Leeservaring Welk boek vond je 20 punten
het leukst/minst leuk
en waarom?
De kandidaat kan beargumenteerd verslag Welk boek vind je 1= 2
het meest/minst 2= 4
uitbrengen van zijn leeservaringen. literair? 3= 6
Met welk personage 4= 8
voelde je de meeste 5= 10
verbinding of 6= 12
waarmee
identificeerde je het
7= 14
meeste? 8= 16
Welk personage riep 9= 18
vervelende 10= 20
gevoelens bij je op?
Verbanden leggen Interpretaties, diepere 20 punten
laag, boeken verbinden
De kandidaat kan aantonen dat hij de diepere
laag/achterliggende gedachte van het boek heeft 1= 2
2= 4
doorgrond.
3= 6
4= 8
5= 10
6= 12
7= 14
8= 16
9= 18
10= 20
Literaire begrippen Verklaar de titel van 30 punten
dit boek …
Motieven noemen
De kandidaat kan literaire tekstsoorten herkennen Open plekken 1= 3
Motto 2= 6
en onderscheiden, en literaire begrippen hanteren Perspectief 3= 9
in de interpretatie van literaire teksten. 4= 12
5= 15
6= 18
7= 21
8= 24
9= 27
10= 30
Poëzie Strofes en 10 punten
versregels
Rijm (eindrijm en
De kandidaat kan literaire tekstsoorten (poëzie en assonantie en
dichtvormen) herkennen en onderscheiden, en alliteratie,
rijmschema,
literaire begrippen hanteren in de interpretatie van enjambement
literaire teksten. Beeldspraak
Houding van de leerling 10 punten
De kandidaat neemt actief deel aan het gesprek
en neemt zelf initiatief om aan het gesprek deel te
nemen.
Context 10 punten
De kandidaat kan bepaalde (historische) werken in
de context van de tijd of van de schrijver plaatsen
of kan het genre koppelen.
Totaal
- 1 punt per niet ingeleverd/verwerkt boekverslag
Beoordelingsformulier SE52b mondeling literatuur naam: cijfer:
het leukst/minst leuk
en waarom?
De kandidaat kan beargumenteerd verslag Welk boek vind je 1= 2
het meest/minst 2= 4
uitbrengen van zijn leeservaringen. literair? 3= 6
Met welk personage 4= 8
voelde je de meeste 5= 10
verbinding of 6= 12
waarmee
identificeerde je het
7= 14
meeste? 8= 16
Welk personage riep 9= 18
vervelende 10= 20
gevoelens bij je op?
Verbanden leggen Interpretaties, diepere 20 punten
laag, boeken verbinden
De kandidaat kan aantonen dat hij de diepere
laag/achterliggende gedachte van het boek heeft 1= 2
2= 4
doorgrond.
3= 6
4= 8
5= 10
6= 12
7= 14
8= 16
9= 18
10= 20
Literaire begrippen Verklaar de titel van 30 punten
dit boek …
Motieven noemen
De kandidaat kan literaire tekstsoorten herkennen Open plekken 1= 3
Motto 2= 6
en onderscheiden, en literaire begrippen hanteren Perspectief 3= 9
in de interpretatie van literaire teksten. 4= 12
5= 15
6= 18
7= 21
8= 24
9= 27
10= 30
Poëzie Strofes en 10 punten
versregels
Rijm (eindrijm en
De kandidaat kan literaire tekstsoorten (poëzie en assonantie en
dichtvormen) herkennen en onderscheiden, en alliteratie,
rijmschema,
literaire begrippen hanteren in de interpretatie van enjambement
literaire teksten. Beeldspraak
Houding van de leerling 10 punten
De kandidaat neemt actief deel aan het gesprek
en neemt zelf initiatief om aan het gesprek deel te
nemen.
Context 10 punten
De kandidaat kan bepaalde (historische) werken in
de context van de tijd of van de schrijver plaatsen
of kan het genre koppelen.
Totaal
- 1 punt per niet ingeleverd/verwerkt boekverslag
Beoordelingsformulier SE52b mondeling literatuur naam: cijfer:
