POLITIEKE GESCHIEDENIS V BELGIË
INHOUDSTAFEL
24/9
STRUCTUUR VAN HET BOEK
1830-1848 1850-1884 1885-1914 1914-1944 1944-1974 1975-
heden
Sociaal
economisch
levensbeschouwe
lijk
Communautair
Verkiezingen
België in de
wereld
Elk hoofdstuk is een tijdperiode en hierin worden de 3 grote maatschappelijke domeinen besproken en
hen evolutie.
2 open vragen over de breuklijnen Bespreek deze breuklijn binnen deze hoofdstuk
SOCIAAL ECONOMISCHE BREUKLIJN X
Het conflict tussen arbeid (mensen die van hen arbeid moeten leven= werknemers) en kapitaal
(mensen die zelf een bedrijf runnen waarin ze mensen te werk stellen= werkgevers)
De evolutie tussen deze conflicten met de komende uitbreiding van het recht (
werkloosheidsuitkeringen).
LEVENSBESCHOUWELIJK X
Conflict tussen katholieke kerk met machtsinstelling ( katholieke scholen) en staat (kerk mag niet
bepalen wat de overheid doet= anti- klerikalen neutrale scholen). (In het Belgische context) NIET
tussen gelovigen en niet-gelovigen
Niveau van het ideologische (normen en religie).
Meest recente manifestatie: Besluit van onderwijsminister om in de scholen een programma van
seksuele opvoeding te introduceren, waarnaar een groot protest kwam dat dit niet de taak is van de
overheid, maar van het morele (geloof)
COMMUNAUTAIRE BREUKLIJN (TAAL) X
Conflict tussen Franstalige (Walen)en Nederlandstalige (Vlamingen) = dominante breuklijn
Deze breuklijn is even oud als België zelf. In de 20e eeuw is het steeds meer gaan toenemen.
De complexe structuur van België is te verwijten aan deze breuklijn.
de film ‘wil’: 1942 Vlamingen die met de Duitse bezetter hebben meegewerkt voor de vervolging
van Joden.
VERKIEZINGEN
BELGIË IN DE WERELD
Belgische geschiedenis kan niet worden los gezien van het internationale domein want denk aan:
- Congo
- Slagveld van wereldoorlogen
- Koninklijk land:
, België werd ten tijde van de strijd voor de Belgische onafhankelijkheid door de Europese
grootmachten verplicht om 1 neutraal te zijn en 2 een koning te nemen. De grootmachten
wouden Europa rustiger krijgen vanwege de revolutionaire sfeer. De eerste koning was Leopold I
want ultieme consensus (= iedereen was ermee akkoord) figuur
o Afkomstig van Duitsland
o Familie van Britse huis
o Beheerst Franse taal
EXAMENVRAGEN 2024 DEELEXAMEN + EERSTE ZIT
- Breuklijnen
o Levensbeschouwelijke 1 (deelexamen)
o Levensbeschouwelijke 2 (examen)
o Sociaaleconomische 2 (deelexamen)
o Sociaaleconomische 5 (examen)
- Verkiezingsvragen
o Capacitair stemrecht (deelexamen)
o Wet van burlet (deelexamen)
o Zwarte zondag (examen)
HC 2
HOOFDSTUK 1: DE DOORBRAAK VAN DE BURGERLIJKE PARLEMENTAIR-
CONSTITUTIONELE STAAT
1 INLEIDING
WAT IS DE KERN VAN HET HOOFDSTUK: DE TITEL
- Constitutionele: België heeft een grondwet
- Parlementaire: er is een parlement, een vergadering van tegenwoordige afgevaardigd van alle
burgers dat wetten stemt en bestuurd
- Doorbraak: voordien was het anders en er is nu een nieuwe politieke organisaties met de
grondwet
o Grondwet: de basiswet waar alles op steunt. België is een staat want het steunt op de
grondwet
- Burgerlijk: rijkere middenklassen die rijkdom te danken heeft aan economisch macht.
