100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached 4.2 TrustPilot
logo-home
Summary

samenvatting Erfrecht

Rating
-
Sold
-
Pages
56
Uploaded on
27-05-2025
Written in
2024/2025

Dit is een uitgebreide samenvatting voor het vak Erfrecht dat wordt gegeven op de AP hogeschool door Adriaenssens K. De samenvatting is gemaakt adhv. de powerpoint, het boek en lesnotities.

Institution
Course











Whoops! We can’t load your doc right now. Try again or contact support.

Written for

Institution
Study
Course

Document information

Uploaded on
May 27, 2025
Number of pages
56
Written in
2024/2025
Type
Summary

Subjects

Content preview

ERFRECHT




Fitters Emma [student]
MODULE 4 2025

,INHOUDSOPGAVE

inleiding........................................................................................................................ 1
afdeling 1: definitie en begrippen ..........................................................................................1
afdeling 2: bronnen van het erfrecht......................................................................................1
afdeling 3: het voorwerp van het erfrecht ..............................................................................1
afdeling 4: de ‘gewone’ en de anomale nalatenschap ............................................................2
afdeling 5: verkrijging iure hereditario of iure proprio ..............................................................2
hoofdstuk 1: het openvallen van de nalatenschap ............................................................ 3
afdeling 1. de nalatenschap valt open door het overlijden ......................................................3
afdeling 2: de nalatenschap valt open in de woonplaats ........................................................4
afdeling 3: essentiële formaliteiten .......................................................................................4
hoofdstuk 2: hoedanigheid vereist om te erven en erfbekwaamheid .................................. 5
afdeling 1. bestaan...............................................................................................................5
I. de erfgenaam moet al leven ......................................................................................5
II. de ergenaam moet nog in leven zijn ..........................................................................6
afdeling 2. niet onwaardig zijn ...............................................................................................7
I. de onwaardigheid in de ab-intestaatdevolutie ...........................................................7
II. de onwaardigheid in de conventionele devolutie .......................................................9
hoofdstuk 3: overgang van de nalatenschap .................................................................. 10
afdeling 1: de voorlopige bezitsoverdracht (saisine) ............................................................. 10
afdeling 2: de eigendomsoverdracht en de erfkeuze ............................................................ 11
hoofdstuk 4: wettelijke devolutie .................................................................................. 13
afdeling 1. de ab intestato erfgerechtigden .......................................................................... 13
I. de verwanten ......................................................................................................... 14
toebedeling in de 4 erforden (art. 4.10 §2 BW) .................................................................. 24
erfrecht en adoptie ......................................................................................................... 28
II. de langstlevende echtgenoot .................................................................................. 31
afdeling 2: de verdeling van de nalatenschap ...................................................................... 41
II. voorwerp van de verdeling: te verdelen boedel ........................................................ 41
hoofdstuk 5: conventionele devolutie ........................................................................... 45
afdeling 2: deinhoudelijke begrenzing: de reserve ................................................................ 45
I. definitie en kenmerken van de reserve .................................................................... 45
II. de reservatairen en de omvang van het reservatair deel ........................................... 45
III. de techniek van de reservebescherming ................................................................. 49

,INLEIDING

AFDELING 1: DEFINITIE EN BEGRIPPEN
Iedere natuurlijke persoon overlijdt, goederen worden overgedragen. De vraag rijst dus aan wie
deze goederen zullen toekomen en op welke wijze deze overdracht zal gebeuren.

Het antwoord vindt men in het erfrecht, het geheel aan rechtsregels die de overgang regelen van
het vermogen van een erflater, of nog de overledene of de decuius, naar één of meer levende
personen.

De aanwijzing van de personen aan wie de nalatenschap zou toevallen, gebeurt door de regels
inzake de erfovergang of de devolutie.

Het BW zet nauwgezet uiteen wie welke aanspraken kan laten gelden in een opengevallen
nalatenschap. Deze regels zijn van toepassing indien een persoon overlijdt en geen schikking
heeft getroffen over de vererving van zijn nalatenschap.

→ Men spreekt dan van de wettelijke devolutie of de erfovergang bij versterf, de erfovergang ab
intestaat of de erfovergang ab intestato (dus zonder testament)

Vindt de erflater deze wettelijke regeling niet (voldoende) aangepast aan zijn specifieke wensen
en verzuchtingen, dan kan hij zelf preciseren hoe hij zijn nalatenschap wil verdelen.

