Sportmanagement
Inhoud
1. Vereniging ........................................................................................................................................ 3
1.1 Een vereniging ......................................................................................................................... 3
1.2 Feitelijke vereniging ................................................................................................................. 3
1.3 VZW - vereniging zonder winstoogmerk .................................................................................. 4
1.4 Bestuursorganen...................................................................................................................... 7
1.5 Oprichten VZW ...................................................................................................................... 10
2. Vergadering ................................................................................................................................... 14
2.1. Vergadertechnieken .............................................................................................................. 14
2.1.1. Voorbereiding op een vergadering ................................................................................ 14
2.2. Hoe jezelf voorbereiden op een vergadering? ....................................................................... 15
2.3. Informeel overleg .................................................................................................................. 16
2.4. Vergadering zelf ..................................................................................................................... 16
2.5. Stemmen ............................................................................................................................... 17
2.6. The 7 habbits of Highly Effective People................................................................................ 17
3. Klassieke media.............................................................................................................................. 18
4. Nieuwe media ................................................................................................................................ 20
4.1. Betaalde media ...................................................................................................................... 20
4.2. Eigen media ........................................................................................................................... 20
4.3. Verdiende media ................................................................................................................... 20
4.4. Media Campagne ................................................................................................................... 20
5. Veiligheid ....................................................................................................................................... 21
5.1. Wetgeving .............................................................................................................................. 21
5.2. Algemene veiligheids verplichting (wet 1994) ....................................................................... 21
5.3. Actieve ontspanningsevenementen ...................................................................................... 22
5.4. Concrete bepalingen in de KB’s ............................................................................................. 22
5.5. Bendaring van het begeleidingssysteem: veiligheid en milieuzorg ........................................ 23
5.5.1. Preventie per activiteit................................................................................................... 23
5.5.2. Situatieschets ................................................................................................................. 25
5.5.3. Noodplan ....................................................................................................................... 27
5.6. Verzekeringen ........................................................................................................................ 28
6. GDPR .............................................................................................................................................. 29
7. Sportfederatie ................................................................................................................................ 31
1
, 7.1. Financiën................................................................................................................................ 33
5. Sportwerk Vlaanderen ................................................................................................................... 34
5.1. What’s in it for you? .............................................................................................................. 34
5.2. Voor wie? ............................................................................................................................... 34
5.3. Welke diensten leveren we aan? ........................................................................................... 34
5.4. Strategie................................................................................................................................. 35
5.5. Structuur ................................................................................................................................ 35
5.5.1. Vrijwilligersbeleid ........................................................................................................... 35
6. Sportdienst .................................................................................................................................... 38
6.1. Plaats van de sportdienst in het sportlandschap ................................................................... 38
6.1.1. Specifieke situatie Leuven.............................................................................................. 39
6.2. Werking van de sportdienst binnen de gemeente ................................................................. 41
6.3. De sportdienst en zijn sportpartners ..................................................................................... 42
6.4. De sportdienst en het sportaanbod ....................................................................................... 43
6.5. De sportdienst en beweeg- en sportcampagnes ................................................................... 43
6.6. De sportdienst en externe samenwerkingsverbanden .......................................................... 43
7. Examenvragen…………………………………………………………………………………………………………………………….44
2
, 1. Vereniging
Vereniging = wordt opgericht bij een overeenkomst tussen 2 of meer personen (=leden). Zij
streeft een belangeloos doel na in het kader van één of meer welbepaalde activiteiten die zij tot
voorwerp heeft. Zij mag rechtstreeks noch onrechtstreeks enig vermogensvoordeel uitkeren aan
de oprichters, leden, bestuurders of enig ander persoon behalve voor het in de statuten bepaald
belangeloos doel. Elke verrichting in strijd met dit verbod is nietig.
Feitelijke vereniging = vereniging zonder rechtspersoonlijkheid
VZW en internationale VZW = vereniging met rechtspersoonlijkheid
1.1 Een vereniging
Specifieke eigenschappen:
• Samenwerkingsovereenkomst
• Realisatie van een gemeenschappelijk niet-commercieel doel
• De vereniging heeft niet als hoofddoel: winst realiseren
• Zowel de ingebrachte als de verworven middelen, moeten dienen om het doel te realiseren
• Inzet van de leden om het doel te bereiken
• Het gelijkheidsprincipe onder de leden
• Het collectief belang van de vereniging = interesse v/d leden in de doelstellingen
1.2 Feitelijke vereniging
• Overeenkomst tussen 2 of meer natuurlijke personen met een gemeenschappelijk doel
• Geen rechtspersoonlijkheid
• Geen wettelijke regeling/ bepaling
• Geen rechten of verplichtingen
• Leden persoonlijk aansprakelijk
• “collectief eigendom” = leden doen afstand van hun recht hierop
• Opmaak van statuten met rechten en plichten van de leden
Leden:
• Toetredingsvoorwaarden vastleggen bv. alleen lid als men nog kinderen heeft die meesporten.
• Regels van bestuur vastleggen bv. eenparigheid van stemmen <-> groot aantal leden. Bv aantal
aanwezigen en gebruik van volmachten bij stemming.
