Vak: pathologie
HOOFDSTUK 8: AANDOENING V/H ADEMHALINGSSTELSEL
AANDOENINGEN VAN DE BOVENSTE LUCHTWEGEN
Deze aandoeningen ontstaan door ontstekingsreacties als gevolg van virussen, bacteriën
of allergische prikkels. Hieronder bespreken we enkele veelvoorkomende aandoeningen:
sinusitis, allergische en niet-allergische rhinitis, faryngotonsillitis en laryngitis.
SINUSITIS (BIJHOLTEONTSTEKING)
Sinusitis is een ontsteking van het slijmvlies in de bijholten.
RISICOFACTOREN
Bepaalde factoren kunnen het risico op sinusitis verhogen:
Anatomische afwijkingen, zoals neuspoliepen of een scheef neustussenschot.
Allergieën en chronische luchtwegproblemen.
Overmatig gebruik van neussprays met xylometazoline.
Roken en blootstelling aan tabaksrook.
ETIOLOGIE EN PATHOFYSIOLOGIE
Sinusitis ontstaat meestal acuut, vaak na een verkoudheid.
De oorzaak is meestal een virus (bijvoorbeeld rhinovirus of influenzavirus).
Soms spelen bacteriën (zoals streptokokken, Haemophilus influenzae of
stafylokokken) een rol.
De ontsteking veroorzaakt zwelling van het neusslijmvlies, waardoor de afvoer van
de sinussen wordt geblokkeerd en slijm zich ophoopt. Dit vergroot de kans op
bacteriële infecties.
Bij chronische sinusitis spelen meerdere factoren een rol, zoals langdurige
infecties of structurele afwijkingen.
SYMPTOMEN
Verstopte neus en loopneus.
Reukverlies en een drukkend gevoel in het gezicht.
Hoofdpijn, vooral rond de ogen en het voorhoofd.
1
,Vak: pathologie
Soms koorts en algemene malaise.
DIAGNOSTIEK
De diagnose wordt gesteld op basis van anamnese en lichamelijk onderzoek.
Aanvullend onderzoek is soms nodig bij chronische sinusitis of complicaties:
o Beeldvormend onderzoek (CT- of MRI-scan).
o Soms wordt een kweek afgenomen.
BEHANDELING
Acute sinusitis geneest meestal vanzelf binnen twee tot drie weken.
Niet-medicamenteus:
o Neusdruppels of sprays met zoutoplossing.
o Stomen om het slijm te verdunnen.
Medicamenteus:
o Neussprays met xylometazoline (max. 7 dagen) om zwelling te
verminderen.
o Corticosteroïden neussprays bij chronische of terugkerende sinusitis.
o Antibiotica alleen bij ernstige, langdurige of bacteriële infecties.
Chirurgie: In sommige gevallen is een operatie nodig om de afvoer van de
bijholten te verbeteren.
RHINITIS (ONTSTEKING VAN HET NEUSSLIJMVLIES)
Rhinitis is een ontsteking van het neusslijmvlies en kan worden onderverdeeld in
allergische en niet-allergische rhinitis.
Virale rhinitis (verkoudheid)
Veroorzaakt door virussen, zoals rhinovirussen en coronavirussen.
Overdracht via druppelinfectie (hoesten, niezen) en besmette oppervlakken.
Bij kinderen komt het vaker voor, gemiddeld 7-10 verkoudheden per jaar.
Niet-allergische rhinitis
2
,Vak: pathologie
Niet-allergische rhinitis wordt veroorzaakt door prikkels zoals:
Rook (bijvoorbeeld tabaksrook).
Droge lucht of stof.
Koude lucht en inspanning.
Langdurig gebruik van neussprays met xylometazoline.
RISICOFACTOREN
Jonge kinderen en zorgverleners lopen een verhoogd risico.
Kinderen krijgen gemiddeld 7-10 verkoudheden per jaar.
Volwassenen krijgen gemiddeld 2-3 verkoudheden per jaar.
Verkoudheden komen vaker voor in de herfst en winter dan in de lente en
zomer.
ETIOLOGIE
Meestal veroorzaakt door virussen zoals rhinovirussen en coronavirussen (meer
dan 200 bekende stammen).
