100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached 4.2 TrustPilot
logo-home
Summary

Samenvatting Economische Geografie RUG - Verplichte literatuur uitgewerkt

Rating
4.0
(1)
Sold
-
Pages
19
Uploaded on
27-11-2016
Written in
2016/2017

Alle literatuur die we hadden moeten voorbereiden voor de colleges van voor de mid-term Economische Geografie aan de RUG (Essentials of economics, key concepts in economic geography & dynamics in economic geography).

Institution
Course









Whoops! We can’t load your doc right now. Try again or contact support.

Written for

Institution
Study
Course

Document information

Uploaded on
November 27, 2016
Number of pages
19
Written in
2016/2017
Type
Summary

Subjects

Content preview

Alle voorbereiding voor de colleges voor de mid-term van Economische Geografie
- Key concepts - Dynamics – Essentials of economics

Key concepts
FIRMS
Een firma is meestal een collectie van individuen die georganiseerd zijn in een hiërarchie om
winst na te streven. Firma’s worden opgezet door startups: een of meer ondernemers.
Soorten van eigendom:
- Staatseigendom
- Publiek-privaat eigendom; aandelen worden genoteerd en verhandeld op een beurs.
- Privéondernemingen: aandelen worden niet verhandeld, maar ondernemers hebben
elk hun eigen vermogen binnen de firma.
Firma’s kunnen geen prijzen bepalen, maar monopolies of oligopolies kunnen dat wel 
winst. Kleine firma’s zijn nodig in de economie om competitie te behouden en monopolies
en oligopolies tegen te gaan, maar ze bieden ook werkgelegenheid en worden daarom vaan
gesteund door de overheid. Firma’s werken vaak samen  inter-firm samenwerking 
grenzen tussen firma’s worden steeds onduidelijker door outsourcing en samenvoeging.
Firma’s ontstaan door de aanwezigheid van transactiekosten: het internaliseren van
transacties is winstgevend totdat deze de kosten van externe transacties overtreffen.
Firma’s coördineren de productie.
Multinationale corporaties (MNCs) verwijzen naar rechtspersonen die productie en dienst
functies bezitten in meer dan 1 land. MNCs bestaan omdat horizontale en verticale
integratie van functies leidt tot kostvoordelen: minimalieren van transactiekosten door
functies te internaliseren. Outsourcing naar lagelonenlanden.

INDUSTRIAL LOCATION
Von Thünen ontwikkelde een model waarin hij liet zien dat er verschil zit in landgebruik,
gebaseerd op afstand tot de markt. Aannames in het model:
1. Er is een geïsoleerde staat met één centrale stad, omringd door agricultureel land.
2. Boeren willen winst maximaliseren en hebben allemaal dezelfde productiekosten en
marktprijzen.
3. Transport kosten veranderen per afstand.
Alfred Weber: laagste-kosten locatie theorie: het zoeken van de goedkoopste locatie voor
productie. Gelegen tussen de grondstoffen en de markt. De laagste kosten locatie wordt dan
afgeleid van de transport kosten van grondstoffen en die van de afgeronde producten.
Fabrieken zijn winstgevender als ze agglomereren.
August Lösch definieerde optimale locaties als punten waar het verschil tussen totale
opbrengsten en totale kosten het grootst is, en op hetzelfde moment de producent het
grootst mogelijke marktoppervlakte heeft. Steden zijn superposities van verschillende
marktoppervlaketen.
Er zijn 3 verlengingen in de huidige locatie theorie:
- Locatie is heropgeleefd.
- Economische herstructurering in de 1970s leidde tot interesse in een meer
structurele aanpak betreffend locatie.
- Economische geografen hebben verschillende studies afgeleid die de patronen van
buitenlandse investeringen en locatiegerichte keuzes van multinationale
ondernemingen beter proberen te begrijpen.