• Nieuwe leden niet aansprakelijk voor verbintenissen van vroeger
• Geen onderscheid tussen effectieve- en toegetreden leden
• Belangrijkste orgaan → bestuur
Het bestuur:
• Leden stellen “orgaan” verantwoordelijk voor bestuur → “orgaan” vertegenwoordigt
vereniging
• Bestuur en commissies
3
, Inschrijven in de Kruispuntbank van ondernemingen:
• KBO = kruispuntbank van ondernemingen
• Geen formaliteiten verbonden aan de oprichting → ook geen verplichting hier in te schrijven.
Uitz: Verenigingen die btw-plichtig zijn en of een RSZ-nummer hebben
• Alleen naam en zetel vermelden
• Geen ondernemingsnummer nodig
Ontbinding:
• Bepaalde of onbepaalde duur → niet vermeld = onbepaald
• Einde: ofwel doel bereikt ofwel statutair vastgelegd
• Ontbinding: netto vermogen bestemming (omschrijving in statuten)
• 4/5de stemming
1.3 VZW - vereniging zonder winstoogmerk
Vzw = een vereniging met rechtspersoonlijkheid waarvan de leden niet verantwoordelijk
zijn voor de verbintenissen die de vereniging aangaat!
V.Z.W.:
• Eigen rechtspersoonlijkheid (dus als volledige VZW, niet persoonlijk)
• Beperkte aansprakelijkheid
• Geen eigen vermogen
Ontstaan en evolutie:
Wet van 27 juni 1921 → Hervorming Insolventierecht: 1 mei 2018 (confrontatie met schulden).
Herwerking: wet 23 maart 2019 (in werking vanaf 1 mei 2019) → Verplicht in orde tegen 1/1/2024
→ Dwingende maatregelen vanaf 1/1/2020
Herwerken Insolventierecht:
• Faillissement: wie hierin zit kan sneller heropstarten met een andere onderneming.
Bestuurdersaansprakelijkheid:
• Kleine VZW met vereenvoudigde boekhouding→ geen aansprakelijkheid van de bestuurders
• Grote VZW → bestuurders persoonlijk aansprakelijk. Uitz.: omzet minder dan €620.000
Hervormen ondernemingsrecht:
Begrip handelaar verdwijnt, nu → onderneming.
VZW = ook een onderneming!
“iedereen mag onbeperkt economische handelingen stellen”
“iedereen die dit doet is een ondernemer”
Rechtbank van koophandel → Ondernemingsrechtbank
Nu ook voor VZW
4
Inhoud
1. Vereniging ........................................................................................................................................ 3
1.1 Een vereniging ......................................................................................................................... 3
1.2 Feitelijke vereniging ................................................................................................................. 3
1.3 VZW - vereniging zonder winstoogmerk .................................................................................. 4
1.4 Bestuursorganen...................................................................................................................... 7
1.5 Oprichten VZW ...................................................................................................................... 10
2. Vergadering ................................................................................................................................... 14
2.1. Vergadertechnieken .............................................................................................................. 14
2.1.1. Voorbereiding op een vergadering ................................................................................ 14
2.2. Hoe jezelf voorbereiden op een vergadering? ....................................................................... 15
2.3. Informeel overleg .................................................................................................................. 16
2.4. Vergadering zelf ..................................................................................................................... 16
2.5. Stemmen ............................................................................................................................... 17
2.6. The 7 habbits of Highly Effective People................................................................................ 17
3. Klassieke media.............................................................................................................................. 18
4. Nieuwe media ................................................................................................................................ 20
4.1. Betaalde media ...................................................................................................................... 20
4.2. Eigen media ........................................................................................................................... 20
4.3. Verdiende media ................................................................................................................... 20
4.4. Media Campagne ................................................................................................................... 20
5. Veiligheid ....................................................................................................................................... 21
5.1. Wetgeving .............................................................................................................................. 21
5.2. Algemene veiligheids verplichting (wet 1994) ....................................................................... 21
5.3. Actieve ontspanningsevenementen ...................................................................................... 22
5.4. Concrete bepalingen in de KB’s ............................................................................................. 22
5.5. Bendaring van het begeleidingssysteem: veiligheid en milieuzorg ........................................ 23
5.5.1. Preventie per activiteit................................................................................................... 23
5.5.2. Situatieschets ................................................................................................................. 25
5.5.3. Noodplan ....................................................................................................................... 27
5.6. Verzekeringen ........................................................................................................................ 28
6. GDPR .............................................................................................................................................. 29
7. Sportfederatie ................................................................................................................................ 31
1
, 7.1. Financiën................................................................................................................................ 33
5. Sportwerk Vlaanderen ................................................................................................................... 34
5.1. What’s in it for you? .............................................................................................................. 34
5.2. Voor wie? ............................................................................................................................... 34
5.3. Welke diensten leveren we aan? ........................................................................................... 34
5.4. Strategie................................................................................................................................. 35
5.5. Structuur ................................................................................................................................ 35
5.5.1. Vrijwilligersbeleid ........................................................................................................... 35
6. Sportdienst .................................................................................................................................... 38
6.1. Plaats van de sportdienst in het sportlandschap ................................................................... 38
6.1.1. Specifieke situatie Leuven.............................................................................................. 39
6.2. Werking van de sportdienst binnen de gemeente ................................................................. 41
6.3. De sportdienst en zijn sportpartners ..................................................................................... 42
6.4. De sportdienst en het sportaanbod ....................................................................................... 43
6.5. De sportdienst en beweeg- en sportcampagnes ................................................................... 43
6.6. De sportdienst en externe samenwerkingsverbanden .......................................................... 43
7. Examenvragen…………………………………………………………………………………………………………………………….44
2
, 1. Vereniging
Vereniging = wordt opgericht bij een overeenkomst tussen 2 of meer personen (=leden). Zij
streeft een belangeloos doel na in het kader van één of meer welbepaalde activiteiten die zij tot
voorwerp heeft. Zij mag rechtstreeks noch onrechtstreeks enig vermogensvoordeel uitkeren aan
de oprichters, leden, bestuurders of enig ander persoon behalve voor het in de statuten bepaald
belangeloos doel. Elke verrichting in strijd met dit verbod is nietig.
