100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached 4.2 TrustPilot
logo-home
Summary

Samenvatting NTI MBO4 Onderwijsassistent Kind in ontwikkeling

Rating
-
Sold
-
Pages
41
Uploaded on
27-03-2023
Written in
2020/2021

Grote, uitgebreide samenvatting uit twee boeken: Pedagogisch werk 1: Thema 1: observatiemethoden Thema 2: fundamenten van ontwikkeling Thema 3: ontwikkeling van 0 tot 23 Thema 5: stimuleren van ontwikkeling Thema 6: taalontwikkeling Thema 10: achterstanden en stoornissen Thema 11: problemen bij het leren Thema 12: begeleidingsmethodieken Thema 15: opvoedmethoden Thema 19: kinderparticipatie Methodiek en begeleiden voor pedagogisch werk: Thema 1: methodisch handelen en doelgericht werken Thema 4: signaleren en observeren De samenvatting bevat precies het detailniveau dat benodigd is voor het digitale examen. Dit vak valt onder de basisopleiding onderwijsassistent.

Show more Read less
Institution
Course











Whoops! We can’t load your doc right now. Try again or contact support.

Connected book

Written for

Institution
Study
Course

Document information

Summarized whole book?
No
Which chapters are summarized?
Unknown
Uploaded on
March 27, 2023
Number of pages
41
Written in
2020/2021
Type
Summary

Subjects

Content preview

KIND IN ONTWIKKELING
Pedagogisch werk 1
Thema 1: OBSERVATIEMETHODEN
Reguliere observatie: observeren om gegevens te verzamelen over de ontwikkeling van
een kind, zonder dat er aanleiding is. De observaties worden gebruikt voor de opbouw van het
kindvolgsysteem.
Kindvolgsysteem: informatiesysteem waarin je gegevens vastlegt over de ontwikkeling,
mogelijkheden en behoeften van kinderen.
Informatie uit reguliere observaties heeft als doel:
- Zoveel mogelijk informatie verzamelen over de kinderen en de groep;
- Kunnen inspelen op individuele behoeftes van een kind;
- Inzicht krijgen in de beste benadering van een kind of een groep;
- Informatie verzamelen om de ouders te kunnen informeren over de ontwikkeling van
hun kind;
- Teams inzicht geven in het welbevinden van hun groep en hun individuele kinderen.
Longitudinale observatie: kind wordt gedurende een lange periode gevolgd.
Cross-sectional observatie: meerdere kinderen tegelijk observeren op hetzelfde onderdeel.
Je maakt gebruik van een observatieformulier.
Observeren bij kinderen op verschillende gebieden:
1. Zelfredzaamheid: het vermogen om zelfstandig dagelijkse handelingen uit te voeren:
naar wc gaan.
2. Weerbaarheid: het vermogen van een kind om voor zichzelf op te komen en hoe het
zich handhaaft in een groep.
3. Creativiteit: manier waarop een kind experimenteert met dingen en hoe het ontdekt op
welke manier het kan omgaan met materiaal en zijn omgeving.
4. Taalontwikkeling: kijken naar de woordenschat en zinsbouw van een kind. Ook de
uitspraak van bepaalde klanken.
5. Spelgedrag: kijken naar de manier waarop een kind met andere kinderen omgaat.
Samen of naast elkaar spelen. Is het spelgedrag passend voor de leeftijd van het kind.
6. Motoriek: kijken naar fijne en grove motoriek van het kind.
a. Grove motoriek: ontwikkeling van grove bewegingen: lopen, kruipen en rollen;
b. Fijne motoriek: kleinere bewegingen: knippen met schaar, veters strikken.
Veelgebruikte observatiemethoden:
1. Focus op kinderen:
Geeft informatie over de ontwikkeling en het welbevinden van kinderen.
i. Welbevinden: mate waarin je je op lichamelijk, geestelijk en sociaal gebied
goed voelt.
Methode is bedoeld voor kindercentra en naschoolse opvang en geeft handreikingen
voor:
- Beter inspelen op gedrag van een kind;
- Aandacht tussen kinderen verdelen;
- Creatief omgaan met de groep;
- Handelen en activiteiten.


1

, Werkwijze:
- 1x per jaar gedurende enkele weken observaties;
- groepsobservaties én individuele kinderen;
- globale indruk en specifieke aspecten;
- uitkomsten worden met team en ouders besproken;
- indien nodig: aanpassingen.

