TENTAMEN INTERNATIONAAL PUBLIEKRECHT
U wordt verzocht uw collegekaart duidelijk zichtbaar op tafel te leggen.
Om de orde te behouden, mag u het eerste half uur van het tentamen niet van uw plaats komen.
Het laatste half uur van het tentamen mag u ook niet van uw plaats komen, tenzij u uw tentamen
(digitaal) heeft ingediend.
Dit tentamen bestaat uit een A-deel (25 punten) en een B-deel (60 punten) en een C deel (15
punten).
Achter elke (deel)vraag staat het aantal punten dat een beantwoording maximaal kan opleveren. In
totaal kunt u met dit tentamen 100 punten verdienen. U dient 55 punten te behalen voor een
voldoende.
Beantwoord de vragen volledig maar beperk het antwoord tot de relevante stof. Formuleer in
volledige zinnen. Onduidelijke of slordige formulering, gebruik van niet-volledige zinnen, of
toevoeging van informatie die voor het antwoord op de vraag niet relevant is kan leiden tot een
lagere beoordeling van uw antwoord.
U dient uw antwoorden te motiveren. Onderbouw, waar mogelijk, uw antwoord met een
(specifieke) verwijzing naar jurisprudentie, verdragsartikelen of andere bronnen. Het
achterwege laten van een motivering en, waar mogelijk, bronvermelding kost punten.
Voorschriften van orde
Mobiele telefoons, jassen en tassen dienen buiten de zaal te zijn opgeborgen.
Tijdens het tentamen mogen uitsluitend wetboeken (de Kluwer of SDU/Vermande) en de bundel
Jurisprudentie en documentatie internationaal publiekrecht worden geraadpleegd. In de
wetboeken, jurisprudentiebundels en/of verdragen zijn slechts toegestaan (art. 4.3.14
Examenreglement 2017-2018):
- verwijzingen naar wetsartikelen
- markeringen en onderstrepingen
- tabjes: blanco of met wetsaanduiding
Voorafgaand aan en tijdens het tentamen kan hierop worden gecontroleerd.
Woordenboeken (Engels/Nederlands/Engels) zijn ook toegestaan, zolang ook deze ‘schoon’ zijn.
Overtreding van deze voorschriften wordt beschouwd als fraude, alle zaken zullen naar de
examencommissie verwezen worden.
De datum, tijd en plaats van de nabespreking van het tentamen zullen op blackboard bekend
worden gemaakt. Ook het reglement voor nabespreking is te vinden op Blackboard.
U heeft drie uur de tijd - VEEL SUCCES.
Pagina 1 van 10 – Tentamen Internationaal Publiekrecht, 26 maart 2018
, TENTAMEN INTERNATIONAAL PUBLIEKRECHT
A-Deel
Vraag A1 (6 punten)
Stel: De non-gouvernementele organisatie (NGO) Ask Don’t Shoot (ADS) voert wereldwijd campagne
opdat rechtvaardiging van militaire maatregelen door staten in het internationale verkeer met een
beroep op zelfverdediging zoveel mogelijk wordt beperkt. In dat verband brengt ADS naar voren dat
het internationaal gewoonterechtelijke recht op zelfverdediging niet langer bestaat voor staten die
gebonden zijn aan Artikel 51 van het VN Handvest.
Hoe beoordeelt u dit argument?
Antwoord:
• Als onjuist, na codificatie blijven gewoonterechtelijke regels bestaan en
houden ook voor de verdragspartijen een aanvullend belang (RN 170)
• Nicaragua zaak (verhouding gewoonterecht-verdragen, par. 178)
Vraag A2 (8 punten)
Stel: De regio Bar-Tunia ligt in het grensgebied tussen de staten Elipte en Sotaan. Noch Elipte noch
Sotaan beschouwen het gebied als behorende tot hun grondgebied. Het gebied is in een verdrag
uit 1906 onder gezag komen te staan van Elipte, zonder dat Sotaan dat destijds betwistte, maar
de Eliptische overheid heeft zich in de afgelopen decennia niet om het gebied bekommerd. Het
droge gebied is dunbevolkt en delfstoffen zijn er niet te vinden. De in Bar-Tunia levende
nomadenvolkeren redden zich al decennia lang zelf en besluiten in hun gezamenlijk forum tot het
stichten van een eigen, zelfstandige staat Bar-Tunia.
Wat zijn de criteria op basis waarvan bepaald moet worden of Bar-Tunia een staat is?
Licht de criteria kort toe.
Antwoord:
• De kenmerken van een bestaande staat (min of meer afgebakend
grondgebied, min of meer permanente bevolking en een gezagsstructuur)
• … moeten worden beoordeeld in het licht van de aanvullende, strengere
criteria voor het ontstaan van een nieuwe staat, dat wil zeggen effectiviteit
(effectief gezag over het gebied en haar bevolking) en legaliteit (geen
schending van fundamentele regels van internationaal recht bij de
verwerving van het gebied). Tot slot zou eventueel erkenning van de staat,
of het uitblijven daarvan, een ondersteunende rol kunnen spelen.
• Extra: (zeer goede) toepassing.
Vraag A3 (11 punten)
Op 20 januari 2018 voerde de Turkse luchtmacht hevige bombardementen uit op zeker 150 doelen
in het Noord-Syrische district Afrin. Op 21 januari vielen Turkse grondtroepen het gebied binnen. Dit
was het begin van Operatie Olijftak. Binnen een week waren naar schatting ongeveer 400 Koerdische
strijders en tientallen burgers door de Turkse acties om het leven gekomen.
