Essay over een ethisch dilemma:
Het buiten de gesloten jeugdzorgaccommodatie
toepassen van vrijheidsbeperkende maatregelen bij
weglopende jongeren met een rechterlijke
machtiging.
Naam
Studentnummer
28 september 2019
998 woorden
, Aanleiding van het ethische dilemma
Binnen de gesloten jeugdzorg wordt geprobeerd de jongeren in de instelling te houden, maar
het is niet te voorkomen dat er af en toe iemand wegloopt. Een wegloper kan gedefinieerd
worden als minderjarige, tussen 12 en 18 jaar, die minstens één nacht wegblijft zonder
toestemming en/of overleg met de op dat moment verantwoordelijke personen (Beke, 1987;
De Witte, Hooge, & Walgrave, 2000). Jongeren die weglopen uit een instelling bezorgen de
politie veel werk. Waar medewerkers van een instelling weglopende jongeren niet kunnen
tegenhouden omdat ze de jongeren niet mogen vastpakken, mag de politie dit wel (Smid,
2019). Bij professionals kan het voor handelingsverlegenheid zorgen als ze (net) buiten de
gesloten accommodatie geen vrijheidsbeperkende maatregelen als vastpakken mogen
toepassen, met name omdat ze weten wat de risico’s zijn. Zo kan een meisje bijvoorbeeld
weer terecht komen in het loverboycircuit, of kan het zijn dat een jongen delicten als drugs
dealen moet begaan in ruil voor onderdak.
Centrale vraagstelling
Kan de regelgeving omtrent vrijheidsbeperkende maatregelen buiten de instelling voor
gesloten jeugdzorg ondergeschikt zijn indien er bij weglopende jongeren sprake is van een
veiligheidsrisico of risico op gevaar?
Theoretisch kader
Onder de brede definitie van vrijheidsbeperkende maatregelen vallen niet alleen fixaties en
afzonderingen, maar álle maatregelen die cliënten fysiek of verbaal in hun vrijheid beperken
(Inspectie voor de Gezondheidszorg, 2008). Deze maatregelen kunnen gevolgen hebben zoals
een gebrek aan gevoel van basisbehoeften (Ryan & Deci, 2018).
In Nederland zijn fundamentele rechten vastgelegd in de Grondwet (2008). Vrijheid is
een van die grondwetten. Zo is in artikel 10 opgenomen dat ieder recht heeft op bescherming
van persoonlijke levenssfeer (autonomie). In artikel 15 staat beschreven dat niemand zijn
vrijheid mag worden ontnomen buiten de gevallen of krachtens de wet geregeld.
Gesloten jeugdzorg is een kinderbeschermingsmaatregel waarbij sprake is van
vrijheidsbeneming (Jeugdwet, 2019). Met een opname in een gesloten accommodatie wordt er
een inbreuk gemaakt op het fundamentele recht op vrijheid. De opname is echter noodzakelijk
om te voorkomen dat de jongere zich aan jeugdhulp onttrekt en daardoor verder in zijn
ontwikkeling wordt bedreigd (Jeugdwet, 2019). Artikel 6.3 van de Jeugdwet beschrijft dat de
jongere binnen de gesloten accommodatie tegen zijn wil in zijn (bewegings)vrijheden kan