Minder vaak veroorzaakt door bacteriën zoals streptokokken en pneumokokken.
Irriterende prikkels zoals rook, droge lucht, fijnstof en inspanning kunnen niet-
allergische rhinitis verergeren.
Medicatie-geïnduceerde rhinitis kan ontstaan door langdurig gebruik van
neussprays met xylometazoline.
SYMPTOMEN
Verstopte neus en loopneus.
Niezen en jeukend gevoel in de neus.
Hoofdpijn en keelpijn bij virale rhinitis.
Druk in het oor bij verstopping van de buis van Eustachius.
DIAGNOSTIEK
De diagnose wordt gesteld op basis van anamnese en lichamelijk onderzoek.
Aanvullend onderzoek is meestal niet nodig.
3
, Vak: pathologie
BEHANDELING
Niet-medicamenteus:
o Rust en voldoende vochtinname.
o Neusdruppels of sprays met zoutoplossing.
o Vermijden van prikkels zoals rook en droge lucht.
Medicamenteus:
o Pijnstillers zoals paracetamol bij hoofdpijn of keelpijn.
o Neussprays met xylometazoline (max. 7 dagen) om zwelling te
verminderen.
Allergische rhinitis
Allergische rhinitis ontstaat door een allergische reactie op inhalatieallergenen zoals
pollen, huisstofmijt en dierenharen.
RISICOFACTOREN
Genetische aanleg en herhaalde blootstelling aan allergenen.
De hygiënehypothese suggereert dat een verminderde blootstelling aan
infecties een rol speelt bij de ontwikkeling van allergieën.
PATHOFYSIOLOGIE
Het immuunsysteem produceert IgE-antistoffen, die mestcellen in het
neusslijmvlies activeren.
Dit leidt tot de afgifte van histamine en andere ontstekingsmediatoren, wat de
symptomen veroorzaakt.
SYMPTOMEN
Niezen, loopneus en verstopte neus.
Rode, tranende ogen (conjunctivitis).
Soms zwellingen in de ogen of jeuk in de keel.
DIAGNOSTIEK
4
HOOFDSTUK 8: AANDOENING V/H ADEMHALINGSSTELSEL
AANDOENINGEN VAN DE BOVENSTE LUCHTWEGEN
Deze aandoeningen ontstaan door ontstekingsreacties als gevolg van virussen, bacteriën
of allergische prikkels. Hieronder bespreken we enkele veelvoorkomende aandoeningen:
sinusitis, allergische en niet-allergische rhinitis, faryngotonsillitis en laryngitis.
SINUSITIS (BIJHOLTEONTSTEKING)
Sinusitis is een ontsteking van het slijmvlies in de bijholten.
RISICOFACTOREN
Bepaalde factoren kunnen het risico op sinusitis verhogen:
Anatomische afwijkingen, zoals neuspoliepen of een scheef neustussenschot.
Allergieën en chronische luchtwegproblemen.
Overmatig gebruik van neussprays met xylometazoline.
Roken en blootstelling aan tabaksrook.
ETIOLOGIE EN PATHOFYSIOLOGIE
Sinusitis ontstaat meestal acuut, vaak na een verkoudheid.
De oorzaak is meestal een virus (bijvoorbeeld rhinovirus of influenzavirus).
Soms spelen bacteriën (zoals streptokokken, Haemophilus influenzae of
stafylokokken) een rol.
De ontsteking veroorzaakt zwelling van het neusslijmvlies, waardoor de afvoer van
de sinussen wordt geblokkeerd en slijm zich ophoopt. Dit vergroot de kans op
bacteriële infecties.
Bij chronische sinusitis spelen meerdere factoren een rol, zoals langdurige
infecties of structurele afwijkingen.
SYMPTOMEN
Verstopte neus en loopneus.
Reukverlies en een drukkend gevoel in het gezicht.
Hoofdpijn, vooral rond de ogen en het voorhoofd.
1
,Vak: pathologie
Soms koorts en algemene malaise.
DIAGNOSTIEK
De diagnose wordt gesteld op basis van anamnese en lichamelijk onderzoek.
