Deelvragen bij de hoofdstukken 6 t/m 9 en hoofdstuk 4
Hoofdstuk 6
Waarom zou het functioneren van de provincies telkens weer ter discussie staan?
- Omdat de provincies telkens veel meer taken bij het provinciale bestuur en beleid.
Daar komen telkens meer vraagtekens bij staan. De provincies trekken steeds meer
taken naar zich toe
Wat zijn mogelijke voor en nadelen van het samenvoegen van provincies en waterschappen?
- Als je alle provincies samen gaat voegen dan kan je nog nauwelijks gericht beleid
uitvoeren, want dan ga je allen maar kijken in de hele brede zin en zorgend dat je
(hele) provincie het goed heeft en dan ga je weer naar een gemiddelde kijken in
plaats van te zorgen dat ook de kleine delen waar kleine probleempjes zijn op te
lossen. Dus dan wordt het weer onhandig.
-
Hoofdstuk 7
Rijk – provincie – gemeente
Gemeente: denk aan paspoorten, vergunningen en beheren de openbare ruimte. Ze hebben
een open huishouding, dat houdt in dat ze aan de ene kant verplichtingen hebben, maar aan
de andere kant ook een open huishouding en daar bedoelen we mee dat ze ook andere
taken op zich mogen nemen, deze mogen ze zelf beslissen.
Gemeente bestuur: bestaat uit de gemeenteraad, de burgermeester en het college van
burgemeester en wethouders.
Denk ook nog steeds aan de begrippen autonomie, medebewind en toezicht
Het aantal gemeenten is flink verminderd en dit komt doordat er steeds meer gemeenten
zijn die samen gaan werken. Fuseren noem je dat.
Bestuurlijke structuur van de gemeenten: gemeenteraad, het college van burgermeesters en
wethouders en de burgemeester.
Besluitvorming in een gemeente gaat alsvolgd:
1. Ronde tafel gesprekken, de raad laat zich informeren over de voorstellen van het
college van b en w.
2. Fractieberaad, fracties gaan afzonderlijk beraden op hun standpunt,
3. Raad neemt het besluit in de zogenoemde debatraad
Gemeente raad is het hoogste bestuur van de gemeente. Hiervoor zijn
gemeenteraadsverkiezingen. Als er een gemeenteraad herindeling is dan is er een
tussentijdse verkiezing.
APV: algemene plaatselijke verordening
Hier komt de gemeentelijke autonomie tot uitdrukking. Hierin kunnen maatregelen worden
opgenomen die de gemeenteraad nodig acht voor het goed functioneren van de gemeente.
, De gemeenteraad en hun bevoegdheden:
- Kaderstellend
- Controlerend
- Vertegenwoordigend
De meeste gemeenteraden werken met raadscommissies, hierbinnen wordt besluitvorming
voorbereid. Voorstellen van een raad gaan eerst langs de vakbonden. Commissie leden
discussiëren over en geven dan advies. Als dit advies negatief is dan trekt de wethouder dit
voorstel in.
De voorzitter van de raadsvergadering is de burgermeester.
Presidum: commissie uit de raad die bepaalt wanneer en op welke wijze voorstellen van het
college of raadsleden worden behandeld. De burgermeester is de voorzitter en de griffier
ondersteund het presidum. De `griffier: verleend juridische ondersteuning bij een rechtbank
of gerechtshof. Maakt een aantekening van alles wat er wordt gezegd en gedaan tijdens een
zitting.
Een gemeente kan ook een rekenkamer aanstellen, zij hebben de taak om doelmatigheid,
doeltreffendheid en rechtmatigheid van bestuur en beleid te onderzoeken.
Het college van de burgermeester en de wethouders,
Bereidt de besluitvorming in de gemeenteraad voor, voert de besluiten van de raad uit en is
het dagelijks bestuur van de gemeente. Er is sprake van een collegiaal bestuur, dat houdt in
dat geheel de wethouders verantwoordelijkheid voor alles en iedereen draagt.
Burgermeester: voorzitter van de gemeenteraadsvergadering.
Wethouder: worden benoemd door de raad. Voor hen geldt een woonplaats vereiste, ze
moeten in de gemeente wonen waar ze wethouders zijn. Ze hebben allemaal eigen
bevoegdheden. Ze voeren besluiten uit van de gemeenteraad.
Afspiegelingscolleges: samenstellingen van het college een afspiegeling is van de
partijpolitieke verhouding.
Ambtelijke organisatie: de besluiten van de bestuursorganen in de gemeente worden
voorbereid en uitgevoerd door ambtenaren. Zij vormen de schakel tussen de burgers en de
politiek. Ze worden heel erg vrijgelaten, want bij de vorige vaste structuur vormen was er
sprake van verkokering.
Verkokering: het behandelen van belangen en problemen vanuit verschillende invalshoeken
door een aantal langs elkaar heen werkende ministeries.
Diensten- en sectorenmodel: ambtelijke organisatie verdeeld in een beperkt aantal diensten
en sectoren die weer opgebouwd zijn in afdelingen. Elke dienst houdt zich bezig met de
voorbereiding en de uitvoering va het beleid op een samenhangend geheel van
beleidsterreinen.
Gemeentesecretaris: is de voorzitter van dit managementteam en de belangrijkste schakel
tussen het ambtelijk apparaat en het college van b en w. ze ondersteund en adviseert.
- Burger centraal, buitenstaanders zouden zich niet moeten hoeven verdiepen in de
inrichting van de organisatie om erachter te komen bij welke dienst of afdeling hij/ zij
moet zijn. Dus hebben ze lokketten bedacht. Hierdoor ontstaat er meer nadruk op
samenwerking tussen gemeentelijke en niet gemeentelijke organisaties.
