Werkgroepleren
Chemische plaquebeheersing
Benoemt:
In welke verschijningsvormen CHX gebruikt kan worden en in welke percentages CHX
hierin verwerkt is.
- Spoelmiddel
- Gel
- Vernis (lak)
- Spray
- Tandpasta
0,20%: bij ANUG/ANUP (acute en necrotiserende vormen van gingivitis of parodontitis).
0,12%: bij/na initiële behandeling en tijdens antibioticumkuur.
0,05%: voor langdurig gebruik waarbij normaal poetsen niet mogelijk is.
De neveneffecten van CHX.
Chloorhexidine heeft een aantal bijwerkingen dat het ongeschikt maakt voor langdurig
gebruik:
- Verkleuring van tanden, laesies, slijmvlies, tong en vullingen
- Vieze smaak
- Verlies van smaaksensatie
- Roodheid, zwelling en pijnlijke desquamatie van slijmvliezen, mogelijk gepaard
gaande met branderig gevoel
- Zwelling van parotis (zelden)
De chloorhexidineconcentratie kan verlaagd worden zodat het optreden van hinderlijke
bijwerkingen afneemt. Het product wordt dan wel minder effectief.
Beschrijft:
De werking van Chloorhexidine (CHX).
Chloorhexidine is het meest effectieve antimicrobiële middel dat kan worden toegepast
als aanvulling op mechanische plaqueverwijdering (poetsen, stokeren etc.). De grotere
effectiviteit in vergelijking met andere antimicrobiële wordt niet veroorzaakt door een
groter antimicrobieel vermogen, maar door het feit dat chloorhexidine relatief lang in
de mond achterblijft.
,Het is positief geladen en hecht daardoor aan de negatief geladen oppervlakken in de
mond, zoals glazuur, dentine en mucosa. Het hecht ook aan bacteriën en beschadigt
daarmee de celwand, waardoor bacteriën hun functie verliezen. Als chloorhexidine zelf
de cel binnendringt, gaat de bacterie dood.
In lage concentraties werkt CHX bacteriostatisch -> voorkomt dat het zich kan
vermenigvuldigen.
In hoge concentraties werkt CHX bactericide -> doodt de bacterie.
Gram-positieve bacteriën zijn gevoeliger voor chloorhexidine dan gram-negatieve
bacteriën. Mutans-streptokokken zijn relatief gevoelig. Lactobacillen zijn minder
gevoelig en overleven concentraties die bactericide zijn voor mutans-streptokokken.
Streptococcus sanguis, die zich als eerste vestigt bij plaquevorming, is weer minder
gevoelig dan lactobacillen.
Legt uit:
Wanneer CHX-gebruik geïndiceerd is.
- Na kaakchirurgie en parodontale chirurgie en na een trauma als normale
mondhygiëne niet mogelijk is.
- Bij acute necrotiserende gingivitis (ANG) of parodontitis wanneer normale
mondhygiëne te pijnlijk is.
- Voor de bestrijding van wortelcariës (bijv. bij bestralingspatiënten of tijdens de
nazorg van patiënten met veel recessie als gevolg van parodontale behandeling.
- Bij motorisch of verstandelijk gehandicapten die niet zelfstandig in staat zijn hun
mondhygiëne te betrachten (spray toedienen).
- Als een (grof) diagnosticum bij twijfels over de etiologie van een aandoening in
de mondholte. Door CHX te gebruiken kan worden vastgesteld of de aandoening
een microbiële oorzaak heeft.
, Mondspoelmiddelen
Benoemt:
De antibacteriële componenten in mondspoelmiddelen en de werking daarvan.
We onderscheiden tal van antibacteriële componenten:
- Antiseptica: inhiberen de plaquegroei door rechtstreeks de bacteriën te doden
of hun groei en/of adhesie te inhiberen.
- Bisguanide: in chloorhexidine
- Fenolen: in Listerine
- Antibiotica: inhiberen de plaquegroei door de bacteriën te doden of hun groei
te inhiberen.
- Enzymen: verstoren de matrix van de plaque.
- Niet-enzymatische, denaturerende agentia (detergentia): kunnen de
structuur van de plaque of de metabolische activiteit van de bacteriën
veranderen en zodoende minder pathogeen maken.
De werking van antiseptica (bis-guanine fenolen) in mondspoelmiddel.
Chloorhexidine is een antisepticum, het is een synthetisch product dat behoort tot de
kationische bis-biguaniden.
- Antiseptica: inhiberen de plaquegroei door rechtstreeks de bacteriën te doden
of hun groei en/of adhesie te inhiberen.
