De manier waarop de mens communiceert en communicatieve handelingen interpreteert
wordt bepaalt door zijn culturele achtergrond.
Cultuur met een kleine c: beschaving:
- schilderkunst
- literatuur
- muziek
- theater
- dans
- architectuur
Cultuur met een grote C:producten van kunst en wetenschap waarin een land zich
onderscheidt van andere landen. Bijvoorbeeld:
- De Nederlandse gouden eeuw
- Rembrandt
• In engere zin ‘beschaving’: kunst, wetenschap, onderwijs (cultuur met een grote
C)
• In bredere - antropologische - zin:
‘de collectieve programmering van de menselijke geest die de leden van één
groep of categorie mensen onderscheidt van die van andere groepen’ (cultuur met
een kleine c)
In de antropologie en de sociologie wordt het begrip cultuur in een andere btekenis
gebruikt, de betekenis die wij cultuur met een kleine c noemen.
Definitie van Hofstede en Hofstede: ‘de collectieve mentale programmering die de leden
van één groep of categorie mensen onderscheidt van die van andere’.
Geertz: ‘systems of shared meanings or understandings’.
In de mentale programmering van de mens zijn er 3 niveaus:
1. De menselijke natuur: universeel, aangeboren
2. Cultuur: Specifiek voor een groep, aangeleerd
3. Persoonlijkheid: Individu, aangeboren en aangeleerd
, Het ui-diagram: cultuuruitingen van oppervlakkig naar diep (Hofstede en Hofstede)
symbolen
helden
rituelen
waarden
en
i jk
pr akt
Culturele verschillen manifesteren zich in 4 aspecten:
Praktijken: wat we doen, hoe we iets doen:
- symbolen
- helden
- rituelen
Waarden: waarom we iets doen
Deze aspecten worden laten zien in een ui- diagram. Hoe meer een aspect aan de
oppervlakte van dit diagram zit, des te oppervlakkiger het is en des te makkelijker het
door andere culturen kan worden overgenomen.
Symbolen:
- vlag en wapen van een cultuur
- kleding
- gebaren
- taalgebruik
- voedsel en drank
Helden: Bijv. personen uit de geschiedenis
Rituelen: Ramadan, Koninginnedag
Waarden: Manier van denken en visie op de wereld die bij een cultuur hoort.