorm:
è Instructie – demo – uitvoering
Ø Één op één oefeningen
Ø Duo vorm
Ø Circuit in tijd (beste keuze)
Ø Circuit in HH (kan opstoppingen geven als sommigen dit te snel doen)
ð Kijkwijzers en max. 4-6 oefeningen per circuit
Opdrachtvorm:
ð Specifieke taken/opdrachten die zelfstandig of in kleine groepen moeten uitgevoerd worden
ð Ruimte aan eigen verantwoordelijkheid en creativiteit sporters
Ø Per 2 pompen met maar 2 voeten en 4 handen op de grond
Samenwerkingsvormen:
ð Sporters werken samen aan gemeenschappelijk doel
ð Samenwerking, communicatie en teamdynamiek
Interactievormen:
ð Wisselwerking tussen sporters en trainer
ð Ruimte voor dialoog, feedback en discussie
ð Sporters actief betrokken in leerproces
ð Groepkan beslissen welke oefeningen en trainer geeft feedback
Challenge werkvormen:
- EMOM (every minute on the minute)
ð HIIT training
ð Je start om de minuut met de volgende reeks en dit doe je 10min lang
ð Tijd over = rust
ð Altijd eerst testen of de hoeveelheden in 1min passen
Ø 5x push-up + 5x jumping jacks + 5x squats
- AMRAP (as many rounds as possible)
ð HIIT training
ð Zoveel mogelijk reps/ronden in bepaalde tijd (hoe fit je bent)
ð Geen rusttijd
Ø 5x burpees + 10x push-ups + 15x walking lunges
Ø 3 oefening zoveel mogelijk keer herhalen in 10min
- HIIT (high intensity interval training)
ð 20-60min training waarvan 30-60sec oefeningen (60min is te lang)
ð Zware inspanningen afgewisseld met pauzes
ð Tijdens recup: nieuwe oefening uitleggen
ð Technische oefeningen: eerst proberen met klanten
Ø 30sec high knees + 30sec jumping lunges + 30sec shoulder taps + 30sec burpees + 30sec jumping jacks met
30sec rust in 4 reeksen
- LIIT (low intensity interval training)
ð Aerobe training
ð 40-60min training waarvan 90sec oefeningen en 90sec-5min rust
ð Matige inspanningen afgewisseld met lange actieve pauzes
Ø 90sec joggen en 3min wandelen: 10x herhalen
Ø 10 squats + 90sec rust + 10 lunges + 90sec rust
BEGELEIDINGSPRINCIPES
TRAINING
1) Trainingsopbouw :
- Intro
- Opwarming
- Kern
- Cooling-down
- Slot
Intro :
è Deelnemers enthousiast en betrokken ontvangen
è Persoonlijke vragen stellen
ð Hoe gaat het ? Hoe is de vermoeidheid geweest na de vorige training ? Wat heb je in het weekend gedaan?
è Uitleggen wat de training inhoudt
Opwarming:
3 delen:
- Algemeen deel (plezier)
- Stretching (niet noodzakelijk)
- Specifiek deel (ifv doel)
ð Werk met spelvorm of muziek
ð Varieer en pas tijdsduur aan
ð Doe zelf mee
ð Zorg voor goede overgang naar kerngedeelte
ð Creatieve opwarming voorzien
,Kern:
è Doelgerichte training: ofwel doel splitsen ofwel combinatie doelen
ð Doel halen is essentieel
ð Fun en creativiteit motiveert
ð Zoek naar nieuwe oefeningen
ð Bij oefeningen telkens de waarom uitleggen
ð Bekijken welke doelgroep en hierbij aanpassingen maken
Cooling-down:
è Varieer
ð Spelvorm kinderen, CV recuperatie, relaxatie, ademhaling, stretching…
ð Muziek werkt altijd
ð Varieer voldoende, maar durf ook aanpassen
Slot:
è Training afronden
ð Napraten over training, tips voor de toekomst, wat volgende training inhoudt
2) Trainingsvariabelen en methodiek
Trainingsvariabelen:
è Oefenvorm
ð Beginniveau en richting doel
ð Rekening houden met veiligheid, rendement, differentieer bij groepen en methodisch opgebouwd
Ø Veiligheid: niet sprinten tot aan de muur of kegels te kort tegen muur zetten
Ø Rendement: meer kleinere groepen creeëren
è Belasting
ð Beginniveau en progressief opbouwen
ð CV: eerst omvang verhogen, nadien snelheid
ð Kracht: basis -> hypertrofie -> maximale kracht
Methodiek:
è Opbouw kerngedeelte
ð Algemeen naar specifiek
ð Steeds opbouwend
Ø Eenvoudig naar complex
Ø Enkelvoudig naar meervoudig
Ø Grote naar kleine spiergroepen
Ø Technische zaken eerst
è Didactische hulpmiddelen
ð Zien: kijkwijzers, spiegel…
ð Vereenvoudigen: drijfmiddelen, ballon…
ð Veiligheid: mat, gordel…
3) Werkvormen
, Instructievorm:
è Instructie – demo – uitvoering
Ø Één op één oefeningen
Ø Duo vorm
Ø Circuit in tijd (beste keuze)
Ø Circuit in HH (kan opstoppingen geven als sommigen dit te snel doen)
ð Kijkwijzers en max. 4-6 oefeningen per circuit
Opdrachtvorm:
ð Specifieke taken/opdrachten die zelfstandig of in kleine groepen moeten uitgevoerd worden
ð Ruimte aan eigen verantwoordelijkheid en creativiteit sporters
Ø Per 2 pompen met maar 2 voeten en 4 handen op de grond
Samenwerkingsvormen:
ð Sporters werken samen aan gemeenschappelijk doel
ð Samenwerking, communicatie en teamdynamiek
Interactievormen:
ð Wisselwerking tussen sporters en trainer
ð Ruimte voor dialoog, feedback en discussie
ð Sporters actief betrokken in leerproces
ð Groepkan beslissen welke oefeningen en trainer geeft feedback
Challenge werkvormen:
- EMOM (every minute on the minute)
ð HIIT training
ð Je start om de minuut met de volgende reeks en dit doe je 10min lang
ð Tijd over = rust
ð Altijd eerst testen of de hoeveelheden in 1min passen
Ø 5x push-up + 5x jumping jacks + 5x squats
- AMRAP (as many rounds as possible)
ð HIIT training
ð Zoveel mogelijk reps/ronden in bepaalde tijd (hoe fit je bent)
ð Geen rusttijd
Ø 5x burpees + 10x push-ups + 15x walking lunges
Ø 3 oefening zoveel mogelijk keer herhalen in 10min
- HIIT (high intensity interval training)
ð 20-60min training waarvan 30-60sec oefeningen (60min is te lang)
ð Zware inspanningen afgewisseld met pauzes
ð Tijdens recup: nieuwe oefening uitleggen
ð Technische oefeningen: eerst proberen met klanten
Ø 30sec high knees + 30sec jumping lunges + 30sec shoulder taps + 30sec burpees + 30sec jumping jacks met
30sec rust in 4 reeksen
- LIIT (low intensity interval training)
ð Aerobe training
ð 40-60min training waarvan 90sec oefeningen en 90sec-5min rust
ð Matige inspanningen afgewisseld met lange actieve pauzes
Ø 90sec joggen en 3min wandelen: 10x herhalen
Ø 10 squats + 90sec rust + 10 lunges + 90sec rust