o Nieuwe systeem: Nieuwe sociale klasse met de economische macht die belangrijk is
handelaars, industriëlen, gerichte elites (advocaten..)
o het oude systeem: Aristocratie= adel die hen titels overerven
hoewel de onafhankelijk plaatsvond in 1830, bevond de consolidatie zich tussen de tijdspanne van
1830-1848 waarin we echt konder spreken van officiële staatsstructuur van België
OVERZICHT GEBEURTENISSEN
Opstanden in Napels (1647):
De opera La Muette de Portici speelt zich af rond de opstand in 1647 in Napels., tegen het Spaanse
bewind. Napels was toen deel van het Spaanse rijk, en de bevolking kwam in opstand tegen de
Spaanse koning. De opstand was echter mislukt. Dit is de historische gebeurtenis waarop de opera zelf
op is gebaseerd.
Het verhaal van de opera draaide om vrijheid, patriottisme en verzet tegen onderdrukking. Voor de
Belgische toeschouwers van die tijd was dit erg herkenbaar, aangezien ze zich onderdrukt voelden door
koning Willem I van het Verenigd Koninkrijk der Nederlanden.
Franse Revolutie (1789-1799):
,was een opstand tegen het absolutistische koningschap van Frankrijk. Het idee was dat mensen hun
eigen regeringen konden kiezen in plaats van geregeerd te worden door koningen die macht erfden
door geboorte. Dit zette heel Europa op zijn kop, want in veel landen zaten nog monarchieën die
gebaseerd waren op erfelijke rechten.
Napoleontische Tijd en Slag bij Waterloo (1815):
Na de Franse Revolutie kwam Napoleon Bonaparte aan de macht in Frankrijk en veroverde hij grote
delen van Europa. Napoleon werd uiteindelijk verslagen tijdens de Slag bij Waterloo in 1815.
Na zijn nederlaag kwamen de conservatieve vorsten, die de ideeën van de Franse Revolutie afwezen,
terug aan de macht. Dit heet de Restauratieperiode.
4. Het Verenigd Koninkrijk der Nederlanden (1815-1830):
Na de val van Napoleon werd op het Congres van Wenen het Verenigd Koninkrijk der
Nederlanden opgericht in 1815. Dit was een unie van het huidige Nederland en België, onder koning
Willem I van Oranje. De conservatieve ideeën heersten opnieuw, en België had hier grote problemen
mee omdat de zuidelijke bevolking, die grotendeels katholiek en Franssprekend was, zich achtergesteld
voelde.
Willem I
- autoritaire heerser die zich niet veel aantrok van parlement en had eigen geschreven grondwet
- verlichte despoot:
o Economische modernisering: hij steunde de industrieën, hij heeft nl zelf het kanaal Gent-
Terneuzen aangelegd, hij is populair bij de bankiers en ondernemers in Antwerpen.
o Land moet efficiënt en gecentraliseerd zijn. -> weg met titel ‘’ structuur van België van
ancien regime’’. Hij wil één grondgebied, één wetboek en één centraal bestuur (komt
met franse revolutie)
o Neutrale scholen
o Nederlandse
= Hij wou hervormingen die de jonge België niet leuk vindt ( België wou het omgekeerde). Zo krijgt
Willem I problemen met de Katholieke Kerk. Willem I bevoordeelt geen enkele kerk, zoveel mogelijk
macht geven aan de staat.
