INSPANNING – ECG
ECG in de kinesitherapie
Elektrocardiogram registreert de elektrische activiteit die nodig is om het hart tot contractie te
brengen. Een elektrische stimulus zorgt voor een depolarisatie van de hartspiercel, je ziet deze
depolarisatie en repolarisatie op het ECG
Cellen van het hart
Pacemakercellen: spontane depolarisatie
Elektrische geleidingscellen: depolarisatiegolf kan zich snel verspreiden over het hart
Myocardcellen: contraheren na prikkeling
De elektrische activiteit wordt gemeten met elektroden op de huid:
- + elektrode: explorerende elektrode (camera)
- - elektrode: referentie elektrode
Vanuit 12 afleidingen (10 elektrodes) kijken we hoe de elektrische stroom over het hart loopt. De 12
afleidingen kijken op hetzelfde moment naar het hart, maar vanuit een andere hoek.
6 perifere afleidingen door het plaats van elektrodes op je extremiteiten
- 3 bipolaire afleidingen (Einthoven): in frontaal vlak
I: Tussen arm R (-) en arm L (+)
II: Tussen arm R (-) en been L (+)
III: Tussen arm L (-) en been L (+)
Bij combinatie van de 3 krijg je een driehoek, de afleidingen
komen samen in het midden van het hart (kruising AV-knoop)
- 3 unipolaire afleidingen (Goldberg): hoe loopt de stroom naar de extremiteit
aVR: meet tov arm R (+) en LA + LL samen (-)
aVL: meet tov arm L (-) en RA + LL samen (-)
aVF: meet tov been L (-) en RA + LA samen (-)
*aV = versterkt voltage
, 6 precordiale afleidingen in het transversale vlak
- 6 unipolaire elektrodes: elektrische activiteit in het liggend vlak (voor-achter)
V1: 4e intercostale ruimte rechts
V2: 4e intercostale ruimte links
V3: tussen V2 en V4
V4: 5e intercostale ruimte links- medioclaviculair
V5: 5e intercostale ruimte links- voorste axillaire lijn
V6: medioaxillair (midden okselholte)
In het centrum hiervan ligt je AV-knoop
Vectoren
De gemiddelde vector (AP)= gemiddelde stroomrichting tijdens de ontlading wordt bepaald door
vectoren in verschillende richtingen en de elektrische kracht van deze vectoren
a) Gemiddelde stroomrichting vertrekt in de sinusknoop
b) Verspreid via elektrische geleidingsnetwerk naar rechter- en linker atrium
c) AV-knoop -> bundel van His -> linker- en rechterventrikel
Meer myocardcellen links dus gemiddelde stroomrichting dominant naar links
Gemiddelde stroomrichting van rechtsboven naar linksbeneden
Uitslag op het ECG: gemiddelde stroomrichting plotten op de afleidingen
Stroom naar positieve electrode = positief complex
Stroom weg van positieve electrode = negatief complex
Stroom haaks op afleiding = iso-elektrisch (vlak) of bi-fasisch complex met lage amplitude
Hoe meer spiermassa, hoe groter het voltage of signaal op het ECG
Tragere geleiding geeft een breder complex
Indicatie van tijd en amplitude
ECG-papier gaat vooruit aan 25mm/s
X-as: 25mm = 1s = 5 blokjes
Y-as: 1mm = 0.1mV
1 minuut = 1500 kleine blokjes of 300 grote blokjes
De prikkelvorming start bij de depolarisatie van de sinusknoop, het signaal verspreid zich naar de
atria. Vervolgens vertraagd de AV-knoop de depolarisatiegolf zodat de ventrikels goed kunnen
vullen. Via de bundel van His gaat het naar de linker- en rechter bundeltakblok. Na de depolarisatie
is er contractie waarna de cel weer repolariseert
ECG in de kinesitherapie
Elektrocardiogram registreert de elektrische activiteit die nodig is om het hart tot contractie te
brengen. Een elektrische stimulus zorgt voor een depolarisatie van de hartspiercel, je ziet deze
depolarisatie en repolarisatie op het ECG
Cellen van het hart
Pacemakercellen: spontane depolarisatie
Elektrische geleidingscellen: depolarisatiegolf kan zich snel verspreiden over het hart
Myocardcellen: contraheren na prikkeling
De elektrische activiteit wordt gemeten met elektroden op de huid:
- + elektrode: explorerende elektrode (camera)
- - elektrode: referentie elektrode
Vanuit 12 afleidingen (10 elektrodes) kijken we hoe de elektrische stroom over het hart loopt. De 12
afleidingen kijken op hetzelfde moment naar het hart, maar vanuit een andere hoek.
6 perifere afleidingen door het plaats van elektrodes op je extremiteiten
- 3 bipolaire afleidingen (Einthoven): in frontaal vlak
I: Tussen arm R (-) en arm L (+)
II: Tussen arm R (-) en been L (+)
III: Tussen arm L (-) en been L (+)
Bij combinatie van de 3 krijg je een driehoek, de afleidingen
komen samen in het midden van het hart (kruising AV-knoop)
- 3 unipolaire afleidingen (Goldberg): hoe loopt de stroom naar de extremiteit
aVR: meet tov arm R (+) en LA + LL samen (-)
aVL: meet tov arm L (-) en RA + LL samen (-)
aVF: meet tov been L (-) en RA + LA samen (-)
*aV = versterkt voltage
, 6 precordiale afleidingen in het transversale vlak
- 6 unipolaire elektrodes: elektrische activiteit in het liggend vlak (voor-achter)
V1: 4e intercostale ruimte rechts
V2: 4e intercostale ruimte links
V3: tussen V2 en V4
V4: 5e intercostale ruimte links- medioclaviculair
V5: 5e intercostale ruimte links- voorste axillaire lijn
V6: medioaxillair (midden okselholte)
In het centrum hiervan ligt je AV-knoop
Vectoren
De gemiddelde vector (AP)= gemiddelde stroomrichting tijdens de ontlading wordt bepaald door
vectoren in verschillende richtingen en de elektrische kracht van deze vectoren
a) Gemiddelde stroomrichting vertrekt in de sinusknoop
b) Verspreid via elektrische geleidingsnetwerk naar rechter- en linker atrium
c) AV-knoop -> bundel van His -> linker- en rechterventrikel
Meer myocardcellen links dus gemiddelde stroomrichting dominant naar links
Gemiddelde stroomrichting van rechtsboven naar linksbeneden
Uitslag op het ECG: gemiddelde stroomrichting plotten op de afleidingen
Stroom naar positieve electrode = positief complex
Stroom weg van positieve electrode = negatief complex
Stroom haaks op afleiding = iso-elektrisch (vlak) of bi-fasisch complex met lage amplitude
Hoe meer spiermassa, hoe groter het voltage of signaal op het ECG
Tragere geleiding geeft een breder complex
Indicatie van tijd en amplitude
ECG-papier gaat vooruit aan 25mm/s
X-as: 25mm = 1s = 5 blokjes
Y-as: 1mm = 0.1mV
1 minuut = 1500 kleine blokjes of 300 grote blokjes
De prikkelvorming start bij de depolarisatie van de sinusknoop, het signaal verspreid zich naar de
atria. Vervolgens vertraagd de AV-knoop de depolarisatiegolf zodat de ventrikels goed kunnen
vullen. Via de bundel van His gaat het naar de linker- en rechter bundeltakblok. Na de depolarisatie
is er contractie waarna de cel weer repolariseert
