Begrippen - evolutie v/d geosfeer
https://quizlet.com/be/411575197/aardrijkskunde-geo-flash-cards/
Wat is een geografische streek?
Geografische streek
= gebied die als afzonderlijk kan beschouwd worden o.b.v het reliëf, bodemsoort & manier
waarop dit de lokale samenleving beïnvloedt.
Verwering
= losmaken, afbreken & oplossen van een stuk gesteente.
Erosie
= geheel van verwering, transport & afzetting (of sedimentatie).
Exogene processen
= veranderingen in het reliëf door krachten binnenin de aarde.
Endogene processen
= processen die zich afspelen binnenin de aardkorst.
Mechanische verwering
= verpulveren, vergruizen of losslaan van een stuk gesteente ter grootte van een korrel.
Vorstverwering
= ijs zet uit in poreuze gesteenten of in barsten.
Vb. puimsteen, leisteen, kalksteen, …
Hydratatie
= kleimineralen in afzettingsgesteenten kunnen bij regen water opnemen. Kleilagen zijn
evenwijdig met elkaar waardoor deze kunnen zwellen bij opname van water. Zo ontstaan
scheuren in het gesteente.
Corrasie
= fragmenten van gesteenten die zijn losgekomen na verwering kunnen tegen elkaar of
tegen een onverweerde rots botsen. Dan worden de fragmenten vergruist of er worden
nieuwe fragmenten losgeslagen/losgescheurd & getransformeerd.
Eolische verwering
= erosie door de wind.
Chemische verwering
= vorm van verwering waarbij een gesteente chemisch wordt opgelost.
Karstverschijningen
= verzameling van deze verweringsvormen.
https://quizlet.com/be/411575197/aardrijkskunde-geo-flash-cards/
Wat is een geografische streek?
Geografische streek
= gebied die als afzonderlijk kan beschouwd worden o.b.v het reliëf, bodemsoort & manier
waarop dit de lokale samenleving beïnvloedt.
Verwering
= losmaken, afbreken & oplossen van een stuk gesteente.
Erosie
= geheel van verwering, transport & afzetting (of sedimentatie).
Exogene processen
= veranderingen in het reliëf door krachten binnenin de aarde.
Endogene processen
= processen die zich afspelen binnenin de aardkorst.
Mechanische verwering
= verpulveren, vergruizen of losslaan van een stuk gesteente ter grootte van een korrel.
Vorstverwering
= ijs zet uit in poreuze gesteenten of in barsten.
Vb. puimsteen, leisteen, kalksteen, …
Hydratatie
= kleimineralen in afzettingsgesteenten kunnen bij regen water opnemen. Kleilagen zijn
evenwijdig met elkaar waardoor deze kunnen zwellen bij opname van water. Zo ontstaan
scheuren in het gesteente.
Corrasie
= fragmenten van gesteenten die zijn losgekomen na verwering kunnen tegen elkaar of
tegen een onverweerde rots botsen. Dan worden de fragmenten vergruist of er worden
nieuwe fragmenten losgeslagen/losgescheurd & getransformeerd.
Eolische verwering
= erosie door de wind.
Chemische verwering
= vorm van verwering waarbij een gesteente chemisch wordt opgelost.
Karstverschijningen
= verzameling van deze verweringsvormen.