Onrust in België en de Opvoering van La Muette de Portici (25 augustus 1830):
Op 25 augustus 1830 werd de opera La Muette de Portici opgevoerd in Brussel. De patriottische aria
"Amour sacré de la patrie" wakkerde het nationale gevoel aan. Het stuk ging over een opstand tegen
een vreemde heerser (in het verhaal de Spaanse koning in Napels), maar het werd gezien als een
metafoor voor het verzet tegen de Nederlandse koning Willem I. Na de opvoering braken rellen uit in
Brussel, wat het begin was van de Belgische Revolutie. Men wil op een GW steunen en geen vorst
Pas op het is de burgerij die de macht zal krijgen. De burgerij zijn toen de de rijkere groepen =/
boeren . ook zal de democratie dan enkel toegankelijk zijn voor de rijkere burgerij
Belgische Revolutie en Onafhankelijkheid (1830):
De onrust verspreidde zich snel door het hele land, en op 4 oktober 1830 riepen Belgische
revolutionairen de onafhankelijkheid uit van het Verenigd Koninkrijk der Nederlanden. Dit was de start
van wat we nu kennen als de onafhankelijkheid van België. Uiteindelijk werd dit in 1839 officieel erkend
door Nederland.
charles rogier (liberaal- founding father)) Vertrekt met leger van vrijwilligers in 1830 ( Belgische
revolutie) vanuit luik tot brussel. Zal lid worden van het voorlopig bewind. Blijft lang centrale figuur in
Belgische politiek tot jaren 80
, ! Verandering in de sociaal economisch breuklijn !
1) koninklijke staat = macht bij de koning
2) parlementaire staat= rijke burgerij die de macht grijpt ( de rijksten & meest intellectuelen)
3) constitutionele staat= de grondwet, een grondwet bevat basisregels en is de basis voor al de
rest, de grondwet is niet makkelijk te wijzigen, omdat wij ons beschermen tegen de koning en
de uitvoerende macht. In de Belgische grondwet wordt de uitvoerende macht gewantrouwd.
Overgang van ancien regime naar de moderne 19e -Eeuwse samenleving met democratie
Cruciaal in de deze overgangsperiode waren de ideeën van de Franse revolutie, want het is het gevolg
van de verlichting (nieuw denken in de 18e eeuw over de samenleving)
- staat en elite gescheiden
- Vrijheid & gelijkheid voor de wet
- Beschermen van burgers tegen de macht van de burgers
ANCIEN REGIME
Het Ancien Régime verwijst naar de periode vóór de Franse Revolutie (1789)
Kenmerken van België binnen het Ancien Régime
- Macht bij de vorst: De vorst ontving zijn macht door goddelijke rechtvaardiging, met sterke
steun van de katholieke kerk, die als de oudste superstaat ter wereld wordt beschouwd.
- Standenmaatschappij: De maatschappij was opgedeeld in drie standen die de vorst beperkte in
zijn beslissingen:
1. Adel: Grootgrondbezitters die hun landerijen verpachtten aan boeren. Ze hadden
militaire macht en invloed in de middeleeuwen.
2. Clerus: Bovenste laag van de geestelijkheid, zoals bisschoppen, die enorme invloed en
macht hadden. Ze betaalden geen belastingen en kregen 10% van alle productie.
jozef clemens: gekozen bisschop van luik die regeerde over luik (= luik, Limburg,
namen, luxenburg) onder 1 figuur die regeerde met gratie van god.
3. Gewone mensen (burgerij en boeren): Mensen zonder macht of privileges die
voornamelijk werkten op het land van de adel of in ambachten.
Structuur van werkelijke België
Voor 1789 waren de Belgische gebieden verdeeld in vorstendommen met lokaal bestuur. Elk gewest
voerde zijn dagelijks bestuur uit via Statenvergaderingen, waarin de drie standen samenkwamen. Dit
creëerde een confederaal systeem waarin de vorst rekening moest houden met deze lokale
machtsstructuren.
VB. Brabant, het parlement van Brabant was zeer machtig, ze konden de koning zelf verbieden om
belastingen te innen (wordt weggevoerd met FR)
Economische Verhoudingen
De machtsverhoudingen binnen de landbouwsamenleving werden bepaald door economische relaties,
waarbij de adel en clerus hun rijkdom kregen van landbezit. Pachters werkten op hun land en droegen
een groot deel van hun opbrengsten af aan deze grootgrondbezitters.