Erfgerechtigden= de personen die op grond van de wet tot de nalatenschap worden geroepen,
of die op grond van de wil van de erflater een algemene roeping of een roeping onder algemene
titel hebben. (art. 4.2, lid 1 BW)

→ Als ze de nalatenschap effectief aanvaarden worden ze erfgenaam (art. 4.2 lid 2 BW)

Erfdeel= de aanspraken die de erfgenamen in de nalatenschap hebben

AFDELING 2: BRONNEN VAN HET ERFRECHT
De regeling inzake het materieel erfrecht is terug te vinden in het BW

→ Boek 4, “nalatenschap, schenkingen en testamenten”

AFDELING 3: HET VOORWERP VAN HET ERFRECHT
Het moderne erfrecht is een louter vermogensrechtelijke aangelegenheid en beperkt zich
bijgevolg tot de overgang van het vermogen. Het vermogen van de overledene, zoals het bestaat
op het ogenblik van het overlijden en met alle actieve en passieve vermogensbestanddelen
ervan, vormt de nalatenschap en wordt aan de regels van het erfrecht onderworpen.

De nalatenschap – actief: alle patrimoniale rechten en vorderingen van de overledene

De nalatenschap – passief: schulden gekoppeld aan het leven of aan de persoon van de erflater

Extrapatrimoniale rechten maken geen deel uit van de nalatenschap.




1

, AFDELING 4: DE ‘GEWONE’ EN DE ANOMALE NALATENSCHAP
Het principiële uitgangspunt in het erfrecht is dat de toebedelingsregels gelden voor de
nalatenschap in haar geheel. Men spreekt over de eenheid van nalatenschap of eenheid van
erfopvolging.

De nalatenschap wordt in beginsel beschouwd als 1 homogene boedel. Dat betekent dat voor
de toekenning van rechten er in beginsel geen onderscheid wordt gemaakt naargelang de aard of
de oorsprong van de goederen en dat er evenmin bijzondere regels gelden naargelang de aard of
de oorsprong van een bepaald goed.

Uitzondering op dit principe: de anomale nalatenschap

- In zeer specifieke gevallen en onder welbepaalde voorwaarden worden bepaalde
goederen immers aan de ( gewone) nalatenschap van de erflater onttrokken en komen ze
toe aan andere erfgenamen dan de klassieke erfgenaam.
o Artikel 4.24 BW: wettelijke terugkeer ten voordele van de ascendenten schenkers
o Artikel 4.25 BW: terugkeer in geval van gewone adoptie

AFDELING 5: VERKRIJGING IURE HEREDITARIO OF IURE PROPRIO
Erfgenamen kunnen naar aanleiding van het overlijden van een persoon aanspraken verkrijgen in
2 hoedanigheden, iure hereditario of iure proprio.

Het erfrecht beperkt zich tot de verkrijgingen iure hereditario.

De erfgenamen krijgen een aantal rechten in de nalatenschap van de erflater iuere reditario,
krachtens het erfrecht. Dit wil zeggen: op grond van hun hoedanigheid van aanvaardende
erfgenaam. De goederen van de erflater komen toe aan de personen die hetzij de wet hetzij de
erflater op geëigende wijze als erfgenaam heeft aangeduid en die deze erfrechtelijke roeping
hebben aanvaard.

In andere gevallen krijgen bepaalde personen ook eigen rechten, die niet gekoppeld zijn aan hun
hoedanigheid van aanvaardende erfgenaam. Zij verkrijgen dan iure proprio. De begunstigden van
deze rechten verkrijgen deze rechten, ongeacht of zij al dan niet effectief erfrechtelijke
aanspraken hebben in de nalatenschap.




2
$36.76
Get access to the full document:

100% satisfaction guarantee
Immediately available after payment
Both online and in PDF
No strings attached

Get to know the seller
Seller avatar
fittersemma
5.0
(2)

Get to know the seller

Seller avatar
fittersemma Artesis Plantijn Hogeschool Antwerpen
Follow You need to be logged in order to follow users or courses
Sold
4
Member since
1 year
Number of followers
0
Documents
10
Last sold
6 months ago

5.0

2 reviews

5
2
4
0
3
0
2
0
1
0

Recently viewed by you

Why students choose Stuvia

Created by fellow students, verified by reviews

Quality you can trust: written by students who passed their tests and reviewed by others who've used these notes.

Didn't get what you expected? Choose another document

No worries! You can instantly pick a different document that better fits what you're looking for.

Pay as you like, start learning right away

No subscription, no commitments. Pay the way you're used to via credit card and download your PDF document instantly.

Student with book image

“Bought, downloaded, and aced it. It really can be that simple.”

Alisha Student

Frequently asked questions