Aanvullend onderzoek is soms nodig bij chronische sinusitis of complicaties:
o Beeldvormend onderzoek (CT- of MRI-scan).
o Soms wordt een kweek afgenomen.
BEHANDELING
Acute sinusitis geneest meestal vanzelf binnen twee tot drie weken.
Niet-medicamenteus:
o Neusdruppels of sprays met zoutoplossing.
o Stomen om het slijm te verdunnen.
Medicamenteus:
o Neussprays met xylometazoline (max. 7 dagen) om zwelling te
verminderen.
o Corticosteroïden neussprays bij chronische of terugkerende sinusitis.
o Antibiotica alleen bij ernstige, langdurige of bacteriële infecties.
Chirurgie: In sommige gevallen is een operatie nodig om de afvoer van de
bijholten te verbeteren.
RHINITIS (ONTSTEKING VAN HET NEUSSLIJMVLIES)
Rhinitis is een ontsteking van het neusslijmvlies en kan worden onderverdeeld in
allergische en niet-allergische rhinitis.
Virale rhinitis (verkoudheid)
Veroorzaakt door virussen, zoals rhinovirussen en coronavirussen.
Overdracht via druppelinfectie (hoesten, niezen) en besmette oppervlakken.
Bij kinderen komt het vaker voor, gemiddeld 7-10 verkoudheden per jaar.
Niet-allergische rhinitis
2
,Vak: pathologie
Niet-allergische rhinitis wordt veroorzaakt door prikkels zoals:
Rook (bijvoorbeeld tabaksrook).
Droge lucht of stof.
Koude lucht en inspanning.
Langdurig gebruik van neussprays met xylometazoline.
RISICOFACTOREN
Jonge kinderen en zorgverleners lopen een verhoogd risico.
Kinderen krijgen gemiddeld 7-10 verkoudheden per jaar.
Volwassenen krijgen gemiddeld 2-3 verkoudheden per jaar.
Verkoudheden komen vaker voor in de herfst en winter dan in de lente en
zomer.
ETIOLOGIE
Meestal veroorzaakt door virussen zoals rhinovirussen en coronavirussen (meer
dan 200 bekende stammen).
Minder vaak veroorzaakt door bacteriën zoals streptokokken en pneumokokken.
Irriterende prikkels zoals rook, droge lucht, fijnstof en inspanning kunnen niet-
allergische rhinitis verergeren.
Medicatie-geïnduceerde rhinitis kan ontstaan door langdurig gebruik van
neussprays met xylometazoline.
SYMPTOMEN
Verstopte neus en loopneus.
Niezen en jeukend gevoel in de neus.
Hoofdpijn en keelpijn bij virale rhinitis.
Druk in het oor bij verstopping van de buis van Eustachius.
DIAGNOSTIEK
De diagnose wordt gesteld op basis van anamnese en lichamelijk onderzoek.
Aanvullend onderzoek is meestal niet nodig.
3
, Vak: pathologie
BEHANDELING
Niet-medicamenteus:
o Rust en voldoende vochtinname.
o Neusdruppels of sprays met zoutoplossing.
o Vermijden van prikkels zoals rook en droge lucht.
Medicamenteus:
o Pijnstillers zoals paracetamol bij hoofdpijn of keelpijn.
o Neussprays met xylometazoline (max. 7 dagen) om zwelling te
verminderen.
Allergische rhinitis
Allergische rhinitis ontstaat door een allergische reactie op inhalatieallergenen zoals
pollen, huisstofmijt en dierenharen.
RISICOFACTOREN
Genetische aanleg en herhaalde blootstelling aan allergenen.
De hygiënehypothese suggereert dat een verminderde blootstelling aan
infecties een rol speelt bij de ontwikkeling van allergieën.
PATHOFYSIOLOGIE
Het immuunsysteem produceert IgE-antistoffen, die mestcellen in het
neusslijmvlies activeren.
Dit leidt tot de afgifte van histamine en andere ontstekingsmediatoren, wat de
symptomen veroorzaakt.
SYMPTOMEN
Niezen, loopneus en verstopte neus.
Rode, tranende ogen (conjunctivitis).
Soms zwellingen in de ogen of jeuk in de keel.
DIAGNOSTIEK
4