, STATE
De staat speelt een belangrijke rol in het structureren van economische en industriële
ontwikkeling. Er zijn 2 perspectieven op de staat in de economische geografie:
 De staat als een economische machthebber die intervenieert om marktfouten op te
lossen en om economische processen te begeleiden.
 De staat als onafscheidelijk van het kapitalistische systeem en de geografische
context.
Glassman en Samatar beschrijven 3 perspectieven:
1. Liberaal-pluralistisch: zien de staat als afzonderlijk van economische instellingen en
daarom in staat om neutraal na te denken over de verdeling van middelen, de
voorziening van infrastructuur en andere staatfuncties.
2. Marxisten: zien de staat niet als neutraal. De staat is een institutie wiens acties het
eens zijn met de kapitalistische gedachte: oneerlijke verdeling en uitbuiting van
werkkracht.
3. Neo-weberiaans: middenpositie. De staat als een hulpmiddel dat verbonden is met
sociaaleconomische instellingen, maar dat wel onafhankelijk kan handelen om non-
economische problemen aan te kaarten.
Er zijn 4 variaties op het kapitalisme:
- Welzijnsstaten. De marktwerking wordt beheerd door verzachtende effecten van
conjuncturele neergang, het maximaliseren van de werkgelegenheid en behoud van
belastinginkomsten. Deze staten maken gebrik van monetair fiscaal beleid om eco
groei te ondersteunen en de verdeling van rijkdom eerlijk te maken.
- Ontwikkelende staten grijpen in op de binnenlandse industrie met als doel het
bevorderen van exportmarkten, met strenge controle op import.
- Socialistische staten worden intensief gecontroleerd om politieke macht te
centraliseren, om sociale klasse verschillen te verminderen en om zelfvoorzienende
economieën te creëren.
- Neoliberale staten gaan voor een laissez-faire aanpak ten opzichte van sociale en
economische vraagstukken.
3 vormen van overeenkomsten
 Double-taxation treaties DTT; deze voorkomen dat mensen of bedrijven in 2 landen
worden belast op dividenden of winsten.
 Bilateral investment treaties BIT; deze streven ernaar om investeringsstromen te
verbeteren en de veiligheid van investeren tussen 2 landen te verbeteren.
 Preferential trade and investment treaties PTIA; streven ernaar om meer
economische coördinatie te verkrijgen, en markttoegang voor alle deelnemende
landen.
Alle staten werken op verschillende schaalniveaus; stedelijk, regionaal, nationaal. Daarbij
streven staten ernaar om hun macht en legitimiteit te vergroten. De territoriale strategieën
worden zowel formeel als informeel uitgevoerd en creëren de sociaaleconomische
omstandigheden die industriële en regionale ontwikkelen beïnvloeden.

INDUSTRIAL CLUSTERS
Industriële agglomeraties zijn geografische concentraties van economische activiteiten. Deze
agglomeraties worden gezien als effecten van de economische besparingen die mogelijk
gemaakt werden door verlaging van de gemiddelde productiekosten als een gevolg van
ruimtelijke nabijheid.

Reviews from verified buyers

Showing all reviews
7 year ago

4.0

1 reviews

5
0
4
1
3
0
2
0
1
0
Trustworthy reviews on Stuvia

All reviews are made by real Stuvia users after verified purchases.

Get to know the seller

Seller avatar
Reputation scores are based on the amount of documents a seller has sold for a fee and the reviews they have received for those documents. There are three levels: Bronze, Silver and Gold. The better the reputation, the more your can rely on the quality of the sellers work.
susanjaspers Rijksuniversiteit Groningen
Follow You need to be logged in order to follow users or courses
Sold
101
Member since
9 year
Number of followers
67
Documents
28
Last sold
10 months ago

3.3

21 reviews

5
1
4
10
3
5
2
4
1
1

Recently viewed by you

Why students choose Stuvia

Created by fellow students, verified by reviews

Quality you can trust: written by students who passed their tests and reviewed by others who've used these notes.

Didn't get what you expected? Choose another document

No worries! You can instantly pick a different document that better fits what you're looking for.

Pay as you like, start learning right away

No subscription, no commitments. Pay the way you're used to via credit card and download your PDF document instantly.

Student with book image

“Bought, downloaded, and aced it. It really can be that simple.”

Alisha Student

Frequently asked questions