Hoofdstuk 6
Waarom zou het functioneren van de provincies telkens weer ter discussie staan?
- Omdat de provincies telkens veel meer taken bij het provinciale bestuur en beleid.
Daar komen telkens meer vraagtekens bij staan. De provincies trekken steeds meer
taken naar zich toe
Wat zijn mogelijke voor en nadelen van het samenvoegen van provincies en waterschappen?
- Als je alle provincies samen gaat voegen dan kan je nog nauwelijks gericht beleid
uitvoeren, want dan ga je allen maar kijken in de hele brede zin en zorgend dat je
(hele) provincie het goed heeft en dan ga je weer naar een gemiddelde kijken in
plaats van te zorgen dat ook de kleine delen waar kleine probleempjes zijn op te
lossen. Dus dan wordt het weer onhandig.
-
Hoofdstuk 7
Rijk – provincie – gemeente
Gemeente: denk aan paspoorten, vergunningen en beheren de openbare ruimte. Ze hebben
een open huishouding, dat houdt in dat ze aan de ene kant verplichtingen hebben, maar aan
de andere kant ook een open huishouding en daar bedoelen we mee dat ze ook andere
taken op zich mogen nemen, deze mogen ze zelf beslissen.
Gemeente bestuur: bestaat uit de gemeenteraad, de burgermeester en het college van
burgemeester en wethouders.
Denk ook nog steeds aan de begrippen autonomie, medebewind en toezicht
Het aantal gemeenten is flink verminderd en dit komt doordat er steeds meer gemeenten
zijn die samen gaan werken. Fuseren noem je dat.
Bestuurlijke structuur van de gemeenten: gemeenteraad, het college van burgermeesters en
wethouders en de burgemeester.
Besluitvorming in een gemeente gaat alsvolgd:
1. Ronde tafel gesprekken, de raad laat zich informeren over de voorstellen van het
college van b en w.
2. Fractieberaad, fracties gaan afzonderlijk beraden op hun standpunt,
3. Raad neemt het besluit in de zogenoemde debatraad
Gemeente raad is het hoogste bestuur van de gemeente. Hiervoor zijn
gemeenteraadsverkiezingen. Als er een gemeenteraad herindeling is dan is er een
tussentijdse verkiezing.
APV: algemene plaatselijke verordening
Hier komt de gemeentelijke autonomie tot uitdrukking. Hierin kunnen maatregelen worden
opgenomen die de gemeenteraad nodig acht voor het goed functioneren van de gemeente.
, De gemeenteraad en hun bevoegdheden:
- Kaderstellend
- Controlerend
- Vertegenwoordigend
De meeste gemeenteraden werken met raadscommissies, hierbinnen wordt besluitvorming
voorbereid. Voorstellen van een raad gaan eerst langs de vakbonden. Commissie leden
discussiëren over en geven dan advies. Als dit advies negatief is dan trekt de wethouder dit
voorstel in.
De voorzitter van de raadsvergadering is de burgermeester.
Presidum: commissie uit de raad die bepaalt wanneer en op welke wijze voorstellen van het
college of raadsleden worden behandeld. De burgermeester is de voorzitter en de griffier
ondersteund het presidum. De `griffier: verleend juridische ondersteuning bij een rechtbank
of gerechtshof. Maakt een aantekening van alles wat er wordt gezegd en gedaan tijdens een
zitting.
Een gemeente kan ook een rekenkamer aanstellen, zij hebben de taak om doelmatigheid,
doeltreffendheid en rechtmatigheid van bestuur en beleid te onderzoeken.
Het college van de burgermeester en de wethouders,
Bereidt de besluitvorming in de gemeenteraad voor, voert de besluiten van de raad uit en is
het dagelijks bestuur van de gemeente. Er is sprake van een collegiaal bestuur, dat houdt in
dat geheel de wethouders verantwoordelijkheid voor alles en iedereen draagt.
Burgermeester: voorzitter van de gemeenteraadsvergadering.
Wethouder: worden benoemd door de raad. Voor hen geldt een woonplaats vereiste, ze
moeten in de gemeente wonen waar ze wethouders zijn. Ze hebben allemaal eigen
bevoegdheden. Ze voeren besluiten uit van de gemeenteraad.
Afspiegelingscolleges: samenstellingen van het college een afspiegeling is van de
partijpolitieke verhouding.
Ambtelijke organisatie: de besluiten van de bestuursorganen in de gemeente worden
voorbereid en uitgevoerd door ambtenaren. Zij vormen de schakel tussen de burgers en de
politiek. Ze worden heel erg vrijgelaten, want bij de vorige vaste structuur vormen was er
sprake van verkokering.
Verkokering: het behandelen van belangen en problemen vanuit verschillende invalshoeken
door een aantal langs elkaar heen werkende ministeries.
Diensten- en sectorenmodel: ambtelijke organisatie verdeeld in een beperkt aantal diensten
en sectoren die weer opgebouwd zijn in afdelingen. Elke dienst houdt zich bezig met de
voorbereiding en de uitvoering va het beleid op een samenhangend geheel van
beleidsterreinen.
Gemeentesecretaris: is de voorzitter van dit managementteam en de belangrijkste schakel
tussen het ambtelijk apparaat en het college van b en w. ze ondersteund en adviseert.
- Burger centraal, buitenstaanders zouden zich niet moeten hoeven verdiepen in de
inrichting van de organisatie om erachter te komen bij welke dienst of afdeling hij/ zij
moet zijn. Dus hebben ze lokketten bedacht. Hierdoor ontstaat er meer nadruk op
samenwerking tussen gemeentelijke en niet gemeentelijke organisaties.
