Aantekeningen AZT4
LOCOREGIONALE ANESTHESIE BIJ EEN PATIËNT IN EEN
LAAGCOMPLEXE ZORGSITUATIE
,Inhoudsopgave
Les 1 – Onboarding in de anesthesiologische zorg.................................................................2
Les 3 - Perioperatief proces en overdrachtsmomenten.........................................................13
Les 4 – Neurologie (2): neuronen en prikkelgeleiding/-overdracht........................................19
Les 5 – Locoregionale anesthesietechnieken........................................................................37
Les 6 – farmacologie: noodmedicatie....................................................................................73
Les 7 – Hemodynamische veranderingen bij locoregionale anesthesietechnieken...............83
,Les 1 – Onboarding in de anesthesiologische zorg
Het doel en de aandachtspunten van positioneren van een operatiepatiënt
benoemen.
Doel:
- het operatiegebied goed zichtbaar maken
- optimale toegankelijkheid tot het operatiegebied verkrijgen
algemene aandachtspunten:
1. bereid de positionering goed voor; zorg dat alle hulpmiddelen aanwezig en
gecontroleerd zijn.
2. zorg voor een gladde onderlaag die vloeistoffen kan absorberen.
3. Zorg voor een antidecubitusmatras bij een te verwachten langere operatieduur
4. Zorg voor voldoende hulp zodat het positioneren gemakkelijk, geleidelijk en gelijktijdig
kan worden uitgevoerd onder leiding van de anesthesioloog. Alle lichaamsdelen
moeten voortdurend onder controle blijven.
5. Zorg ervoor dat de patiënt altijd in een zon natuurlijk mogelijke houding op de
operatietafel ligt (verplaats jezelf in de situatie van de patiënt)
6. Zorg ervoor dat alle holten worden opgevuld ter ondersteuning
7. Zorg ervoor dat zich geen lichaamsdelen buiten de operatietafel bevinden, tenzij ze
worden beschermd en ondersteund
8. Zorg bij een reeds bestaande beschadiging voor extra bescherming/ondersteuning
ter plaatse, zodat de beschadiging niet erger wordt.
9. Zorg ervoor dat een eventueel aanwezige blaaskatheter niet afgekneld wordt en dat
er een natuurlijke afvloed kan plaatsvinden
10. Zorg voor een correcte plaatsing van de diathermieaardplaat
11. Zorg bij gebruik van de extensietafel voor bescherming van de geslachtsorganen
12. Zorg er bij de zijligging voor dat de onderliggende schouder vrij ligt.
Verklaren wat ligging-specifieke aandachtspunten en complicaties zijn voor
rug-, zij-, buik-, en steensnedeligging.
Rugligging:
Rugligging is de meest voorkomende positie. De patiënt
ligt met het hoofd recht of gedraaid naar de op een
armsteun liggende arm waarin de intraveneuze
verblijfnaald is ingebracht. De andere arm ligt of naast
het lichaam of op een armsteun of wordt opgehangen
aan een lakenboog.
Aandachtspunten
- Let op voor overstrekking bij de armen
- Let op dat de benen niet over elkaar
liggen. Dit kan drukplekken en circulatiestoornissen veroorzaken.
Buikligging:
, Positie die wordt toegepast bij orthopedische
operaties (dorsale benadering: wervelkolom,
achillespezen), operaties aan de stuit en
neurochirurgische operaties (operaties via de
achterste schedelgroeve). De positionering vindt
plaats nadat de anesthesie in rugligging is ingeleid.
Aandachtspunten
- Armen moeten langst het hoofd op
een armsteun worde gelegd in de
anatomische houding
- Er moet een kussen onder de thorax liggen
- Een rol onder de bekken
- Een rol onder de wreef van de voet
- Bij mannen moet gekeken worden dat de balzak en de penis vrij liggen
Zijligging:
De zijligging wordt toegepast bij thoraxchirurgie
(longoperaties), urologie (nieroperaties) en orthopedische
operaties (operaties aan de schouders, de heupen en de
bovenbenen)
Aandachtspunten
- Patiënt kan niet zonder steunen of
hulpmiddelen op zijn zij blijven liggen. als
bescherming moet er een kussen of
gelpad tussen de knieën worden gelegd.
Steensnedeligging:
De steensnedeligging wordt vooral toegepast bij operaties waar de benadering van het
operatieterrein plaatsvindt via de urethra, de vagina of het rectum.
Aandachtspunten
- Patiënt moet met de stuit tot op de rand van de operatietafel liggen
- Beide benen moeten tegelijkertijd in de steunen worden gelegd en ook tegelijk
terug
- Spreid de benen niet te ver en forceer niet
- Let op de nervus peroneus (kuitbeenzenuw) bij het positioneren van de benen. De
laterale zijde van de knie mag niet tegen de beensteun rusten.
