High care moeder en kind
MINORPERIODE HOGESCHOOL ARNHEM NIJMEGEN
Rixt de Vries
Student minor high care moeder en kind
Studiejaar 2022-2023 semester 2
, H1. Menstruatiecyclus
Student weet hoe de menstruatie cyclus eruit ziet en welke hormonen een rol spelen in de menstruatiecyclus
Een gemiddelde menstruatiecyclus duurt tussen de 26 en 38 dag, waarbij de meeste vrouwen een
cyclus van 28 dagen hebben. De onderstaande hormonen hebben een rol in de menstruatiecyclus.
Follikelstimulerende hormoon: Het hormoon FSH wordt geproduceerd in de hypofyse en zorgt voor
de rijping van de follikel en daardoor de aanmaak van oestrogeen
door de cellen in de rand van het follikel.
Oestrogeen: verzamelnaam voor verschillende vrouwelijke
Geslachtshormonen. Zorgt voor verdunning slijmvlies voor de
passage van zaadcellen.
Progesteron: Reguleert samen met oestrogeen de menstruatiecyclus. Zorgt voor
het in stand houden van de zwangerschap. Eerst maakt het corpus
luteum dit aan, later door de placenta.
LH Luteïniserend hormoon dat zorgt voor het aanzetten van de
eisprong. Kan bij een tekort door injecties worden toegediend.
HCG Humaan choriongonadotrofine wordt afgescheiden door de
hypofyse. Deze taak wordt later overgenomen door het embryo en
daarna door de placenta. HCG zorgt voor het stopzetten aanmaak
eicellen, het bevorderen innesteling foetus en het stoppen afbraak
corpus luteum.
GnRh Gonatropin-releasing hormone is een hormoon dat wordt
aangemaakt in de hypothalamus dat ervoor zorgt dat de hypofyse LH
en FSH afscheid.
De menstruatiecyclus start op dag 1 met de
menstruatie, hierbij wordt opgebouwd
baarmoederslijmvlies afgescheiden. Op dag 1 wordt
GnRh geproduceerd door de hypothalamus en door
middel van receptoren stimuleert het de hypofyse
om productie van LH en FSH op gang te brengen.
FSH zorgt voor de aanmaak en groei van het follikel.
Naarmate de groei van de eicel in het follikel op gang
komt, gaat het oestrogenen uitscheiden. Rond dag
12 heeft de oestrogeen afgifte een piek dat zorgt
voor positieve feedback op de hypothalamus en
hypofyse, waarna er een piek van FSH en LH is en de
ovulatie plaatsvindt.
Na de eisprong verandert het follikel in het corpus
luteum en deze gaat, onder invloed van LH,
progesteron en oestrogeen aanmaken. Deze
hormonen hebben een positief effect op de groei
van het baarmoederslijmvlies.
Oestrogeen in lage hoeveelheden en progesteron in
hoge hoeveelheden hebben een negatieve feedback
op de hypothalamus en de hypofyse, waardoor de
productie van nieuwe eicellen stagneert.
Bij wegblijven conceptie wordt het
baarmoederslijmvlies afgestoten. Bij conceptie
scheidt de embryo HCG uit waardoor het corpus
luteum progesteron en oestrogeen blijft aanmaken.
Figuur 1
,1.1 Ovulatie
Student weet welke rol de ovulatie speelt bij het zwanger worden
De ovulatie is het moment in de menstruatiecyclus dat de
rijpe eicel uit de eierstok komt door een piek van het
luteïniserend hormoon.
Er zijn veranderingen aan het baarmoederslijmvlies en de
baarmoedermond wordt weker. Door het vrijkomen van
he hormoon progesteron stijgt de lichaamstemperatuur.
De eicel is tot ongeveer 12 uur na de ovulatie vruchtbaar,
hierdoor is de vruchtbare periode vanaf 3 dagen voor tot
3 dagen na de ovulatie.
Figuur 2
1.2 De anatomie van het vrouwelijk geslachtsorgaan
Het vrouwelijk geslachtsorgaan bestaat uit verschillende onderdelen.
