Samenvatting Spelen is wijs: Soorten spel

Soorten spel:
Kleuterleerkracht p. 147-158



1 Opdeling soorten spelen:
 Verschillende opdelingen mogelijk:
 Op basis v/d begeleiding (vrij, gedeeld, gestuurd)
 Product- en procesgericht spel
 Individueel spel of groepsspel
 Spelsoorten



1.1 Spelsoorten:
1.1.1 Waarom wordt dit onderscheid gemaakt?:

 Alle spelsoorten moeten (dagelijks) een plaats krijgen in de klas --> maximale en
brede ontwikkeling v/d kleuters
 Diverse spelsoorten nodig om diverse doelen te bereiken (doelenkader)
 Spelsoorten lopen in elkaar over
 Gedeeltelijk leeftijdsgebonden



1.2 Sensopathisch spel:
 Gericht op zintuigelijke ervaringen
 Bv: blote voeten pad
 Het ‘hier en nu’ --> er is geen spelverloop --> het spel heeft op zich geen doel

 Vrij aanbod:
 Zintuigelijk aanbod voorzien in een hoek
 Snoezelhoek
- Snoezelen = het aanbieden van zintuiglijke prikkels in een sfeervolle
omgeving
 Zand- en waterhoek
 Aarde, scheerschuim, zeepbellen, stenen, verf, klei, waterparels, slijm,
lichtbak

 Gedeeld aanbod:
 Gezamenlijke start in de snoezelhoek, zandhoek,…
 Belevingsverhaal: de leerkracht verteld en de kleuters worden uitgenodigd om
iets te doen (kan ook gestuurd zijn, afhankelijk v/d op bouw)

 Gestuurd aanbod:
 Zintuigelijke spelen
 Bv: voeldoos, rikketikketik wie ben ik, …




1

, 1.3 Manipulerend spel:
 Mogelijkheden en eigenschappen v/h materiaal explorerend ontdekken
 Spelend omgaan met de dingen om je heen
 Manipulerend en explorerend mogelijkheden en eigenschappen van materialen
ontdekken
 Het plezier zit hem in het verkennen en ontdekken v/d handelingen --> dit verschuift
langzaam naar het imiteren van handelingen die kinderen bij volwassenen zien
 Verschil met sensopathisch: handelen waarbij ze plezier halen uit de zintuigelijke
beleving
 Meestal vrij

 Gedeeld:
 Bv: de watertafel --> zoek een manier om het water heel snel in een fles met
een smalle hals te krijgen: diverse materialen worden aangeboden: emmers,
schepjes, gieters, trechters, …

 Gestuurd:
 Bv: de watertafel --> gebruik de trechter en de gieter om het water in de fles
met de smalle hals te krijgen

 Focus op de wereld, dingen leren begrijpen, problemen oplossen



1.4 Esthetisch spel:
 Combineren, ordenen, veranderen van materialen o/e manier die het kind boeiend of
mooi vindt
 Vorm, uitvoering kan steeds veranderen (het ligt niet vast hoe het eruit moet zien)

 Vrij spel:
 Bv: dieren ordenen van groot naar klein, auto’s o/e rij plaatsen, magneten in
een lange rij, telkens 2 van dezelfde kleur op elkaar, potjes/kleur ordenen

 Gedeeld spel:
 Bv: in een kader ‘een mooi schilderij’ laten leggen met loose parts --> kleuters
kunnen kiezen welke materialen ze gebruiken en krijgen ook een divers
aanbod aangereikt
 Bv: bouwkaarten

 Gestuurd spel:
 Bv: keuze tot welk schilderij wordt erg beperkt, materiaalkeuze is heel beperkt,
…
 Doelen op gebied van kleine motoriek, ordenen, plannen




1.4.1 Materiaal in de kijker: loose parts:


2