- Benen moeten volledig rusten in de been steunen
- Fixeer de benen in de beensteunen met behulp van een gesp of beenband
- Hoek van de heupen en onderlichaam mag niet meer dan 90 graden zijn
LOCOREGIONALE ANESTHESIE BIJ EEN PATIËNT IN EEN
LAAGCOMPLEXE ZORGSITUATIE
,Inhoudsopgave
Les 1 – Onboarding in de anesthesiologische zorg.................................................................2
Les 3 - Perioperatief proces en overdrachtsmomenten.........................................................13
Les 4 – Neurologie (2): neuronen en prikkelgeleiding/-overdracht........................................19
Les 5 – Locoregionale anesthesietechnieken........................................................................37
Les 6 – farmacologie: noodmedicatie....................................................................................73
Les 7 – Hemodynamische veranderingen bij locoregionale anesthesietechnieken...............83
,Les 1 – Onboarding in de anesthesiologische zorg
Het doel en de aandachtspunten van positioneren van een operatiepatiënt
benoemen.
Doel:
- het operatiegebied goed zichtbaar maken
- optimale toegankelijkheid tot het operatiegebied verkrijgen
algemene aandachtspunten:
1. bereid de positionering goed voor; zorg dat alle hulpmiddelen aanwezig en
gecontroleerd zijn.
2. zorg voor een gladde onderlaag die vloeistoffen kan absorberen.
3. Zorg voor een antidecubitusmatras bij een te verwachten langere operatieduur
4. Zorg voor voldoende hulp zodat het positioneren gemakkelijk, geleidelijk en gelijktijdig
kan worden uitgevoerd onder leiding van de anesthesioloog. Alle lichaamsdelen
moeten voortdurend onder controle blijven.
5. Zorg ervoor dat de patiënt altijd in een zon natuurlijk mogelijke houding op de
operatietafel ligt (verplaats jezelf in de situatie van de patiënt)
6. Zorg ervoor dat alle holten worden opgevuld ter ondersteuning
7. Zorg ervoor dat zich geen lichaamsdelen buiten de operatietafel bevinden, tenzij ze
worden beschermd en ondersteund
8. Zorg bij een reeds bestaande beschadiging voor extra bescherming/ondersteuning
ter plaatse, zodat de beschadiging niet erger wordt.
9. Zorg ervoor dat een eventueel aanwezige blaaskatheter niet afgekneld wordt en dat
er een natuurlijke afvloed kan plaatsvinden
10. Zorg voor een correcte plaatsing van de diathermieaardplaat
11. Zorg bij gebruik van de extensietafel voor bescherming van de geslachtsorganen
12. Zorg er bij de zijligging voor dat de onderliggende schouder vrij ligt.
Verklaren wat ligging-specifieke aandachtspunten en complicaties zijn voor
rug-, zij-, buik-, en steensnedeligging.
Rugligging:
Rugligging is de meest voorkomende positie. De patiënt
ligt met het hoofd recht of gedraaid naar de op een
armsteun liggende arm waarin de intraveneuze
verblijfnaald is ingebracht. De andere arm ligt of naast
het lichaam of op een armsteun of wordt opgehangen
aan een lakenboog.
Aandachtspunten
- Let op voor overstrekking bij de armen
- Let op dat de benen niet over elkaar
liggen. Dit kan drukplekken en circulatiestoornissen veroorzaken.
Buikligging:
, Positie die wordt toegepast bij orthopedische
operaties (dorsale benadering: wervelkolom,
achillespezen), operaties aan de stuit en
neurochirurgische operaties (operaties via de
achterste schedelgroeve). De positionering vindt
plaats nadat de anesthesie in rugligging is ingeleid.
Aandachtspunten
- Armen moeten langst het hoofd op
een armsteun worde gelegd in de
anatomische houding
- Er moet een kussen onder de thorax liggen
- Een rol onder de bekken
- Een rol onder de wreef van de voet
- Bij mannen moet gekeken worden dat de balzak en de penis vrij liggen
Zijligging:
De zijligging wordt toegepast bij thoraxchirurgie
(longoperaties), urologie (nieroperaties) en orthopedische
operaties (operaties aan de schouders, de heupen en de
bovenbenen)
Aandachtspunten
- Patiënt kan niet zonder steunen of
hulpmiddelen op zijn zij blijven liggen. als
bescherming moet er een kussen of
gelpad tussen de knieën worden gelegd.
Steensnedeligging:
De steensnedeligging wordt vooral toegepast bij operaties waar de benadering van het
operatieterrein plaatsvindt via de urethra, de vagina of het rectum.
Aandachtspunten
- Patiënt moet met de stuit tot op de rand van de operatietafel liggen
- Beide benen moeten tegelijkertijd in de steunen worden gelegd en ook tegelijk
terug
- Spreid de benen niet te ver en forceer niet
- Let op de nervus peroneus (kuitbeenzenuw) bij het positioneren van de benen. De
laterale zijde van de knie mag niet tegen de beensteun rusten.
- Benen moeten volledig rusten in de been steunen
- Fixeer de benen in de beensteunen met behulp van een gesp of beenband
- Hoek van de heupen en onderlichaam mag niet meer dan 90 graden zijn