Twee eierstokken en twee eileiders die zorgen voor de productie en
het vervoer van eicellen. De baarmoeder is de plek waar zich het
slijmvlies bevindt en hier hecht de embryo en de placenta zich aan
vast/innestelen.
De baarmoederhals (cervix) is ongeveer 4 cm lang en sluit de
baarmoeder af tijdens de zwangerschap. Door weeën wordt de
cervix korter.
Baarmoedermond is de opening van de baarmoederhals en wordt Figuur 3
zachter (verweken) tijdens de partus.
, H2. Zwangerschap
Gravida Het aantal zwangerschappen dat de vrouw heeft gehad
Para Het aantal bevallingen dat de vrouw heeft gehad
Mater Het aantal gezonde kinderen dat de vrouw heeft
Amenorroeduur De tijd tussen de laatste menstruatie en de partus
Primigravida Eerste zwangerschap
Primapara Eerste bevalling
Multigravida Meerdere zwangerschappen gehad
Multipara Meerder bevallingen gehad
Fundus Bovenrand van de baarmoeder
Nadat de bevruchting heeft plaatsgevonden maakt de zygote de weg richting de baarmoeder.
Embryogenese is de ontwikkeling van de bevruchte eicel.
- Zygote 0-3/4 dgn
- Morula (3/4 – 5 dgn): vanaf een 8-delig stadium
- Blastula (5 – x dgn): op het moment dat de cellen twee functies krijgen.
- Gatrulatie: op het moment dat er meerdere cellagen worden gemaakt
- Neurulatie: op het moment van invaginatie waarbij de eerste neurologische vorming van het
centraal zenuwstelsel plaatsvindt.
2.1.1 Na de bevruchting
Wat de eerste zwangerschapsverschijnselen zijn
Een vrouw merkt vaak dat ze zwanger is aan de volgende symptomen;
- Overtijd; het uitblijven van de menstruatie
- Hoofdpijn
- Gevoelige borsten/tepels
- Misselijk
- Vaker plassen
- Afkeer van voedsel/geuren
- Moeheid
- Stemmingswisselingen
- Veranderde en toegenomen eetlust en eetgewoonten
- Opgeblazen gevoel
- Innestelingsbloeding
MINORPERIODE HOGESCHOOL ARNHEM NIJMEGEN
Rixt de Vries
Student minor high care moeder en kind
Studiejaar 2022-2023 semester 2
, H1. Menstruatiecyclus
Student weet hoe de menstruatie cyclus eruit ziet en welke hormonen een rol spelen in de menstruatiecyclus
Een gemiddelde menstruatiecyclus duurt tussen de 26 en 38 dag, waarbij de meeste vrouwen een
cyclus van 28 dagen hebben. De onderstaande hormonen hebben een rol in de menstruatiecyclus.
Follikelstimulerende hormoon: Het hormoon FSH wordt geproduceerd in de hypofyse en zorgt voor
de rijping van de follikel en daardoor de aanmaak van oestrogeen
door de cellen in de rand van het follikel.
Oestrogeen: verzamelnaam voor verschillende vrouwelijke
Geslachtshormonen. Zorgt voor verdunning slijmvlies voor de
passage van zaadcellen.
Progesteron: Reguleert samen met oestrogeen de menstruatiecyclus. Zorgt voor
het in stand houden van de zwangerschap. Eerst maakt het corpus
luteum dit aan, later door de placenta.
LH Luteïniserend hormoon dat zorgt voor het aanzetten van de
eisprong. Kan bij een tekort door injecties worden toegediend.
HCG Humaan choriongonadotrofine wordt afgescheiden door de
hypofyse. Deze taak wordt later overgenomen door het embryo en
daarna door de placenta. HCG zorgt voor het stopzetten aanmaak
eicellen, het bevorderen innesteling foetus en het stoppen afbraak
corpus luteum.
GnRh Gonatropin-releasing hormone is een hormoon dat wordt
aangemaakt in de hypothalamus dat ervoor zorgt dat de hypofyse LH
en FSH afscheid.
De menstruatiecyclus start op dag 1 met de
menstruatie, hierbij wordt opgebouwd
baarmoederslijmvlies afgescheiden. Op dag 1 wordt
GnRh geproduceerd door de hypothalamus en door
middel van receptoren stimuleert het de hypofyse
om productie van LH en FSH op gang te brengen.
