Dierengedrag
Inleiding
1. Watis
gedrag
gedrag is heel divers, soms
-
ookcomplex -> e nkel
niet langs buiten waarneembaar
reflex=
-
Simpelste vor m van
gedrag
3
prikkel via afferentn e u ro n naar het
ruggenmerg en dan naar efferente neuron
-
gedrag = onder invloed van zenuwstelsel
&
gestuurd vanuitautonoom en perifeer zenuwstelsel
3
prikkel over neuronen t
vrystelling neurotransmittors
3
serotonine lager bijh onden agressie verlatingsangst
=
met en
2. Ethologie
=biologische Studie van
dierengedrag
3 ethos'
gewoonte, aard, nor m
=
↳
Yogos' leer
=
-Charles Darwin
3 Fundamentele moderne
invloed ontwikkeling
op van ethologie
Oskar
-
Heinroth
3 dieren in vrije natuur
4
bestudeerd zichtbaar gedrag
Beschrijvende ethologie
-
↳
ethogram inventaris
=
van alle gedragselementen van een diersoort
3
expirimenteel ethogram Specifiekgemaakto m =
te
gebruiken voor experimenten
vergelijkende ethologie
-
=vergeliken van
gedrag van verschillende diersoorten
-Experimentele ethologie
3 N. en
Tinbergen vragen
->
waardoor wordthetgedrag veroorzaakt (Causaliteit)
vide
->
watis de functie van hetgedrag
~Hoe ontwikkelthetgedrag zich ontogen
en
->
Hoe is hetgedrag fylogenetisch
3 evolutie van waar een gedrag afkomstig is en hoe hetveranderd
,ub:onderzoek zilvermeeuwen
-
kuiken piktn a a r rode vlek op Snavel van ouder
↳ voedsel wordt
uitgebraakt
-
onderzoek = verschillende kleuren en vlekken
3 wordtmeest rood
haar gepikt
4
welbepaalde prikkel roeptwelbepaalde
reactie op ->
Sleutelprikkel Sign =
stimulus
-
↳
Supranormale prikkel prikkel =
die gedrag beter uitloktdan de normale, natuurlijke sleutelprikkel
=>
supranormale stimuli overdreven
=
prikkels die in de natuur niet te vinden zin en een Sterkere
reactie oproepen dan natuurlijke prikkel
3
K. Lorenz
->
inprenting moederdier inprenten en
volgen
=
->
Seksuele partnerkeuze lookinprentens
->
kenmerken:
sensibele periode
-
Irreversibiliteit
-
->
Socialisatie (Soortv a n imprenten)
Cognitieve ethologie
-
dieren
-
wat denken en voelen
ethologische kennis toepassen
-
↳>
dierenwelzijn-welzijnsinschatting
3
optimaliseren productie
3
gedragscontrole
3
ongewenste n abnormaal gedrag
4 mens-dier Interactie
, Communicatie
1. Defenitie
Communicatie wanneer een dier reageertopde signalen die worden uitgezonden door een ander dier
=
-wanneer een dier reageerto p de signalen die worden uitgezonden door een ander dier en ze
hieruiteen wederzijds voordeel halen
3 Informatie Overdracht-
->
respons
vb:Wenkkrab
->
grote Schaar
->
wuivende beweging:
-
balts (dans voor
voortplanting)
-Agonistische Interacties
vb:mieren
volgen voedsel
geurspoor
~ om te vinden
wordt andere mieren (feromonen) communicatie
achtergelaten door
=
2. Voorwaarden
Fitness4=voortplantingssucces
e
zender produceertsignaal (functie-doel)
-
-
Ontvanger vangtsignaal op zintuigen
met
-reactor
reageertm e trespons
respons heeftbiologische betekenis
-
voor ac tor en reac tor
wederzijds
=>
voordeel
3. functies
Herkenning
-
Alarm Slaan
-
verstevigen sociale banden
-
-
voedsel overdracht
-
Aanzetten tot gezamelijk gedrag
, 4. Soorten
Intraspecifieke communicatie
-Communicatie tussen dieren van zelfde soort
Interspecifieke communicatie
=communicatie tussen verschillende soorten
5. Signalen
Sommige hebben dezelfde betekenis veel diersoorten
-
voor
3
liktop elkaar
-Sommigen lijken op elkaar maar hebben een andere betekenis
angst lach
↑ ↑
mimic grin=
onderdanige grijns
willen aangeven
-
datze niets kwaad
willen doen kalmerend signaal
=
↓Belangrijk om signalen goed te kunnen interpreteren
->
antropomorfiseren van signalen vermijden
->
contextmeenemen!
