Uitwerking leerdoelen medische
kennis 2.1
Bijeenkomst 1: cardiologie 1 – vaatlijden
Literatuur: anatomie en fysiologie H13, pathologie voor verpleegkundigen H6 (paragraaf 6.1
t/m 6.5, 6.4 alleen perifeer arterieel vaatlijden en aneurysma
1. De anatomie en fysiologie van de vaten (kenmerken en functies) beschrijven.
Arteriën Slagaders, vervoeren bloed naar de organen van het lichaam.
- Dikke bloedvatwand met veel elastische vezels en glad spierweefsel
1. Elastische arteriën
- Longslagader, aorta en grote vertakkingen.
- Bevatten meer elastische vezels dan gladde spiercellen waardoor deze arteriën
drukveranderingen kunnen opvangen
o Ventriculaire systole snelle stijging bloeddruk door extra bloed dat in
de bloedsomloop wordt gestuwd, elastische arteriën worden uitgerekt en
de diameter neemt toe.
o Ventriculaire systole bloeddruk daalt, diameter neemt af naar de
normale toestand.
2. Musculeuze arteriën
- Vervoeren bloed naar skeletspieren en inwendige organen.
- Bevatten meer glad spierweefsel en minder elastische vezels dan een elastische
arterie.
- Diameter verandert als reactie op plaatselijke omstandigheden zoals lage
zuurstofconcentratie of op sympathische of endocriene signalen. Door
veranderingen in de diameter veranderen de bloeddruk en de stroomsnelheid
door de desbetreffende weefsels.
Arteriolen Vertakkingen van arteriën, voeren bloed aan naar capillairen.
- Diameter verandert als reactie op plaatselijke omstandigheden zoals lage
zuurstofconcentratie of op sympathische of endocriene signalen. Door
veranderingen in de diameter veranderen de bloeddruk en de stroomsnelheid
door de desbetreffende weefsels.
Capillairen Haarvaten, belangrijke functie:
- Uitwisseling van stoffen en gassen tussen bloed en de interstitiële vloeistof via de
capillairwanden
o Wanden zijn dun, hierdoor is de diffusieafstand klein en kan de
uitwisseling snel plaatsvinden
o Door de kleine diameter is er voldoende tijd voor diffusie of actief
transport van stoffen door capillairwanden
1
kennis 2.1
Bijeenkomst 1: cardiologie 1 – vaatlijden
Literatuur: anatomie en fysiologie H13, pathologie voor verpleegkundigen H6 (paragraaf 6.1
t/m 6.5, 6.4 alleen perifeer arterieel vaatlijden en aneurysma
1. De anatomie en fysiologie van de vaten (kenmerken en functies) beschrijven.
Arteriën Slagaders, vervoeren bloed naar de organen van het lichaam.
- Dikke bloedvatwand met veel elastische vezels en glad spierweefsel
1. Elastische arteriën
- Longslagader, aorta en grote vertakkingen.
- Bevatten meer elastische vezels dan gladde spiercellen waardoor deze arteriën
drukveranderingen kunnen opvangen
o Ventriculaire systole snelle stijging bloeddruk door extra bloed dat in
de bloedsomloop wordt gestuwd, elastische arteriën worden uitgerekt en
de diameter neemt toe.
o Ventriculaire systole bloeddruk daalt, diameter neemt af naar de
normale toestand.
2. Musculeuze arteriën
- Vervoeren bloed naar skeletspieren en inwendige organen.
- Bevatten meer glad spierweefsel en minder elastische vezels dan een elastische
arterie.
- Diameter verandert als reactie op plaatselijke omstandigheden zoals lage
zuurstofconcentratie of op sympathische of endocriene signalen. Door
veranderingen in de diameter veranderen de bloeddruk en de stroomsnelheid
door de desbetreffende weefsels.
Arteriolen Vertakkingen van arteriën, voeren bloed aan naar capillairen.
- Diameter verandert als reactie op plaatselijke omstandigheden zoals lage
zuurstofconcentratie of op sympathische of endocriene signalen. Door
veranderingen in de diameter veranderen de bloeddruk en de stroomsnelheid
door de desbetreffende weefsels.
Capillairen Haarvaten, belangrijke functie:
- Uitwisseling van stoffen en gassen tussen bloed en de interstitiële vloeistof via de
capillairwanden
o Wanden zijn dun, hierdoor is de diffusieafstand klein en kan de
uitwisseling snel plaatsvinden
o Door de kleine diameter is er voldoende tijd voor diffusie of actief
transport van stoffen door capillairwanden
1