- Bisguanide: in chloorhexidine
- Fenolen: in Listerine
Chemische plaquebeheersing
Benoemt:
In welke verschijningsvormen CHX gebruikt kan worden en in welke percentages CHX
hierin verwerkt is.
- Spoelmiddel
- Gel
- Vernis (lak)
- Spray
- Tandpasta
0,20%: bij ANUG/ANUP (acute en necrotiserende vormen van gingivitis of parodontitis).
0,12%: bij/na initiële behandeling en tijdens antibioticumkuur.
0,05%: voor langdurig gebruik waarbij normaal poetsen niet mogelijk is.
De neveneffecten van CHX.
Chloorhexidine heeft een aantal bijwerkingen dat het ongeschikt maakt voor langdurig
gebruik:
- Verkleuring van tanden, laesies, slijmvlies, tong en vullingen
- Vieze smaak
- Verlies van smaaksensatie
- Roodheid, zwelling en pijnlijke desquamatie van slijmvliezen, mogelijk gepaard
gaande met branderig gevoel
- Zwelling van parotis (zelden)
De chloorhexidineconcentratie kan verlaagd worden zodat het optreden van hinderlijke
bijwerkingen afneemt. Het product wordt dan wel minder effectief.
Beschrijft:
De werking van Chloorhexidine (CHX).
Chloorhexidine is het meest effectieve antimicrobiële middel dat kan worden toegepast
als aanvulling op mechanische plaqueverwijdering (poetsen, stokeren etc.). De grotere
effectiviteit in vergelijking met andere antimicrobiële wordt niet veroorzaakt door een
groter antimicrobieel vermogen, maar door het feit dat chloorhexidine relatief lang in
de mond achterblijft.
,Het is positief geladen en hecht daardoor aan de negatief geladen oppervlakken in de
mond, zoals glazuur, dentine en mucosa. Het hecht ook aan bacteriën en beschadigt
daarmee de celwand, waardoor bacteriën hun functie verliezen. Als chloorhexidine zelf
de cel binnendringt, gaat de bacterie dood.
In lage concentraties werkt CHX bacteriostatisch -> voorkomt dat het zich kan
vermenigvuldigen.
In hoge concentraties werkt CHX bactericide -> doodt de bacterie.
Gram-positieve bacteriën zijn gevoeliger voor chloorhexidine dan gram-negatieve
bacteriën. Mutans-streptokokken zijn relatief gevoelig. Lactobacillen zijn minder
gevoelig en overleven concentraties die bactericide zijn voor mutans-streptokokken.
Streptococcus sanguis, die zich als eerste vestigt bij plaquevorming, is weer minder
gevoelig dan lactobacillen.
Legt uit:
Wanneer CHX-gebruik geïndiceerd is.
- Na kaakchirurgie en parodontale chirurgie en na een trauma als normale
mondhygiëne niet mogelijk is.
- Bij acute necrotiserende gingivitis (ANG) of parodontitis wanneer normale
mondhygiëne te pijnlijk is.
- Voor de bestrijding van wortelcariës (bijv. bij bestralingspatiënten of tijdens de
nazorg van patiënten met veel recessie als gevolg van parodontale behandeling.
- Bij motorisch of verstandelijk gehandicapten die niet zelfstandig in staat zijn hun
mondhygiëne te betrachten (spray toedienen).
- Als een (grof) diagnosticum bij twijfels over de etiologie van een aandoening in
de mondholte. Door CHX te gebruiken kan worden vastgesteld of de aandoening
een microbiële oorzaak heeft.
, Mondspoelmiddelen
Benoemt:
De antibacteriële componenten in mondspoelmiddelen en de werking daarvan.
We onderscheiden tal van antibacteriële componenten:
- Antiseptica: inhiberen de plaquegroei door rechtstreeks de bacteriën te doden
of hun groei en/of adhesie te inhiberen.
- Bisguanide: in chloorhexidine
- Fenolen: in Listerine
- Antibiotica: inhiberen de plaquegroei door de bacteriën te doden of hun groei
te inhiberen.
- Enzymen: verstoren de matrix van de plaque.
- Niet-enzymatische, denaturerende agentia (detergentia): kunnen de
structuur van de plaque of de metabolische activiteit van de bacteriën
veranderen en zodoende minder pathogeen maken.
De werking van antiseptica (bis-guanine fenolen) in mondspoelmiddel.
Chloorhexidine is een antisepticum, het is een synthetisch product dat behoort tot de
kationische bis-biguaniden.
- Antiseptica: inhiberen de plaquegroei door rechtstreeks de bacteriën te doden
of hun groei en/of adhesie te inhiberen.
- Bisguanide: in chloorhexidine
- Fenolen: in Listerine