likken
-
aan mondhoeken:
->
onderdanigheidssignaal
->
begroetingssignaal
e
byouders:voedsel opbraken
waardoor jong
het kan eten
Inleiding
1. Watis
gedrag
gedrag is heel divers, soms
-
ookcomplex -> e nkel
niet langs buiten waarneembaar
reflex=
-
Simpelste vor m van
gedrag
3
prikkel via afferentn e u ro n naar het
ruggenmerg en dan naar efferente neuron
-
gedrag = onder invloed van zenuwstelsel
&
gestuurd vanuitautonoom en perifeer zenuwstelsel
3
prikkel over neuronen t
vrystelling neurotransmittors
3
serotonine lager bijh onden agressie verlatingsangst
=
met en
2. Ethologie
=biologische Studie van
dierengedrag
3 ethos'
gewoonte, aard, nor m
=
↳
Yogos' leer
=
-Charles Darwin
3 Fundamentele moderne
invloed ontwikkeling
op van ethologie
Oskar
-
Heinroth
3 dieren in vrije natuur
4
bestudeerd zichtbaar gedrag
Beschrijvende ethologie
-
↳
ethogram inventaris
=
van alle gedragselementen van een diersoort
3
expirimenteel ethogram Specifiekgemaakto m =
te
gebruiken voor experimenten
vergelijkende ethologie
-
=vergeliken van
gedrag van verschillende diersoorten
-Experimentele ethologie
3 N. en
Tinbergen vragen
->
waardoor wordthetgedrag veroorzaakt (Causaliteit)
vide
->
watis de functie van hetgedrag
~Hoe ontwikkelthetgedrag zich ontogen
en
->
Hoe is hetgedrag fylogenetisch
3 evolutie van waar een gedrag afkomstig is en hoe hetveranderd
,ub:onderzoek zilvermeeuwen
-
kuiken piktn a a r rode vlek op Snavel van ouder
↳ voedsel wordt
uitgebraakt
-
onderzoek = verschillende kleuren en vlekken
3 wordtmeest rood
haar gepikt
4
welbepaalde prikkel roeptwelbepaalde
reactie op ->
Sleutelprikkel Sign =
stimulus
-
↳
Supranormale prikkel prikkel =
die gedrag beter uitloktdan de normale, natuurlijke sleutelprikkel
=>
supranormale stimuli overdreven
=
prikkels die in de natuur niet te vinden zin en een Sterkere
reactie oproepen dan natuurlijke prikkel
3
K. Lorenz
->
inprenting moederdier inprenten en
volgen
=
->
Seksuele partnerkeuze lookinprentens
->
kenmerken:
sensibele periode
-
Irreversibiliteit
-
->
Socialisatie (Soortv a n imprenten)
Cognitieve ethologie
-
dieren
-
wat denken en voelen
ethologische kennis toepassen
-
↳>
dierenwelzijn-welzijnsinschatting
3
optimaliseren productie
3
gedragscontrole
3
ongewenste n abnormaal gedrag
4 mens-dier Interactie
, Communicatie
1. Defenitie
Communicatie wanneer een dier reageertopde signalen die worden uitgezonden door een ander dier
=
-wanneer een dier reageerto p de signalen die worden uitgezonden door een ander dier en ze
hieruiteen wederzijds voordeel halen
3 Informatie Overdracht-
->
respons
vb:Wenkkrab
->
grote Schaar
->
wuivende beweging:
-
balts (dans voor
voortplanting)
-Agonistische Interacties
vb:mieren
volgen voedsel
geurspoor
~ om te vinden
wordt andere mieren (feromonen) communicatie
achtergelaten door
=
2. Voorwaarden
Fitness4=voortplantingssucces
e
zender produceertsignaal (functie-doel)
-
-
Ontvanger vangtsignaal op zintuigen
met
-reactor
reageertm e trespons
respons heeftbiologische betekenis
-
voor ac tor en reac tor
wederzijds
=>
voordeel
3. functies
Herkenning
-
Alarm Slaan
-
verstevigen sociale banden
-
-
voedsel overdracht
-
Aanzetten tot gezamelijk gedrag
, 4. Soorten
Intraspecifieke communicatie
-Communicatie tussen dieren van zelfde soort
Interspecifieke communicatie
=communicatie tussen verschillende soorten
5. Signalen
Sommige hebben dezelfde betekenis veel diersoorten
-
voor
3
liktop elkaar
-Sommigen lijken op elkaar maar hebben een andere betekenis
angst lach
↑ ↑
mimic grin=
onderdanige grijns
willen aangeven
-
datze niets kwaad
willen doen kalmerend signaal
=
↓Belangrijk om signalen goed te kunnen interpreteren
->
antropomorfiseren van signalen vermijden
->
contextmeenemen!
likken
-
aan mondhoeken:
->
onderdanigheidssignaal
->
begroetingssignaal
e
byouders:voedsel opbraken
waardoor jong
het kan eten