2) Musculoskeletale revalidatie in een bio-psychosociaal denkkader
2.1) Het proces van klinisch redeneren
Helikopter perspectief
o In en uitzoomen op specifieke punten hoofd en bijzaken
Klinische modellen
o Biomedisch model lineair verband weefselschade en pijn
o Biopsychosociaal model !! ICF, planetair model
ICF
o Anamnese + KO
o Kinesitherapeutisch evaluatie ≠ diagnose
Beeld van klacht
Herstel belemmerende en bevorderende factoren
Belasting belastbaarheid
hulpvraag
behandelstrategie = behandelplan + behandeldoelen
o Hoofddoel: samen met patiënt opstellen
o Subdoelen: vb: onderdelen van wandelen: stabiliteit, uithouding, ziekteinzicht
Per subdoel = behandelplan
o Behandeldoelen
SMART
Specifiek – meetbaar – acceptabel – realistisch – tijdsgebonden
Klinisch redeneren
o Contra indicaties: rode vlaggen
o Opstellen behandeldoelen
Hulpvraag bekijken
Zoveel mogelijk focussen op verbeteren functioneren patiënt
Opstellen subdoelen
o Behandelplan
Verschillende wegen mogelijk
Wat, hoe, waarom
Prioritair VS niet prioritair (VB: dieet, gewicht verliezen)
o Verschil tussen acuut en chronische klachten
Acuut (0-6 weken)
, Fasen weefselherstel !!
Belasting <-> belastbaarheid
Inschatten prognose (herstel belemmerend/ bevorderend)
Chronisch
Geen B en BBH
Doel: functioneren ondanks pijn
Psychosociale verandering - pijnmechanismen
Pijnmechanismen afwijkend? pijn niet betrouwbaar
o Patiënt nood aan grondige uitleg
Ziekte inzicht
Communicatie (niet eenrichting)
Samen plan opstellen
o Belang evidence based behandeling
Patiënt zelfzorg toepassen !!
2.2) Belang van percepties van patiënt en therapeut
2.2.1) percepties van de patiënt
Gele vlaggen
o Emoties, gedachten, gedrag => predictoren van resultaat
o ABCDEFW
Wat beïnvloed percepties Media / Verhalen / Reportage
model van leventhal (((laatste bol is gedrag))))
o samenhang gedachten en gedrag opletten hoe verwoorden naar patiënt !!
model Leventhal
model gebruiken om uit te leggen
o hernia niet negatief denken anders vicieuze cirkel
,ziekte percepties evalueren
vragenlijsten
o Illness perception questionnair Verkorte versie: IPQ-R KENNEN ZIE
BB
identiteit van ziekte
symptomen en relatie met pathologie
overtuigingen
tijdlijn
consequenties op dagelijkse leven
controle hoe klachten verminderen / behandel controle
(vragen of patiënt denkt dat behandeling gaat helpen
Coherentie: relaties tussen klachten
Emoties
Oorzaken
Intern en extern
Somatisch / psychologisch
In klinische praktijk brief - IPQ
o 8 vragen score op 10
o 3 openvragen met wat de belangrijkste oorzaken zijn
Anamnese
Voorbeelden IPQ
2.2.2) percepties van de zorgverlener
Therapeuten Overtuigd relatie weefselschade en pijn
, o Aanmoedigen Fysieke activiteit verminderen niet overeenstemming met
guideline
Onze percepties kunnen ook percepties patiënt beïnvloeden
2.3) Gedragsverandering binnen MSK
Percepties, beliefd en overtuigingen = motor gedrag
Therapeut
o = communicatie kanaal info aanbieden perceptie en cognitie bijstellen
o = kameleon complementair aan Pt communiceren
o = vertrouwenspersoon
Vertrouwen = therapietrouw
Gedragsverandering
o Kine begeleiden verantwoordelijk voor steun bieden + motivatie
o Patiënt = eerste verantwoordelijke
Onderzoek manier gedrags-coaching
o Educatie
Geen standaard advies ifv hulpvraag en verwachtingen
Dialoog vorm
Structuur, dosering, timing van info geven
Eenvoudige taal
o Nagaan
Verwachtingen patiënt
Patiënten geloven in nu van advies/ info?
Info duidelijk?
In Dagelijkse omgeving gesteund ?
o terugkoppeling
Stappen van gedragsverandering
Eerst: Gegevens verzamelen over situatie inschatten kennis en percepties Pt
Openstaan
Voor behandeling elk deel (info en advies ook)
Info geven als antwoord op een vraag
Voorwaarden
o Rustige omgeving + moment
o Privacy
o Gelijkwaardige gesprakssituatie maken gekleed, staan/zitten
o Ifv + benadrukken verwachtingen
o Ruimte voor vragen maken
o Aangeven wat gaan uitleggen / bespreken
o Vraag aan patiënt wat die wil bespreken
o Nagaan of Pt openstaan voor info