Relatie jonge België en internationale = schoonmoederregime
We zitten met 2 schoonmoeders
INHOUDSTAFEL
24/9
STRUCTUUR VAN HET BOEK
1830-1848 1850-1884 1885-1914 1914-1944 1944-1974 1975-
heden
Sociaal
economisch
levensbeschouwe
lijk
Communautair
Verkiezingen
België in de
wereld
Elk hoofdstuk is een tijdperiode en hierin worden de 3 grote maatschappelijke domeinen besproken en
hen evolutie.
2 open vragen over de breuklijnen Bespreek deze breuklijn binnen deze hoofdstuk
SOCIAAL ECONOMISCHE BREUKLIJN X
Het conflict tussen arbeid (mensen die van hen arbeid moeten leven= werknemers) en kapitaal
(mensen die zelf een bedrijf runnen waarin ze mensen te werk stellen= werkgevers)
De evolutie tussen deze conflicten met de komende uitbreiding van het recht (
werkloosheidsuitkeringen).
LEVENSBESCHOUWELIJK X
Conflict tussen katholieke kerk met machtsinstelling ( katholieke scholen) en staat (kerk mag niet
bepalen wat de overheid doet= anti- klerikalen neutrale scholen). (In het Belgische context) NIET
tussen gelovigen en niet-gelovigen
Niveau van het ideologische (normen en religie).
Meest recente manifestatie: Besluit van onderwijsminister om in de scholen een programma van
seksuele opvoeding te introduceren, waarnaar een groot protest kwam dat dit niet de taak is van de
overheid, maar van het morele (geloof)
COMMUNAUTAIRE BREUKLIJN (TAAL) X
Conflict tussen Franstalige (Walen)en Nederlandstalige (Vlamingen) = dominante breuklijn
Deze breuklijn is even oud als België zelf. In de 20e eeuw is het steeds meer gaan toenemen.
De complexe structuur van België is te verwijten aan deze breuklijn.
de film ‘wil’: 1942 Vlamingen die met de Duitse bezetter hebben meegewerkt voor de vervolging
van Joden.
VERKIEZINGEN
BELGIË IN DE WERELD
Belgische geschiedenis kan niet worden los gezien van het internationale domein want denk aan:
- Congo
- Slagveld van wereldoorlogen
- Koninklijk land:
, België werd ten tijde van de strijd voor de Belgische onafhankelijkheid door de Europese
grootmachten verplicht om 1 neutraal te zijn en 2 een koning te nemen. De grootmachten
wouden Europa rustiger krijgen vanwege de revolutionaire sfeer. De eerste koning was Leopold I
want ultieme consensus (= iedereen was ermee akkoord) figuur
o Afkomstig van Duitsland
o Familie van Britse huis
o Beheerst Franse taal
EXAMENVRAGEN 2024 DEELEXAMEN + EERSTE ZIT
- Breuklijnen
o Levensbeschouwelijke 1 (deelexamen)
o Levensbeschouwelijke 2 (examen)
o Sociaaleconomische 2 (deelexamen)
o Sociaaleconomische 5 (examen)
- Verkiezingsvragen
o Capacitair stemrecht (deelexamen)
o Wet van burlet (deelexamen)
o Zwarte zondag (examen)
HC 2
HOOFDSTUK 1: DE DOORBRAAK VAN DE BURGERLIJKE PARLEMENTAIR-
CONSTITUTIONELE STAAT
1 INLEIDING
WAT IS DE KERN VAN HET HOOFDSTUK: DE TITEL
- Constitutionele: België heeft een grondwet
- Parlementaire: er is een parlement, een vergadering van tegenwoordige afgevaardigd van alle
burgers dat wetten stemt en bestuurd
- Doorbraak: voordien was het anders en er is nu een nieuwe politieke organisaties met de
grondwet
o Grondwet: de basiswet waar alles op steunt. België is een staat want het steunt op de
grondwet
- Burgerlijk: rijkere middenklassen die rijkdom te danken heeft aan economisch macht.
