100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached 4.2 TrustPilot
logo-home
Summary

Uitgebreide samenvatting - Jeugdrecht (650271)

Rating
-
Sold
2
Pages
112
Uploaded on
19-05-2025
Written in
2024/2025

Het betreft een uitgebreide samenvatting van het vak Jeugdrecht. Hierin zijn alle hoorcolleges uitgewerkt en de werkcolleges en alle voorgeschreven jurisprudentie.

Institution
Course











Whoops! We can’t load your doc right now. Try again or contact support.

Written for

Institution
Study
Course

Document information

Uploaded on
May 19, 2025
Number of pages
112
Written in
2024/2025
Type
Summary

Subjects

Content preview

Samenvatting Jeugdrecht

Inleidend college – gezag

Kinderbeschermingsmaatregelen maken inbreuk op het gezagsrecht van ouders. De
gezagsbeëindigende maatregel van art. 1:266 BW beëindigt het gezag van de ouders. In dat geval
wordt er een voogd benoemd.

Gezag
Artikel 1:245 BW
Twee vormen van ouderlijk gezag ogv. Lid 2
- Ouderlijk gezag  gedragen door een ouder
- Voogdij  gedragen door iemand die geen juridisch ouder is.
Dit is de hoofdregel; het is echter ook mogelijk voor een niet-ouder om ouderlijk gezag te dragen als
dat tezamen met een juridische ouder gebeurd (o.a. art. 1:253sa en art. 1:253t)

In art. 1:245 en 1:247 BW wordt verder ingegaan op de verschillende onderwerpen waar het gezag
zich op toespitst. Het gaat dan bijvoorbeeld over de persoon van de minderjarige, bijv. naam, het
bewind over het vermogen van de minderjarig en de vertegenwoordiging in en buiten rechte.

Artikel 1:247 BW
Het gezagsrecht omvat ook het recht en de plicht van een ouder om zijn kind te verzorgen en op te
voeden (lid 1), waaronder mede wordt verstaan de zorg voor het lichamelijke en geestelijke welzijn, de
veiligheid en de persoonlijke ontwikkeling. In art. 1:247 lid 2 BW is hierover nog nadrukkelijk bepaald
dat de ouders geen geestelijk of lichamelijk geweld of vernederende behandelingen mogen
toepassen. In lid 3 is nadrukkelijk bepaald dat het ouderlijk gezag ook de verplichting bevat om de
ontwikkeling van de banden van kind met de andere ouder te bevorderen.

Art. 1:245 en 1:247 BW bevatten vage begrippen. Het gaat enerzijds over de dagelijkse opvoeding en
zorg van de kinderen, bv. huisregels en anderzijds ook over meer gewichtige beslissingen zoals
schoolkeuze, aanvragen van paspoorten, hoofdverblijfplaats van kinderen, medische behandeling en
religie. Al deze beslissingen moeten worden genomen door de gezaghebbende ouders of door een
voogd.

De gezaghebbende ouders zijn in principe vrij om hierin hun eigen keuze te maken. Pas als de keuze
van de ouders inbreuk maken op de mensenrechten van het kind, zal de staat zich gaan bemoeien.
Dit gebeurd door middel van het kinderbeschermingsrecht.

Verkrijging van het gezag
- Van rechtswege – huwelijk / GP: art. 1:251 / art. 1:253aa BW)  zonder inmenging rechter en
zonder dat ouders zelf iets hoeven te doen. In art. 1:251 BW is bepaald dat ouders tijdens het
huwelijk het gezag samen uitoefenen. Voor GP is het bepaald in art. 1:253aa BW.
- Op verzoek van ouders / buiten huwelijk  via aantekening in het gezagsregister. Dit is bij
informele relatievorm.
- Rechterlijke uitspraak

Buiten huwelijk / GP (verzoek)
In dit geval biologische moeder en biologische vader.
De moeder wordt automatisch de juridische moeder op grond van art. 1:198 BW en op grond van art.
1:253b BW ontstaat voor deze meerderjarige moeder van rechtswege ook het ouderlijk gezag.
Het juridisch ouderschap en het gezagsrecht van de moeder is dus automatisch gewaarborgd.