Pagina 2 van 10 – Tentamen Internationaal Publiekrecht, 26 maart 2018
U wordt verzocht uw collegekaart duidelijk zichtbaar op tafel te leggen.
Om de orde te behouden, mag u het eerste half uur van het tentamen niet van uw plaats komen.
Het laatste half uur van het tentamen mag u ook niet van uw plaats komen, tenzij u uw tentamen
(digitaal) heeft ingediend.
Dit tentamen bestaat uit een A-deel (25 punten) en een B-deel (60 punten) en een C deel (15
punten).
Achter elke (deel)vraag staat het aantal punten dat een beantwoording maximaal kan opleveren. In
totaal kunt u met dit tentamen 100 punten verdienen. U dient 55 punten te behalen voor een
voldoende.
Beantwoord de vragen volledig maar beperk het antwoord tot de relevante stof. Formuleer in
volledige zinnen. Onduidelijke of slordige formulering, gebruik van niet-volledige zinnen, of
toevoeging van informatie die voor het antwoord op de vraag niet relevant is kan leiden tot een
lagere beoordeling van uw antwoord.
U dient uw antwoorden te motiveren. Onderbouw, waar mogelijk, uw antwoord met een
(specifieke) verwijzing naar jurisprudentie, verdragsartikelen of andere bronnen. Het
achterwege laten van een motivering en, waar mogelijk, bronvermelding kost punten.
Voorschriften van orde
Mobiele telefoons, jassen en tassen dienen buiten de zaal te zijn opgeborgen.
Tijdens het tentamen mogen uitsluitend wetboeken (de Kluwer of SDU/Vermande) en de bundel
Jurisprudentie en documentatie internationaal publiekrecht worden geraadpleegd. In de
wetboeken, jurisprudentiebundels en/of verdragen zijn slechts toegestaan (art. 4.3.14
Examenreglement 2017-2018):
- verwijzingen naar wetsartikelen
- markeringen en onderstrepingen
- tabjes: blanco of met wetsaanduiding
Voorafgaand aan en tijdens het tentamen kan hierop worden gecontroleerd.
Woordenboeken (Engels/Nederlands/Engels) zijn ook toegestaan, zolang ook deze ‘schoon’ zijn.
Overtreding van deze voorschriften wordt beschouwd als fraude, alle zaken zullen naar de
examencommissie verwezen worden.
De datum, tijd en plaats van de nabespreking van het tentamen zullen op blackboard bekend
worden gemaakt. Ook het reglement voor nabespreking is te vinden op Blackboard.
U heeft drie uur de tijd - VEEL SUCCES.
Pagina 1 van 10 – Tentamen Internationaal Publiekrecht, 26 maart 2018
, TENTAMEN INTERNATIONAAL PUBLIEKRECHT
A-Deel
Vraag A1 (6 punten)
Stel: De non-gouvernementele organisatie (NGO) Ask Don’t Shoot (ADS) voert wereldwijd campagne
opdat rechtvaardiging van militaire maatregelen door staten in het internationale verkeer met een
beroep op zelfverdediging zoveel mogelijk wordt beperkt. In dat verband brengt ADS naar voren dat
het internationaal gewoonterechtelijke recht op zelfverdediging niet langer bestaat voor staten die
gebonden zijn aan Artikel 51 van het VN Handvest.
Hoe beoordeelt u dit argument?
Antwoord:
• Als onjuist, na codificatie blijven gewoonterechtelijke regels bestaan en
houden ook voor de verdragspartijen een aanvullend belang (RN 170)
• Nicaragua zaak (verhouding gewoonterecht-verdragen, par. 178)
Vraag A2 (8 punten)
Stel: De regio Bar-Tunia ligt in het grensgebied tussen de staten Elipte en Sotaan. Noch Elipte noch
Sotaan beschouwen het gebied als behorende tot hun grondgebied. Het gebied is in een verdrag
uit 1906 onder gezag komen te staan van Elipte, zonder dat Sotaan dat destijds betwistte, maar
de Eliptische overheid heeft zich in de afgelopen decennia niet om het gebied bekommerd. Het
droge gebied is dunbevolkt en delfstoffen zijn er niet te vinden. De in Bar-Tunia levende
nomadenvolkeren redden zich al decennia lang zelf en besluiten in hun gezamenlijk forum tot het
stichten van een eigen, zelfstandige staat Bar-Tunia.
Wat zijn de criteria op basis waarvan bepaald moet worden of Bar-Tunia een staat is?
Licht de criteria kort toe.
Antwoord:
• De kenmerken van een bestaande staat (min of meer afgebakend
grondgebied, min of meer permanente bevolking en een gezagsstructuur)
• … moeten worden beoordeeld in het licht van de aanvullende, strengere
criteria voor het ontstaan van een nieuwe staat, dat wil zeggen effectiviteit
(effectief gezag over het gebied en haar bevolking) en legaliteit (geen
schending van fundamentele regels van internationaal recht bij de
verwerving van het gebied). Tot slot zou eventueel erkenning van de staat,
of het uitblijven daarvan, een ondersteunende rol kunnen spelen.
• Extra: (zeer goede) toepassing.
Vraag A3 (11 punten)
Op 20 januari 2018 voerde de Turkse luchtmacht hevige bombardementen uit op zeker 150 doelen
in het Noord-Syrische district Afrin. Op 21 januari vielen Turkse grondtroepen het gebied binnen. Dit
was het begin van Operatie Olijftak. Binnen een week waren naar schatting ongeveer 400 Koerdische
strijders en tientallen burgers door de Turkse acties om het leven gekomen.
Pagina 2 van 10 – Tentamen Internationaal Publiekrecht, 26 maart 2018