o Nieuwe systeem: Nieuwe sociale klasse met de economische macht die belangrijk is
handelaars, industriëlen, gerichte elites (advocaten..)
o het oude systeem: Aristocratie= adel die hen titels overerven
hoewel de onafhankelijk plaatsvond in 1830, bevond de consolidatie zich tussen de tijdspanne van
1830-1848 waarin we echt konder spreken van officiële staatsstructuur van België
OVERZICHT GEBEURTENISSEN
Opstanden in Napels (1647):
De opera La Muette de Portici speelt zich af rond de opstand in 1647 in Napels., tegen het Spaanse
bewind. Napels was toen deel van het Spaanse rijk, en de bevolking kwam in opstand tegen de
Spaanse koning. De opstand was echter mislukt. Dit is de historische gebeurtenis waarop de opera zelf
op is gebaseerd.
Het verhaal van de opera draaide om vrijheid, patriottisme en verzet tegen onderdrukking. Voor de
Belgische toeschouwers van die tijd was dit erg herkenbaar, aangezien ze zich onderdrukt voelden door
koning Willem I van het Verenigd Koninkrijk der Nederlanden.
Franse Revolutie (1789-1799):
,was een opstand tegen het absolutistische koningschap van Frankrijk. Het idee was dat mensen hun
eigen regeringen konden kiezen in plaats van geregeerd te worden door koningen die macht erfden
door geboorte. Dit zette heel Europa op zijn kop, want in veel landen zaten nog monarchieën die
gebaseerd waren op erfelijke rechten.
Napoleontische Tijd en Slag bij Waterloo (1815):
Na de Franse Revolutie kwam Napoleon Bonaparte aan de macht in Frankrijk en veroverde hij grote
delen van Europa. Napoleon werd uiteindelijk verslagen tijdens de Slag bij Waterloo in 1815.
Na zijn nederlaag kwamen de conservatieve vorsten, die de ideeën van de Franse Revolutie afwezen,
terug aan de macht. Dit heet de Restauratieperiode.
4. Het Verenigd Koninkrijk der Nederlanden (1815-1830):
Na de val van Napoleon werd op het Congres van Wenen het Verenigd Koninkrijk der
Nederlanden opgericht in 1815. Dit was een unie van het huidige Nederland en België, onder koning
Willem I van Oranje. De conservatieve ideeën heersten opnieuw, en België had hier grote problemen
mee omdat de zuidelijke bevolking, die grotendeels katholiek en Franssprekend was, zich achtergesteld
voelde.
Willem I
- autoritaire heerser die zich niet veel aantrok van parlement en had eigen geschreven grondwet
- verlichte despoot:
o Economische modernisering: hij steunde de industrieën, hij heeft nl zelf het kanaal Gent-
Terneuzen aangelegd, hij is populair bij de bankiers en ondernemers in Antwerpen.
o Land moet efficiënt en gecentraliseerd zijn. -> weg met titel ‘’ structuur van België van
ancien regime’’. Hij wil één grondgebied, één wetboek en één centraal bestuur (komt
met franse revolutie)
o Neutrale scholen
o Nederlandse
= Hij wou hervormingen die de jonge België niet leuk vindt ( België wou het omgekeerde). Zo krijgt
Willem I problemen met de Katholieke Kerk. Willem I bevoordeelt geen enkele kerk, zoveel mogelijk
macht geven aan de staat.