Het gezagsrecht van de vader ontstaat afhankelijk van de wijze waarop zijn juridisch vaderschap
ontstaat. De vader kan het kind op grond van art. 1:199 BW erkennen, adopteren of het vaderschap
kan gerechtelijk worden vastgesteld.


1

,Nu uitgaande van de situatie dat de biologische ongehuwde vader het kind erkend (art. 1:199 sub c
BW). Het ouderschap ontstaat dan dus door de erkenning. Het ouderlijk gezag ontstaat echter niet
automatisch door de erkenning, als de erkenning voor 1 januari 2023 heeft plaatsgevonden.
- Voor 1 januari 2023: art. 1:252 BW: geen gezag door erkenning, alleen op gezamenlijk verzoek
van vader en moeder om een aantekening hiervan in het gezagsregister te plaatsen. Nb. als
ongehuwde vader eerst het kind erkend en later alsnog trouwt met de biologische moeder, dan
ontstaat het gezag alsnog van rechtswege over de ‘voorkinderen’ op basis van art. 1:251 BW.
- Na 1 januari 2023: art. 1:251b BW: automatisch gezag door erkenning. Uitzonderingen genoemd
in het artikel.

Dit is van belang omdat een kinderbeschermingsmaatregel maakt inbreuk op het ouderlijk gezag. Als
er geen ouderlijk gezag is, raakt de maatregel de ouder dus ook niet. Het is dus bijvoorbeeld van
belang voor de vraag of iemand belanghebbende is in de procedure van een
kinderbeschermingsmaatregel.

Rechterlijke beslissing
Verzoek gezamenlijk gezag art. 1:253c BW  toewijzing, tenzij er een onaanvaardbaar risico is dat
het kind klem of verloren raakt tussen de ouders of afwijzing om een andere reden dat in het belang
van het kind is.

Jurisprudentie 2020: zelfs als aan die gronden is voldaan kan de rechter alsnog het ouderlijk gezag
uitspreken.

Wat gebeurd er als de ouders uit elkaar gaan? Een scheiding of relatiebreuk veranderd in principe
niks aan het gezagsrecht.
Art. 1:251 lid 2 BW: ouders die gedurende hun huwelijk gezamenlijk gezag hebben, blijven dit gezag in
beginsel gezamenlijk uitoefenen na de scheiding.
Het gezag dat is ontstaan buiten het huwelijk veranderd ook niet door een relatiebreuk en is feiten
helemaal niet afhankelijk van het bestaan van een relatie.
De gezamenlijke beslissingen over bijvoorbeeld schoolkeuze en medische onderwerpen moeten ook
na de scheiding nog samen gemaakt worden. Om deze reden kent de wet een geschillenregeling. Als
de ouders het niet met elkaar eens kunnen worden over de uitoefening van het ouderlijke gezag, dan
kan dit geschil op grond van art. 1:253a BW worden voorgelegd aan een rechter. Op grond van lid 2
zijn er een aantal specifieke voorzieningen die rechters kunnen treffen als ouders het niet met elkaar
eens kunnen worden, bijvoorbeeld treffen zorgregeling of het bepalen van het hoofdverblijf.
Als er geen toestemming wordt verleend voor een bepaalde gezagshandeling, dan kan de ouder de
rechter vragen om vervangende toestemming.




2

,Week 1a – Inleiding in het jeugdrecht en het internationale kader

Leerdoelen:
- om het jeugdrecht te positioneren in het Nederlandse recht (waaronder de relatie en verschillen
tussen civiel jeugdrecht en jeugdstrafrecht) en de bijbehorende bronnen en vindplaatsen van het
jeugdrecht te benoemen en te gebruiken
- om de relevante nationale en internationale wet- en regelgeving waarin de rechten van
minderjarigen zijn geregeld (waaronder de kinderrechten uit het IVRK en de bijbehorende
General Comments) toe te lichten en te gebruiken
- om de primaire beginselen die de rechtspositie van het kind bepalen (zoals bijvoorbeeld het
subsidiariteitsbeginsel en het belang van het kind), zowel nationaal als internationaal te duiden en
toe te passen
- om aan te geven wie minderjarig is en de materiële en processuele gevolgen van de
minderjarigheid uit te leggen
- Om de rechtspositie en procespositie van minderjarigen te plaatsen binnen het
toepasselijke internationale kader en daarop te reflecteren
- Om kritisch te reflecteren op actuele ontwikkelingen (wetgeving, jurisprudentie, wetsvoorstellen
ect) waar het de rechtspositie en procespositie van minderjarigen betreft

