Aangepast functioneel trainen
Semester 3 jaar 2
Poging 3
Lesweek 2 - intake:
Intake beweeganalyse testen
Why = waarom
- Wat wil je als inzicht willen krijgen doorvragen
- Doel termijn
- Intentie
How= hoe
- Geschiedenis verleden cliënt, andere sporten, hoelang huidige sport/dag , fysiek
werk, blessures
zegt iets over belastbaarheid
- Verwachting
- Eye test lichaam observeren, mobiliteit/stabiliteit
Intake:
- Korte termijn doelen (nu)
- Lange termijn doelen (6-8 weken)
- Verwachtingen
- Beschrijving
- Blessures
- Zwaktes
- Medisch
- Andere sporten
,Lesweek 3 – eye opener en oblique test
Eye test
Kader per client inspecteren belastbaarheid meten
Voor test: schoenen uit normale houding
Van beneden naar boven werken complicaties vanaf onder kunnen doorwerken naar
boven (caudaal naar craniaal)
Observatie waarnemen
- Verschil links en rechts
- Dominantie / definiet
- Nuance ontwikkeling
voeten schenen knie kuiten billen schouders borst obliques
Oblique opener
Controleren of de client in staat is om rompstabiliteit de creëren vanuit geïsoleerde positie
(liggend)
buikspieren stabiliseren (obliques) consequenties bij zwaardere belasting
compenseren in de onderrug blessures
Test:
Client op rug ontspannen neus in laag in de buik ademen
cliënt eerst zelfstandig obliques laten aanspannen connectie oefening
- Vingers in schuine buikspieren
- Duimen in dieper gelegen buikspieren
- Verschil in- en uitademen doel stabiliseren op uitademing
- Vingers wegduwen naar buiten
makkelijker maken benen omhoog brengt bekken omhoog, zorgt ervoor dat de
onderrug meer in de mat wordt geduwd = makkelijker om buikspieren aan te spannen
Vervolgens vraag je de client om zowel de obliques, qaudriceps en je billen aan te spannen.
Een vervolgstap hierna is een kettlebelt op de buik van de client te leggen intensiteit
verhogen tegendruk geven
- Op navel plaatsen
- Ademen spanning houden
- Zwaarder druk op kettlebelt geven
Variatie: ROM obliques aanhouden leg raise
kettlebel op buik benen naar boven spanning op benen rustig naar beneden
combinatie borst + bilspier aanspannen contractie gehele lichaam
Conclusie: rompstabiliteit?
, Lesweek 4 – beweegfamilie hinge anatomie heup :
Anatomie heup 1:
Femur: opperbeen
De kop van de rechter femur zit vast aan de bekken met een kop en kom
gewricht, zoals hieronder.
De kom van de heup is groter en loopt ronder, waar de kop precies inpast. Hierdoor beperkt
dit de mobiliteit van het gewricht, maar geeft het wel stabiliteit.
Os pubis: schaambeen (voorkant)
Ischium: zitbeen (achterkant)
Tussen schaambeen zit kraakbeen beweging mogelijk binnen bekken beweging
mogelijk linker illium kan bewegen t.o.v. rechter illium
Tussen het schaambeen (os pubis) zit een stuk kraakbeen dat beweging mogelijk maakt. Dus
ook binnen de bekken is beweging mogelijk.
Het rechter os ilium kan bewegen tov het linker os ilium en ook van het gedeelte dat
daartussen zit (sacrum/os irregulare), dat vast zit aan de ruggengraat.
Semester 3 jaar 2
Poging 3
Lesweek 2 - intake:
Intake beweeganalyse testen
Why = waarom
- Wat wil je als inzicht willen krijgen doorvragen
- Doel termijn
- Intentie
How= hoe
- Geschiedenis verleden cliënt, andere sporten, hoelang huidige sport/dag , fysiek
werk, blessures
zegt iets over belastbaarheid
- Verwachting
- Eye test lichaam observeren, mobiliteit/stabiliteit
Intake:
- Korte termijn doelen (nu)
- Lange termijn doelen (6-8 weken)
- Verwachtingen
- Beschrijving
- Blessures
- Zwaktes
- Medisch
- Andere sporten
,Lesweek 3 – eye opener en oblique test
Eye test
Kader per client inspecteren belastbaarheid meten
Voor test: schoenen uit normale houding
Van beneden naar boven werken complicaties vanaf onder kunnen doorwerken naar
boven (caudaal naar craniaal)
Observatie waarnemen
- Verschil links en rechts
- Dominantie / definiet
- Nuance ontwikkeling
voeten schenen knie kuiten billen schouders borst obliques
Oblique opener
Controleren of de client in staat is om rompstabiliteit de creëren vanuit geïsoleerde positie
(liggend)
buikspieren stabiliseren (obliques) consequenties bij zwaardere belasting
compenseren in de onderrug blessures
Test:
Client op rug ontspannen neus in laag in de buik ademen
cliënt eerst zelfstandig obliques laten aanspannen connectie oefening
- Vingers in schuine buikspieren
- Duimen in dieper gelegen buikspieren
- Verschil in- en uitademen doel stabiliseren op uitademing
- Vingers wegduwen naar buiten
makkelijker maken benen omhoog brengt bekken omhoog, zorgt ervoor dat de
onderrug meer in de mat wordt geduwd = makkelijker om buikspieren aan te spannen
Vervolgens vraag je de client om zowel de obliques, qaudriceps en je billen aan te spannen.
Een vervolgstap hierna is een kettlebelt op de buik van de client te leggen intensiteit
verhogen tegendruk geven
- Op navel plaatsen
- Ademen spanning houden
- Zwaarder druk op kettlebelt geven
Variatie: ROM obliques aanhouden leg raise
kettlebel op buik benen naar boven spanning op benen rustig naar beneden
combinatie borst + bilspier aanspannen contractie gehele lichaam
Conclusie: rompstabiliteit?
, Lesweek 4 – beweegfamilie hinge anatomie heup :
Anatomie heup 1:
Femur: opperbeen
De kop van de rechter femur zit vast aan de bekken met een kop en kom
gewricht, zoals hieronder.
De kom van de heup is groter en loopt ronder, waar de kop precies inpast. Hierdoor beperkt
dit de mobiliteit van het gewricht, maar geeft het wel stabiliteit.
Os pubis: schaambeen (voorkant)
Ischium: zitbeen (achterkant)
Tussen schaambeen zit kraakbeen beweging mogelijk binnen bekken beweging
mogelijk linker illium kan bewegen t.o.v. rechter illium
Tussen het schaambeen (os pubis) zit een stuk kraakbeen dat beweging mogelijk maakt. Dus
ook binnen de bekken is beweging mogelijk.
Het rechter os ilium kan bewegen tov het linker os ilium en ook van het gedeelte dat
daartussen zit (sacrum/os irregulare), dat vast zit aan de ruggengraat.