Onrust in België en de Opvoering van La Muette de Portici (25 augustus 1830):
Op 25 augustus 1830 werd de opera La Muette de Portici opgevoerd in Brussel. De patriottische aria
"Amour sacré de la patrie" wakkerde het nationale gevoel aan. Het stuk ging over een opstand tegen
een vreemde heerser (in het verhaal de Spaanse koning in Napels), maar het werd gezien als een
metafoor voor het verzet tegen de Nederlandse koning Willem I. Na de opvoering braken rellen uit in
Brussel, wat het begin was van de Belgische Revolutie. Men wil op een GW steunen en geen vorst
Pas op het is de burgerij die de macht zal krijgen. De burgerij zijn toen de de rijkere groepen =/
boeren . ook zal de democratie dan enkel toegankelijk zijn voor de rijkere burgerij
Belgische Revolutie en Onafhankelijkheid (1830):
De onrust verspreidde zich snel door het hele land, en op 4 oktober 1830 riepen Belgische
revolutionairen de onafhankelijkheid uit van het Verenigd Koninkrijk der Nederlanden. Dit was de start
van wat we nu kennen als de onafhankelijkheid van België. Uiteindelijk werd dit in 1839 officieel erkend
door Nederland.
charles rogier (liberaal- founding father)) Vertrekt met leger van vrijwilligers in 1830 ( Belgische
revolutie) vanuit luik tot brussel. Zal lid worden van het voorlopig bewind. Blijft lang centrale figuur in
Belgische politiek tot jaren 80
, ! Verandering in de sociaal economisch breuklijn !
1) koninklijke staat = macht bij de koning
2) parlementaire staat= rijke burgerij die de macht grijpt ( de rijksten & meest intellectuelen)
3) constitutionele staat= de grondwet, een grondwet bevat basisregels en is de basis voor al de
rest, de grondwet is niet makkelijk te wijzigen, omdat wij ons beschermen tegen de koning en
de uitvoerende macht. In de Belgische grondwet wordt de uitvoerende macht gewantrouwd.
Overgang van ancien regime naar de moderne 19e -Eeuwse samenleving met democratie
Cruciaal in de deze overgangsperiode waren de ideeën van de Franse revolutie, want het is het gevolg
van de verlichting (nieuw denken in de 18e eeuw over de samenleving)
- staat en elite gescheiden
- Vrijheid & gelijkheid voor de wet
- Beschermen van burgers tegen de macht van de burgers
ANCIEN REGIME
Het Ancien Régime verwijst naar de periode vóór de Franse Revolutie (1789)
Kenmerken van België binnen het Ancien Régime
- Macht bij de vorst: De vorst ontving zijn macht door goddelijke rechtvaardiging, met sterke
steun van de katholieke kerk, die als de oudste superstaat ter wereld wordt beschouwd.
- Standenmaatschappij: De maatschappij was opgedeeld in drie standen die de vorst beperkte in
zijn beslissingen:
1. Adel: Grootgrondbezitters die hun landerijen verpachtten aan boeren. Ze hadden
militaire macht en invloed in de middeleeuwen.
2. Clerus: Bovenste laag van de geestelijkheid, zoals bisschoppen, die enorme invloed en
macht hadden. Ze betaalden geen belastingen en kregen 10% van alle productie.
jozef clemens: gekozen bisschop van luik die regeerde over luik (= luik, Limburg,
namen, luxenburg) onder 1 figuur die regeerde met gratie van god.
3. Gewone mensen (burgerij en boeren): Mensen zonder macht of privileges die
voornamelijk werkten op het land van de adel of in ambachten.
Structuur van werkelijke België
Voor 1789 waren de Belgische gebieden verdeeld in vorstendommen met lokaal bestuur. Elk gewest
voerde zijn dagelijks bestuur uit via Statenvergaderingen, waarin de drie standen samenkwamen. Dit
creëerde een confederaal systeem waarin de vorst rekening moest houden met deze lokale
machtsstructuren.
VB. Brabant, het parlement van Brabant was zeer machtig, ze konden de koning zelf verbieden om
belastingen te innen (wordt weggevoerd met FR)
Economische Verhoudingen
De machtsverhoudingen binnen de landbouwsamenleving werden bepaald door economische relaties,
waarbij de adel en clerus hun rijkdom kregen van landbezit. Pachters werkten op hun land en droegen
een groot deel van hun opbrengsten af aan deze grootgrondbezitters.
Relatie jonge België en internationale = schoonmoederregime
We zitten met 2 schoonmoeders