Jeugdrecht
Alle wettelijke bepalingen die betrekking hebben op de jeugd  Jeugdigen 0-18 jaar (flexibele onder-
en bovengrens). Denk bijvoorbeeld aan rechten van ongeborenen.
Samenstelsel van verschillende wetten en spreid zich uit over meerdere rechtsgebieden. In
hoofdlijnen wordt het ondergebracht in:
- Civiel jeugdrecht  rechtspositie van het kind zelf en het jeugdbeschermingsrecht
- Jeugdstafrecht  positie van jeugdige verdachten en slachtoffers

Onderwerpen:
- Rechtspositie en procespositie: binnen het privaatrecht.
- Jeugdbeschermingsrecht: kinderbeschermingsmaatregelen zoals bijvoorbeeld
ondertoezichtstelling en uithuisplaatsing. Het gaat om situaties waarin de overheid ingrijpt in het
leven van het kind en het gezin waartoe het kind behoort. Ze zijn erg ingrijpend.
- Jeugdstrafrecht: minderjarige pleegt strafbaar feit of is slachtoffer.
- Jeugdhulp: hulp aan het kind en gezin in het vrijwillige, civielrechtelijke of strafrechtelijke kader.
De hulp is georganiseerd vanuit gemeentes. Zij bepalen en betalen de hulp aan het kind.
- Overig: zoals op het gebied van het onderwijs, in de gezondheidszorg, sociale zekerheidsrecht,
vreemdelingenrecht.
Nauw verbonden met personen- en familierecht; onderwerpen als geboorte, naam, adoptie, positie
van het kind na scheiding raken ook het jeugdrecht omdat die onderwerpen ook het kind raken.

Internationaal Verdrag voor de Rechten van het Kind
= belangrijkste verdrag.
Het bundelt alle kinderrechten. Niet alleen burgerlijke en politieke rechten, maar ook economische,
sociale en culturele rechten.
Het is in ieder geval van toepassing op alle kinderen tot 18 jaar. Het bereik is echter wel groter. Het is
bijvoorbeeld ook van toepassing op ongeboren kinderen, zo blijkt uit de preambule. Daarnaast kan het
zich onder omstandigheden ook uitstrekken over adolescenten.
De bepalingen uit het IVRK die eenieder verbindend zijn, kunnen op grond van art. 93 en 94
rechtstreeks ten overstaan van een rechter worden ingeroepen en gaan voor nationaal recht. De
rechter is degene die bepaalt of er aan een bepaling ook daadwerkelijk rechtstreekse werking
toekomst.
- Art. 9 & 12 = het recht van het kind om in beginsel niet geschieden te worden van zijn ouders en
het recht van vrije meningsuiting komen in ieder geval rechtstreekse werking toe
- Art. 3,5,7,8,13,14,37 en 40 = kunnen volgens de literatuur ook voor rechtstreekse werking in
aanmerking komen.


3

, Art. 3 IVRK = belang van het kind in eerste overweging hoort te zijn bij alle maatregelen betreffende
kinderen.
Art. 5 IVRK = ouders hebben de primaire verantwoordelijk voor de zorg, begeleiding en opvoeding van
hun kinderen. De overheid moet dit respecteren en ondersteunen.
De artikelen 37 en 40 zijn vooral van belang in het jeugdstrafrecht en gaan over vrijheidsbeneming en
de basisvoorwaarden van een jeugdstrafrechtsysteem waarin de integratie voorop moet staan.

De verdragsbepalingen die een instructienorm bevatten, worden niet eenieder verbindend geacht. In
dat geval dient de wetgever maatregelen te treffen. Voorbeeld is artikel 18 IVRK.

Voor een geslaagd beroep op het IVRK dient niet alleen een betreffend artikel genoemd te worden,
maar het moet worden onderbouwd met feiten en omstandigheden in het specifieke geval.

