1. Inleiding - kennismaking met
de inspanningsfysiologie
1.1. Inspanningsfysiologie: historische mijlpalen
1921: A.V. Hill
start inspanningsfysiologie
Tot 1970: vooral cardiovasculair & respiratoir
Daarna biochemie: ‘wat gebeurt er in bepaalde cel/orgaan tijdens inspanning?’
1927: Amerikaanse invloed
Harvard Fatigue Laboratorium (HFL)
Opgericht door biochemicus
Leidde bijna alle prominente inspanningsfysiologen vd jaren 50 & 60 op
Uitwisseling v fysiologen die leidde tot Scandinavische invloed
Na 1950: Scandinavische invloed
Samenwerkingsbanden tssn Amerikaanse & Scandinavische inspanningsfysiologen
Hedendaagse inspanningsfysiologie:
Veel vooruitgang door verbeterde technologie
Herintroductie naaldbiopsietechniek: dunne naalden ontwikkelt
Intrede vd biochemie
Toepassen vd moleculair-biologische technieken
Inspanningstest om VO2, max te meten
Zak met lucht analyseren nr O2 & CO2
7-10 jaar later: 1ste gasuitwisselingstoestel
VO2 meten, ademhaling per ademhaling
Nadeel: bij vorig model wist men zeker dat persoon X-aantal lucht had uitgeademd
veel geleerd uit vorige methode
1.2. situering vd inspanningsfysiologie
Fysiologie:
inspanningsfysiologie
sportfysiologie: wat gebeurt er in lichaam als ik start met joggen?
klinische inspanningsfysiologie: hoe komt het dat er adapties gebeuren als ik train?
omgevingsfysiologie: koude, warmte, hoogte
1.2.1. fysiologie
mitochondrie: verwerken O2
belangrijkste organel in cellen (ETS)
defect? Mensen kù met moeite zuurstof gebruiken tijdens inspanning => kù niet trainen
orgaanfuncties ifv leeftijd:
- hartfunctiie neemt af id loop vh leven met 25%
MAAR gebasseerd op huidige populatie v mensen die fysiek gezond zijn maar
inactief
Achteruitgang is minder door bewegen => stoffen afgescheiden in hersenen
1.2.2. Inspanningsfysiologie
Size principle: principe vd volgorde vd spiervezelrecrutering
- ST fibers/type I:
Lage intensiteit
Meer mitochondriën
, - FT fibers/type IIa
- Type IIX
Progressieve rekrutering v spiervezels met toenemende intensiteit
VO2,max ifvd leeftijd: negatief verband
Resultante v aanvoer v zuurstof & afvoer v CO2
Profileren v elite atleten
Trainen & bijsturen vh trainingsproces
Traingingsbelasting:
slaap
- Non-REM slaap:
Metabole verwerking
Herstel v spieren
- REM-slaap:
Programmeren v hersenen nr bepaalde bewegingen
immuniteit:
- IgA
- Fysieke activiteit versterkt immuunsysteem
1.2.3. Sportfysiologie
Trainingsmethoden & mitochondriale biogenese:
Variatie in training
Uithoudingsvermogen verbeteren: duurlopen aan lage intensiteit
Type I aanspreken
Interval training: snelle vezels benutten
Zowel type I & type IIa aanspreken
Voldoende intensiteit in intervaltraining: type I, II a, IIx vezels aanspreken
1.2.4. Klinische inspanningsfysiologie
Oorspronkelijk: veel spiermassa, hogere VO2, max zit in genen
Fysieke inactiviteit
Chronische ziekten
Levenskwaliteit ↓
Myostatine: onderdrukt cel/spiergroei
Spieren kù wel groeien MAAR in bepaald niveau
afwezigheid myostatine gen: Bodybuilder op 2-jarige leeftijd
1.2.4.1. hart- en vaatziekten
vernauwing coronaire arterie= chronische ziekte
belet zuurstoftransport nr hart
weinig last tot bepaalde grens: wnr diameter gedaald is tot 50-60%
preventie dmv fysieke activiteit:
- daling cholesterol
LDL-cholesterol
Triglyceriden & toename HDL-cholesterol
- daling bloeddruk
- toename endothel-functie => vasodilatatie
- daling thrombusvorming
toename capaciteit fibrinolytisch systeem
- toename insuline sensitiviteit
- gewichtsreductie & preventie obesitas
fysieke training als therapeutische interventie bij chronische ziekten
doeling: evidentie nagaan van fysieke training als therapeutische interventie bij chronische
ziekten
- fysieke training is aangewezen id behandeling ve groot #chronische ziekten
de inspanningsfysiologie
1.1. Inspanningsfysiologie: historische mijlpalen
1921: A.V. Hill
start inspanningsfysiologie
Tot 1970: vooral cardiovasculair & respiratoir
Daarna biochemie: ‘wat gebeurt er in bepaalde cel/orgaan tijdens inspanning?’
