Vragen en Antwoorden
• Meerkeuzevragen + antwoorden
• Open vragen + antwoordmodellen
, Oefententamen MarketingCommunicatiestrategie:
meerkeuzevragen
Hoe heet een functie die bijdraagt aan het helpen van zelfexpressie?
A. Instrumentelen functie
B. Psychosociale functie
C. Expressieve functie
D. Impressieve functie
2. Is de duur van het aankoopproces kort of lang op de consumentenmarkt? En op de zakelijke
markt?
A. Zowel op de consumentenmarkt als op de zakelijke markt kort.
B. Zowel op de consumentenmarkt als op de zakelijke markt lang.
C. Op de consumentenmarkt lang en op de zakelijke markt lang
D. Op de consumentenmarkt kort en op de zakelijke markt lang.
3. Als een producent zijn marketing vooral richt op de tussenhandel, maakt hij gebruik
van: A. Push
B. Pull
C. Beide
D. Geen van beide
4. Wat is het doel van corporate communicatie
A. Het winnen van klanten
B. Het kweken van vertrouwen door de onderneming
C. Een goede sfeer krijgen op de werkvloer
D. Het verkopen van zoveel mogelijk producten
5. Wanneer de boodschap van de zender niet hetzelfde aankomst bij de ontvanger als
uitgezonden, dan komt dit door..?
A. Een communicatiefout van de zender
B. De ontvanger heeft niet goed geluisterd/gekeken
C. Interpretatieverschil
D. Alle bovengenoemde factoren kunnen een rol spelen
6. Monopolie houdt in dat
A. Er veel kleine aanbieders zijn met producten die onderling uitwisselbaar zijn.
B. Er een product het totale aanbod en de prijs beheert.
C. Er veel aanbieder zijn
D. Er enkele aanbieders zijn
7. Volledige mededinging houdt in dat
A. Geen van de aanbieders wezenlijk invloed kan uitoefenen op de prijsvorming
B. Een producent het totale aanbod en de prijs beheert
C. Er veel invloed uitgeoefend kan worden op de prijsvorming
D. Enkele producenten het totale aanbod en de prijs beheren
8. Wat betekent oligopolievorming?