Kinderrechtencomité
Op grond van art. 43 IVRK is er een comité voor de rechten van het kind van de VN. In het comité
zitten deskundigen die toezien op de naleving van het verdrag en doen dit in beginsel iedere vijf jaar
door middel van een rapportage. Het comité kan geen maatregelen nemen tegen staten, maar er kan
wel druk worden uitgeoefend op basis van de conclusies en aanbevelingen.

Naast de adviezen publiceert het comité regelmatig General Comments. Dit zijn commentaren waarin
wordt uitgelegd hoe één of meerdere artikelen uit het IVRK moeten worden geïnterpreteerd. Ze zijn
niet bindend, maar worden als zeer gezaghebbend beschouwd.

3 P’s
Het IVRK is gebaseerd op 3P’s:
- Provisions – Provisierechten (o.a. art. 28/29)  voorzieningen die noodzakelijk zijn voor de
ontwikkeling van kinderen, bijv. gezondheid, onderwijs en speelmogelijkheden, rust, vrijetijd.
- Protection – Protectierechten (o.a. art. 19/32/35/37)  bescherming tegen gevaar en risico’s, bijv.
mishandeling, verwaarlozing en andere vormen van geweld. Ook kinderarbeid, foltering,
ontvoering en handel in kinderen.
- Participation – Participatierechten (o.a. art. 12/13/14/17)  deelneming. Betrekken van kinderen,
kinderen informeren en het luisteren naar kinderen. Voorbeeld is vrijheid van meningsuiting, het
hoorrecht, vrijheid van godsdienst en het recht op informatie.

Kernbeginselen
1. Non-discriminatiebeginsel (art. 2 IVRK) = zo mag er bij strafvervolging geen onderscheid worden
gemaakt op grond van geslacht, etniciteit.
2. Belang van het kind (art. 3 IVRK) = in iedere procedure leidend.
3. Het recht op leven en ontwikkeling (art. 6 IVRK) = straf- of kinderbeschermingsmaatregelen mag
de ontwikkeling van de jeugdige niet schaden.
4. Recht om gehoord te worden (art. 12 IVRK) = jeugdige moet zijn mening kunnen geven over
zaken die hem aangaan. De mening moet gehoord worden en er dient een passend belang aan te
worden gehecht. Het is geïmplementeerd in art. 809 Rv  kinderen vanaf 12 jaar worden
standaard gehoord in zaken die over hen gaan. Bij alimentatie geldt het recht vanaf 16 jaar. Onder
de 12 jaar kan de rechter besluiten dat ze gehoord moeten worden.
Voor bijzondere groepen zijn in het IVRK bijzondere regels gesteld.
De beginselen zijn verweven in nationale wet- en regelgeving.

Normatieve begrippen
Twee normatieve begrippen in het IVRK:
- Belang van het kind uit artikel 3; het artikel wordt verder toegelicht in general comment nr. 14. Dit
betekent niet, zoals de HR op 25 april 2008 heeft overwegen, dat het belang van het kind altijd
zwaarder weegt dan andere belangen. De rechter moet bij zijn beslissing alle omstandigheden in
acht nemen. Het kan ertoe leiden dat andere belangen zwaarder wegen dan het belang van het
kind.



4

Get to know the seller

Seller avatar
Reputation scores are based on the amount of documents a seller has sold for a fee and the reviews they have received for those documents. There are three levels: Bronze, Silver and Gold. The better the reputation, the more your can rely on the quality of the sellers work.
Moomen Juridische Hogeschool
Follow You need to be logged in order to follow users or courses
Sold
73
Member since
6 year
Number of followers
34
Documents
21
Last sold
5 months ago

4.3

9 reviews

5
4
4
4
3
1
2
0
1
0

Recently viewed by you

Why students choose Stuvia

Created by fellow students, verified by reviews

Quality you can trust: written by students who passed their tests and reviewed by others who've used these notes.

Didn't get what you expected? Choose another document

No worries! You can instantly pick a different document that better fits what you're looking for.

Pay as you like, start learning right away

No subscription, no commitments. Pay the way you're used to via credit card and download your PDF document instantly.

Student with book image

“Bought, downloaded, and aced it. It really can be that simple.”

Alisha Student

Frequently asked questions