Structuur
Opbouw van de samenleving de vorm van het georganiseerde samenleven
1.Sociale positie
= plaats die iemand inneemt binnen een netwerk van sociale relaties
Bv: student, vriend, zus, monitor…
!! Positieset = geheel van sociale posities die iemand bekleedt!!
2 soorten sociale posities
- Toegewezen sociale positie
à In je schoot geworpen => je moest er niets voor doen
Bv: Filip is zoon van koning dus is lid van koninklijke familie = fils a papa
- Verworven sociale positie
à Hard werken tot deze positie
Bv: Bobbejaanland was eerst zanger in kleine cafés en nu een pretpark eigenaar
2. Sociale status
- Waardering van de leden van een SL voor een bepaalde positie
à Sociaal aanzien of prestige
à Beroepsstatusschalen
Rangschikking waarbij de mensen met de belangrijkste sociale status
(=hoogste waardering) vanboven staan
à Notaris bovenaan en vuilnisman onderaan
- Waardering die de persoon zelf nastreeft in zijn directe omgeving
à Verkrijgen van respect (los van positie)
Bv: oudste man in klein dorp
à Soms als verdedigingsmechanisme/ compensatie voor ongelijkheden
Bv: rebel in middelbaar die niet zo slim is
!! Statusset = geheel van statussen, verbonden aan de verschillende sociale posities van die persoon,
dus aan zijn positieset!!
1
, - Statuscongruentie of –consistentie
à = samenhang in verschillende statussen van een persoon.
Bv: Hoog opleidingsniveau, hoog inkomen, hoge beroepsstatus.
- Statusincongruentie of –inconsistentie
à = statussen die niet met elkaar in overeenstemming zijn.
à Nemen ongelijke posities in op verschillende domeinen of rangordes.
Bv: Vuilnisophaler wordt lid van een golfclub of ouders met diploma hoger onderwijs
sturen kinderen zelden naar beroepsonderwijs.
1.Statussymbolen
= Uiterlijke tekenen van iemands werkelijke of gewenste status
Communicatiemiddel, want voordelig
Bv: mooi huis, dure auto…
2.Statusimitatie
= dure dingen kopen om zo aan de buitenwereld te tonen dat je niet in armoede leeft
= je anders voordoen aan de buitenwereld dan dat je daadwerkelijk bent
Bv: flatscreen bij armoede, vals Chanel tas kopen, instagram volgers kopen
3.Veblen-effect
= Hoe duurder hoe groter de vraag
Bv: iphone en samsung
2
Opbouw van de samenleving de vorm van het georganiseerde samenleven
1.Sociale positie
= plaats die iemand inneemt binnen een netwerk van sociale relaties
Bv: student, vriend, zus, monitor…
!! Positieset = geheel van sociale posities die iemand bekleedt!!
2 soorten sociale posities
- Toegewezen sociale positie
à In je schoot geworpen => je moest er niets voor doen
Bv: Filip is zoon van koning dus is lid van koninklijke familie = fils a papa
- Verworven sociale positie
à Hard werken tot deze positie
Bv: Bobbejaanland was eerst zanger in kleine cafés en nu een pretpark eigenaar
2. Sociale status
- Waardering van de leden van een SL voor een bepaalde positie
à Sociaal aanzien of prestige
à Beroepsstatusschalen
Rangschikking waarbij de mensen met de belangrijkste sociale status
(=hoogste waardering) vanboven staan
à Notaris bovenaan en vuilnisman onderaan
- Waardering die de persoon zelf nastreeft in zijn directe omgeving
à Verkrijgen van respect (los van positie)
Bv: oudste man in klein dorp
à Soms als verdedigingsmechanisme/ compensatie voor ongelijkheden
Bv: rebel in middelbaar die niet zo slim is
!! Statusset = geheel van statussen, verbonden aan de verschillende sociale posities van die persoon,
dus aan zijn positieset!!
1
, - Statuscongruentie of –consistentie
à = samenhang in verschillende statussen van een persoon.
Bv: Hoog opleidingsniveau, hoog inkomen, hoge beroepsstatus.
- Statusincongruentie of –inconsistentie
à = statussen die niet met elkaar in overeenstemming zijn.
à Nemen ongelijke posities in op verschillende domeinen of rangordes.
Bv: Vuilnisophaler wordt lid van een golfclub of ouders met diploma hoger onderwijs
sturen kinderen zelden naar beroepsonderwijs.
1.Statussymbolen
= Uiterlijke tekenen van iemands werkelijke of gewenste status
Communicatiemiddel, want voordelig
Bv: mooi huis, dure auto…
2.Statusimitatie
= dure dingen kopen om zo aan de buitenwereld te tonen dat je niet in armoede leeft
= je anders voordoen aan de buitenwereld dan dat je daadwerkelijk bent
Bv: flatscreen bij armoede, vals Chanel tas kopen, instagram volgers kopen
3.Veblen-effect
= Hoe duurder hoe groter de vraag
Bv: iphone en samsung
2