FSH zorgt voor de aanmaak en groei van het follikel.
Naarmate de groei van de eicel in het follikel op gang
komt, gaat het oestrogenen uitscheiden. Rond dag
12 heeft de oestrogeen afgifte een piek dat zorgt
voor positieve feedback op de hypothalamus en
hypofyse, waarna er een piek van FSH en LH is en de
ovulatie plaatsvindt.
Na de eisprong verandert het follikel in het corpus
luteum en deze gaat, onder invloed van LH,
progesteron en oestrogeen aanmaken. Deze
hormonen hebben een positief effect op de groei
van het baarmoederslijmvlies.
Oestrogeen in lage hoeveelheden en progesteron in
hoge hoeveelheden hebben een negatieve feedback
op de hypothalamus en de hypofyse, waardoor de
productie van nieuwe eicellen stagneert.
Bij wegblijven conceptie wordt het
baarmoederslijmvlies afgestoten. Bij conceptie
scheidt de embryo HCG uit waardoor het corpus
luteum progesteron en oestrogeen blijft aanmaken.
Figuur 1
,1.1 Ovulatie
Student weet welke rol de ovulatie speelt bij het zwanger worden
De ovulatie is het moment in de menstruatiecyclus dat de
rijpe eicel uit de eierstok komt door een piek van het
luteïniserend hormoon.
Er zijn veranderingen aan het baarmoederslijmvlies en de
baarmoedermond wordt weker. Door het vrijkomen van
he hormoon progesteron stijgt de lichaamstemperatuur.
De eicel is tot ongeveer 12 uur na de ovulatie vruchtbaar,
hierdoor is de vruchtbare periode vanaf 3 dagen voor tot
3 dagen na de ovulatie.
Figuur 2
1.2 De anatomie van het vrouwelijk geslachtsorgaan
Het vrouwelijk geslachtsorgaan bestaat uit verschillende onderdelen.
Twee eierstokken en twee eileiders die zorgen voor de productie en
het vervoer van eicellen. De baarmoeder is de plek waar zich het
slijmvlies bevindt en hier hecht de embryo en de placenta zich aan
vast/innestelen.
De baarmoederhals (cervix) is ongeveer 4 cm lang en sluit de
baarmoeder af tijdens de zwangerschap. Door weeën wordt de
cervix korter.
Baarmoedermond is de opening van de baarmoederhals en wordt Figuur 3
zachter (verweken) tijdens de partus.
, H2. Zwangerschap
Gravida Het aantal zwangerschappen dat de vrouw heeft gehad
Para Het aantal bevallingen dat de vrouw heeft gehad
Mater Het aantal gezonde kinderen dat de vrouw heeft
Amenorroeduur De tijd tussen de laatste menstruatie en de partus
Primigravida Eerste zwangerschap
Primapara Eerste bevalling
Multigravida Meerdere zwangerschappen gehad
Multipara Meerder bevallingen gehad
Fundus Bovenrand van de baarmoeder
Nadat de bevruchting heeft plaatsgevonden maakt de zygote de weg richting de baarmoeder.
Embryogenese is de ontwikkeling van de bevruchte eicel.
- Zygote 0-3/4 dgn
- Morula (3/4 – 5 dgn): vanaf een 8-delig stadium
- Blastula (5 – x dgn): op het moment dat de cellen twee functies krijgen.
- Gatrulatie: op het moment dat er meerdere cellagen worden gemaakt
- Neurulatie: op het moment van invaginatie waarbij de eerste neurologische vorming van het
centraal zenuwstelsel plaatsvindt.
2.1.1 Na de bevruchting
Wat de eerste zwangerschapsverschijnselen zijn
Een vrouw merkt vaak dat ze zwanger is aan de volgende symptomen;
- Overtijd; het uitblijven van de menstruatie
- Hoofdpijn
- Gevoelige borsten/tepels
- Misselijk
- Vaker plassen
- Afkeer van voedsel/geuren
- Moeheid
- Stemmingswisselingen
- Veranderde en toegenomen eetlust en eetgewoonten
- Opgeblazen gevoel
- Innestelingsbloeding