2. Werken aan welbevinden:
Informatie over welbevinden van kinderen in groep. Kinderen van 0-12 jaar.
Methode is bestemd voor kinderopvang, peuterspeelzaal en basisonderwijs.
Bedoeld als feedbackinstrument voor teams: Informatie over welbevinden van kinderen
in een groep. Deze informatie wordt gebruikt voor teams om in gesprek te komen met
elkaar. Kan ook worden gebruikt voor observeren van welbevinden van individuele
kinderen. Resultaten worden gebruikt voor oudergesprekken of voor het
kindvolgsysteem.
Werkwijze: Observatieformulieren en vragenlijsten. Voor de observatie begint moeten
vragenlijsten worden ingevuld door medewerkers, leerkrachten en ouders.
Punten waarop welbevinden wordt geobserveerd:
- Open/ gesloten;
- Nieuwsgierig/ afwerend;
- Levenslustig/ lusteloos;
- Tevreden/ ontevreden;
- Ontspannen/ gespannen;
- Met zelfvertrouwen/ onzeker;
- Evenwichtig/ onevenwichtig.
Gegevens worden in team besproken.
3. Ontwikkelingsvolgmodel (OVM):
Longitudinaal observatiesysteem, voor kinderen 0-13 jaar. Voor kinderopvang en
(speciaal) onderwijs. Er zijn drie versies: 0 – 4 jaar, 4 – 7 jaar, 7 – 13 jaar.
Doel is vroegsignalering: op tijd signaleren en onderkennen van problemen om in een
vroeg stadium te kunnen ingrijpen.
Observatie richt zich op allerlei aspecten van de kinderlijke ontwikkeling:
ontwikkelingslijnen met ontwikkelfasen per half jaar.
OVM is een continu observatieproces, gebruikt bij allerlei situaties, lessen en
activiteiten. Het geeft handreikingen voor:
- Diagnostisch onderzoek;
- Individuele handelingsplannen;
- Planmatig aanbod in de groep.

4. Ontluikingsvolgsysteem voor baby’s en peuters:
Gebruikt om het functioneren en de ontwikkeling van jonge kinderen zo goed mogelijk
te volgen.
Gegevens worden gebruikt voor:
- Aanbieden van passende ontwikkelingsstimulering;
2

, - Pedagogische aanpak;
- Overdracht van informatie aan basisonderwijs;
- Tijdig signaleren van problemen in de ontwikkeling van het kind.
Bestemd voor kinderen 0-4 jaar. Er bestaat een BSO-versie.
Werkwijze: ontluikingsvolgsysteem kijkt naar volgende gebieden:
- Sociaal-emotionele ontwikkeling;
- Zelfredzaamheid;
- Speel- en leerontwikkeling;
- Taalontwikkeling (Nederlands en moedertaal);
- Motoriek.
ABC-schema: als er sprake is van ongewenst gedrag kun je het gedrag in beeld
brengen aan de hand van het ABC-schema. Activating event of Antecedent (1),
Behaviour (2) en Consequence (3)
1. Gebeurtenis die aanleiding is;
2. Gedrag;
3. Gevolg.
Om gedrag te veranderen eerst weten welke aanleiding bepaald gedrag oproept. Dan
die veranderen zodat ander gedrag ontstaat. Ook consequentie is bepalend; deze
bepaalt nl. of gedrag wordt versterkt, in stand wordt gehouden of juist afzwakt. Dus
aanleiding, gedrag en consequentie in kaart brengen en dan ervoor kiezen om
aanleiding of consequentie aan te passen.
5. Methode KIJK!
Doel: ontwikkeling van kinderen van 0 – 12 jaar in kaart brengen en een daarbij horend
ontwikkelingsgericht activiteitenaanbod ontwerpen. Kinderen gedurende langere tijd
observeren tijdens activiteiten: zelfgekozen of door leerkracht of pedagogisch
medewerker georganiseerd. Per ontwikkelingsaspect bepalen in welke fase een kind
zich bevindt. Gegevens per ontwikkelingsgebied en leerlijn verzamelen. 2x per jaar
digitaal verwerken.
Gebruiksmogelijkheden:
- Instrument om op groepsniveau te signaleren wat er speelt;
- Ontwikkelingsverloop van een kind volgen;
- Op individueel niveau signaleren of er bijv. achterstanden zijn in de ontwikkeling
van een kind;
- Hulpmiddel om geschikte vervolgactiviteiten te kiezen op pedagogisch,
didactisch en organisatorisch vlak;
- Leidraad bij voeren van gesprekken met ouders, collega’s en instanties die
betrokken zijn bij de begeleiding van kinderen.
Basisgegevens die worden verzameld zijn onder te verdelen in:
1. Basiskenmerken: - is kind vrij van emotionele belemmeringen?
- is kind nieuwsgierig, ondernemend, onderzoekend?
- heeft kind zelfvertrouwen en een stabiel, gezond zelfbeeld?
2. Risicofactoren: passief zijn, vermoeidheid, impulsief handelen, selectieve aandacht.
3. Betrokkenheid: in hoeverre is het kind verbonden met andere kinderen en de
pedagogisch medewerker of leerkracht. Mate van betrokkenheid geeft goede
indicatie voor de ontwikkeling van een kind.