1927: Amerikaanse invloed
Harvard Fatigue Laboratorium (HFL)
Opgericht door biochemicus
Leidde bijna alle prominente inspanningsfysiologen vd jaren 50 & 60 op
Uitwisseling v fysiologen die leidde tot Scandinavische invloed
Na 1950: Scandinavische invloed
Samenwerkingsbanden tssn Amerikaanse & Scandinavische inspanningsfysiologen
Hedendaagse inspanningsfysiologie:
Veel vooruitgang door verbeterde technologie
Herintroductie naaldbiopsietechniek: dunne naalden ontwikkelt
Intrede vd biochemie
Toepassen vd moleculair-biologische technieken
Inspanningstest om VO2, max te meten
Zak met lucht analyseren nr O2 & CO2
7-10 jaar later: 1ste gasuitwisselingstoestel
VO2 meten, ademhaling per ademhaling
Nadeel: bij vorig model wist men zeker dat persoon X-aantal lucht had uitgeademd
veel geleerd uit vorige methode
1.2. situering vd inspanningsfysiologie
Fysiologie:
inspanningsfysiologie
sportfysiologie: wat gebeurt er in lichaam als ik start met joggen?
klinische inspanningsfysiologie: hoe komt het dat er adapties gebeuren als ik train?
omgevingsfysiologie: koude, warmte, hoogte
1.2.1. fysiologie
mitochondrie: verwerken O2
belangrijkste organel in cellen (ETS)
defect? Mensen kù met moeite zuurstof gebruiken tijdens inspanning => kù niet trainen
orgaanfuncties ifv leeftijd:
- hartfunctiie neemt af id loop vh leven met 25%
MAAR gebasseerd op huidige populatie v mensen die fysiek gezond zijn maar
inactief
Achteruitgang is minder door bewegen => stoffen afgescheiden in hersenen
1.2.2. Inspanningsfysiologie
Size principle: principe vd volgorde vd spiervezelrecrutering
- ST fibers/type I:
Lage intensiteit
Meer mitochondriën
, - FT fibers/type IIa
- Type IIX
Progressieve rekrutering v spiervezels met toenemende intensiteit
VO2,max ifvd leeftijd: negatief verband
Resultante v aanvoer v zuurstof & afvoer v CO2
Profileren v elite atleten
Trainen & bijsturen vh trainingsproces
Traingingsbelasting:
slaap
- Non-REM slaap:
Metabole verwerking
Herstel v spieren
- REM-slaap:
Programmeren v hersenen nr bepaalde bewegingen
immuniteit:
- IgA
- Fysieke activiteit versterkt immuunsysteem
1.2.3. Sportfysiologie
Trainingsmethoden & mitochondriale biogenese:
Variatie in training
Uithoudingsvermogen verbeteren: duurlopen aan lage intensiteit
Type I aanspreken
Interval training: snelle vezels benutten
Zowel type I & type IIa aanspreken
Voldoende intensiteit in intervaltraining: type I, II a, IIx vezels aanspreken
1.2.4. Klinische inspanningsfysiologie
Oorspronkelijk: veel spiermassa, hogere VO2, max zit in genen
Fysieke inactiviteit
Chronische ziekten
Levenskwaliteit ↓
Myostatine: onderdrukt cel/spiergroei
Spieren kù wel groeien MAAR in bepaald niveau
afwezigheid myostatine gen: Bodybuilder op 2-jarige leeftijd
1.2.4.1. hart- en vaatziekten
vernauwing coronaire arterie= chronische ziekte
belet zuurstoftransport nr hart
weinig last tot bepaalde grens: wnr diameter gedaald is tot 50-60%
preventie dmv fysieke activiteit:
- daling cholesterol
LDL-cholesterol
Triglyceriden & toename HDL-cholesterol
- daling bloeddruk
- toename endothel-functie => vasodilatatie
- daling thrombusvorming
toename capaciteit fibrinolytisch systeem
- toename insuline sensitiviteit
- gewichtsreductie & preventie obesitas
fysieke training als therapeutische interventie bij chronische ziekten
doeling: evidentie nagaan van fysieke training als therapeutische interventie bij chronische
ziekten
- fysieke training is aangewezen id behandeling ve groot #chronische ziekten