Feitelijke vereniging = vereniging zonder rechtspersoonlijkheid
VZW en internationale VZW = vereniging met rechtspersoonlijkheid
1.1 Een vereniging
Specifieke eigenschappen:
• Samenwerkingsovereenkomst
• Realisatie van een gemeenschappelijk niet-commercieel doel
• De vereniging heeft niet als hoofddoel: winst realiseren
• Zowel de ingebrachte als de verworven middelen, moeten dienen om het doel te realiseren
• Inzet van de leden om het doel te bereiken
• Het gelijkheidsprincipe onder de leden
• Het collectief belang van de vereniging = interesse v/d leden in de doelstellingen
1.2 Feitelijke vereniging
• Overeenkomst tussen 2 of meer natuurlijke personen met een gemeenschappelijk doel
• Geen rechtspersoonlijkheid
• Geen wettelijke regeling/ bepaling
• Geen rechten of verplichtingen
• Leden persoonlijk aansprakelijk
• “collectief eigendom” = leden doen afstand van hun recht hierop
• Opmaak van statuten met rechten en plichten van de leden
Leden:
• Toetredingsvoorwaarden vastleggen bv. alleen lid als men nog kinderen heeft die meesporten.
• Regels van bestuur vastleggen bv. eenparigheid van stemmen <-> groot aantal leden. Bv aantal
aanwezigen en gebruik van volmachten bij stemming.
• Nieuwe leden niet aansprakelijk voor verbintenissen van vroeger
• Geen onderscheid tussen effectieve- en toegetreden leden
• Belangrijkste orgaan → bestuur
Het bestuur:
• Leden stellen “orgaan” verantwoordelijk voor bestuur → “orgaan” vertegenwoordigt
vereniging
• Bestuur en commissies
3
, Inschrijven in de Kruispuntbank van ondernemingen:
• KBO = kruispuntbank van ondernemingen
• Geen formaliteiten verbonden aan de oprichting → ook geen verplichting hier in te schrijven.
Uitz: Verenigingen die btw-plichtig zijn en of een RSZ-nummer hebben
• Alleen naam en zetel vermelden
• Geen ondernemingsnummer nodig
Ontbinding:
• Bepaalde of onbepaalde duur → niet vermeld = onbepaald
• Einde: ofwel doel bereikt ofwel statutair vastgelegd
• Ontbinding: netto vermogen bestemming (omschrijving in statuten)
• 4/5de stemming
1.3 VZW - vereniging zonder winstoogmerk
Vzw = een vereniging met rechtspersoonlijkheid waarvan de leden niet verantwoordelijk
zijn voor de verbintenissen die de vereniging aangaat!
V.Z.W.:
• Eigen rechtspersoonlijkheid (dus als volledige VZW, niet persoonlijk)
• Beperkte aansprakelijkheid
• Geen eigen vermogen
Ontstaan en evolutie:
Wet van 27 juni 1921 → Hervorming Insolventierecht: 1 mei 2018 (confrontatie met schulden).
Herwerking: wet 23 maart 2019 (in werking vanaf 1 mei 2019) → Verplicht in orde tegen 1/1/2024
→ Dwingende maatregelen vanaf 1/1/2020
Herwerken Insolventierecht:
• Faillissement: wie hierin zit kan sneller heropstarten met een andere onderneming.
Bestuurdersaansprakelijkheid:
• Kleine VZW met vereenvoudigde boekhouding→ geen aansprakelijkheid van de bestuurders
• Grote VZW → bestuurders persoonlijk aansprakelijk. Uitz.: omzet minder dan €620.000
Hervormen ondernemingsrecht:
Begrip handelaar verdwijnt, nu → onderneming.
VZW = ook een onderneming!
“iedereen mag onbeperkt economische handelingen stellen”
“iedereen die dit doet is een ondernemer”
Rechtbank van koophandel → Ondernemingsrechtbank
Nu ook voor VZW
4