3

, Mijlpalen in de ontwikkeling in fases van een half jaar. Ontwikkeling van het kind
vergeleken met ontwikkelingslijnen. Score -2 tot +2. Gegevens komen in een
individueel rapport. Ook evt. ontwikkelingsvoorsprong: voorsprong van een half jaar
op wat verwacht mag worden, en ontwikkelingsachterstand: achterstand van half
jaar op wat verwacht mag worden, komen in rapport. Alle individuele rapporten
opgenomen in groepsrapport. 2 á 3x per jaar registratiemodel invullen.
KIJK! Is er voor baby’s / dreumessen, peuters, groep 1-2, groep 3-4, groep 5-8 en BSO.
Er is ook een versie voor communicatie en rapportage tussen ouders en leerkracht.


Verdieping
Waarnemen is onbewust. Voorkennis maakt dat je onbewust keuzes maakt waarnaar je kijkt.
Observeren is bewust:
- een bijzondere manier van waarnemen;
- Momenten kiezen en objectief beschrijven wat je ziet om iets te weten te komen.
Video-opname kan hulpmiddel zijn.


Thema 2: FUNDAMENTEN VAN ONTWIKKELING


Verschillende aspecten leggen de basis voor een goede ontwikkeling van een kind:
fundamenten van ontwikkeling:
1. Emotionele en fysieke veiligheid
2. Uitnodigende en uitdagende omgeving
3. Mogelijkheden tot onderzoeken en experimenteren
4. Interactie
5. Samenspelen
6. Zelfvertrouwen
7. Eigenwaarde
Fysieke veiligheid: ruimte waarin het kind zich bevindt is veilig.
Emotionele veiligheid: gevoel dat kind wordt getroost en dat hij wordt beschermd;
- Goede band opbouwen met kind
- Zorgen voor structuur
Uitnodigende omgeving: Omgeving die belangstelling wekt
Uitdagende omgeving: Kind wordt gemotiveerd, er valt steeds iets nieuws te ontdekken.
Onderzoeken en experimenteren: voldoende materialen, mogelijkheden laten zien, zelf verder
op onderzoek uit.
Interactie: contact hebben met anderen, belangrijk voor ontwikkeling.
- Praten, uitleggen, proberen te begrijpen wat kinderen bedoelen.
- Door interactie leren ze samenspelen en voor zichzelf opkomen.
Samenspelen: vaardigheden als samenwerken, onderhandelen en delen.
Zelfvertrouwen en eigenwaarde: kinderen ontdekken zichzelf.
- Door interactie met de omgeving leert het wat het kan of nog niet.

4

Get to know the seller

Seller avatar
Reputation scores are based on the amount of documents a seller has sold for a fee and the reviews they have received for those documents. There are three levels: Bronze, Silver and Gold. The better the reputation, the more your can rely on the quality of the sellers work.
mvdnbersselaar Hogeschool NTI
Follow You need to be logged in order to follow users or courses
Sold
20
Member since
4 year
Number of followers
6
Documents
5
Last sold
3 weeks ago

5.0

1 reviews

5
1
4
0
3
0
2
0
1
0

Recently viewed by you

Why students choose Stuvia

Created by fellow students, verified by reviews

Quality you can trust: written by students who passed their tests and reviewed by others who've used these notes.

Didn't get what you expected? Choose another document

No worries! You can instantly pick a different document that better fits what you're looking for.

Pay as you like, start learning right away

No subscription, no commitments. Pay the way you're used to via credit card and download your PDF document instantly.

Student with book image

“Bought, downloaded, and aced it. It really can be that simple.”

Alisha Student

Frequently asked questions